thema 4 vermogen en rendement Flashcards
1
Q
vermogen
A
hoeveel arbeid je nodig hebt per tijdslot
2
Q
formule vermogen
A
P= W/(delta)t
3
Q
voor wat staat P= W/(delta)t?
A
arbeid/tijd
4
Q
hoe wordt de tijd uitgedrukt?
A
in seconden
5
Q
eenheid vermogen
A
Watt of Joule/seconde
6
Q
formule arbeid
A
F x (delta)x
7
Q
hoeveel seconden is 1 uur?
A
3600 seconden
8
Q
rendement
A
verhouding tussen de nuttige energie en de totale energie die wordt gebruikt
9
Q
formule rendement
A
n = Enuttig/Etotaal verbruikt
10
Q
eenheid rendement
A
%
11
Q
wat geeft rendement aan?
A
hoeveel % energie nuttig is
12
Q
hoe bereken je de energie die in totaal werd gebruikt?
A
P x t
13
Q
hoe bereken je de nuttige energie?
A
F x (delta)x