Thema 6 Flashcards

1
Q

aan

A

on

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

aanbieden

A

to offer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

het aanbod

A

the offer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

de aandacht

A

the attention

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

de aannemer

A

the contractor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

het aanrecht

A

the countertop

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

aanspreken

A

to address

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

aardig

A

nice

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

achter

A

behind

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

de advertentie

A

the advertisement

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

de afstandsbediening

A

the remote control

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

de afzuigkap

A

the extractor hood
(stove hood)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

alleenstaand

A

single

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

als volgt

A

as follows

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

de archiefkast

A

the filing cabinet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

bad

A

bath

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

de badkamer

A

the bathroom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

de badmat

A

the bath mat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

het balkon

A

the balcony

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

de bank

A

the couch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

de basis

A

the base

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

de basisschool

A

the primary school

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

het bed

A

the bed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

bedoelen

A

mean

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
de begane grond
the ground floor
26
behangen
wallpapering
27
de behanger
wallpaper
28
de bekeuring
the fine ?
29
bekijken
to look at
30
belangrijk
important
31
betegelen
tiling
32
de bezichtiging
the viewing
33
bij
bee ?
34
de boete
the fine ?
35
de boom
the tree
36
boven
above
37
de brochure
the brochure
38
buiten
outside
39
het bureau
the desk
40
de bureaulamp
the desk lamp
41
de bureaustoel
the office chair
42
de buren
the neighbors
43
de categorie
the category(s)
44
het dak
the roof
45
het dakterras
the roof terrace
46
dalen
valleys
47
dapper
brave
48
dat
that
49
het dekbed
the duvet
50
deze
this
51
dicht
closed
52
die
that
53
direct
straight away
54
dit
this
55
de douche
the shower
56
het duchegordijn
the shower curtain
57
duidelijk
clearly
58
de eengezinswoning
the single-family home
59
eigenlijk
actually
60
de elektricien
the electrician
61
ertussen zitten
sit in between
62
de etage
the floor
63
de fauteuil
the armchair
64
het fietspad
the cycle path
65
de flat
the flat
66
het fornuis
the stove
67
gang
hallway
68
de garage
the garage
69
de geluidsoverlast
the noisse pollution
70
genoeg
enough
71
de gootsteen
the sink
72
het gordijn
the curtains
73
gunstig
advantageous
74
de hal
the hall
75
hangen
to hang
76
de hoek
the corner
77
de hoekwoning
the corner house
78
de hond
the dog
79
de hondenpoep
the dog poop
80
horen van
hear of
81
de hovenier
the gardener
82
huidig
current
83
de huur
the rent
84
de huurwoning
the rental property
85
de hypotheek
the mortgage
86
ideaal
ideal
87
het idee
the idea
88
iets
something
89
de informatie
the information
90
het inkomen
the income
91
de isolatie
the insulation
92
isoleren
isolate
93
de jongere
the youngster
94
de kachel
the stove
95
het kantoor
the office
96
de kast
the cupboard
97
de kelder
the cellar
98
de keuken
the kitchen
99
de keus
the choice
100
de kinderopvang
the childcare
101
de kledingkast
the wardrobe
102
het kleed
the dress
103
de klus
the job
104
klussen
to do odd jobs
105
de koelkast
the refrigerator
106
de koopwoning
the owner-occupied home
107
de kraan
the crane
108
de krant
the newspaper
109
de kredietcrisis
the credit crises
110
het kussen
the kiss
111
het laminaat
the laminate
112
de lamp
the lamp
113
de laptop
the laptop
114
het lawaai
the noise
115
leggen
lay
116
lekken
to leak
117
de lente
the sping
118
het licht
the light
119
de lichtknop
the light switch
120
liggen aan
lie on
121
de loodgieter
the plumber
122
de magnetron
the microwave
123
de makelaar
the real estate agent
124
het makelaarskantoor
the real estate agency
125
maximaal
maximum
126
melden
report
127
de metselaar
the manson
128
het meubel
the furniture
129
de muur
the wall
130
naast
next
131
het nachtkastje
the bedside table
132
nodig hebben
need
133
het noorden
the north
134
om
to
135
de omgeving
the environment
136
onder
below
137
onderhouden
to maintain
138
ontdekken
to discover
139
opgroeien
to grow up
140
ophangen
to hang
141
opnemen
to withdraw
142
opruimen
tidy
143
de oven
the oven
144
de overkant
the other side
145
de overlast
the nuisance
146
het park
the park
147
de parkeerplaats
the parking lot
148
het parket
the parquet
149
het pensioen
the pension
150
het plafond
the ceiling
151
de poep
the poop
152
poepen
defecate
153
prettig
pleasant
154
de prijscategorie
the price category
155
de prijsklasse
the price range
156
de printer
the printer
157
het raamkozijn
the window frame
158
recent
recent
159
relatief
relatively
160
repareren
to repair
161
de renovatie
the renovation
162
ruim
roomy
163
het ruitjeshuis
the diamond house ?
164
rustig
calm
165
de salontafel
the coffee table
166
samenwonen
live together
167
de schemerlamp
the table lamp
168
schijnen
to shine
169
de schilder
the painter
170
schilderen
to paint
171
het schilderij
the paintin
172
de schoorsteen
the chimney
173
de schuur
the barn
174
het siezoen
the season
175
de seniorenwoning
the senior home
176
de sfeer
the atmosphere
177
sinds
since
178
de situatie
the situation
179
de slaapkamer
the bedroom
180
het slot
the lock
181
de spiegel
the mirror
182
de spullen
the stuff
183
de starter
the starter
184
de stijl
the style
185
de stoel
the chair
186
de studeerkamer
the study room
187
de tablet / i-pad
the tablet / I-Pad
188
de tafel
the table
189
het tafeltje
the small table
190
het tapijt
the carpet
191
de tapijtlegger
the carpet layer
192
de tegelzetter
the tiler ?
193
de televisie
the television
194
tegen
in return for
195
tegenover
opposite
196
tevreden
satisfied
197
het tijdschrift
the magazine
198
de timmerman
the carpenter
199
het toilet
the toilet
200
totaal
total
201
de trap
the stairs
202
de tuin
the garden
203
tuinieren
gardening
204
tussen
between
205
de tussenwoning
the terraced house
206
de twee-onder-een-kap-woning
the semi-detached house
207
het tweepersoonsbed
the double bed
208
uitmaken
to finish
209
uitlaten
let out
210
de vaas
the vase
211
de vaatwasser
the dishwasher
212
veilig
safe
213
de verdieping
the floor
214
verjuizen
to move house
215
de verkeersoverlast
the traffice nuisance
216
verkopen
to sell
217
verstoppen
to hide
218
vervangen
to replace
219
de verwarming
the heating
220
verzamelen
collect
221
het/de virtage
the new curtain ?
222
de vlag
the flag
223
voorstellen
to suggest
224
het voorwerp
the object
225
waarschijnlijk
probably
226
de wasmachine
the washing machine
227
de wastafel
the singk
228
de wc
the toilet
229
de wekker
the alarm clock
230
de werkkamer
the study room
231
de wijk
district
232
witten
whiten
233
de woning
the house
234
de woningmarkt
the housing market
235
de woonkamer
the living room
236
zoals
as
237
de zolder
the attic
238
de zon
the son
239
zwanger
pregnant
240