Thema 3 Flashcards
Bayley-III-NL
- De Nederlandse bewerking van de Bayley Scales of Infant and Toddler Development peilt naar de vroegkinderlijke ontwikkeling of het ontwikkelingsniveau van jonge kinderen (baby’s vanaf 16 dagen).
- Aan de hand van vijf schalen: cognitie, taal, motoriek, sociaal emotionele ontwikkeling en adaptief gedrag. - - Gericht op vaststellen algemene mentale en motorische ontwikkeling zodat kinderen met een ontwikkelingsachterstand kunnen worden opgespoord en handelingsgericht adviezen kunnen worden geformuleerd.
- De afname verloopt gestandaardiseerd, maar er is nood aan een zekere flexibiliteit van de diagnosticus want er is sprake van heel jonge kinderen.
- De volgorde van de subtesten staat niet vast en er kan variatie zitten in de subtesten die je wel of niet afneemt; als het al duidelijk is wat je ziet en hoort is het niet nodig om bepaalde zaken te testen.
- Test bestaat uit een observatielijst voor de ontwikkelingsdomeinen cognitie, taal (taalbegrip en productie) en motoriek (grove en fijne) en oudervragenlijsten voor sociaal-emotionele ontwikkeling en adaptief gedrag.
Intelligentie meten jonge kinderen
Erg lastig (zeker tot 22 maanden) en slechts beperkte correlatie met intelligentie op latere leeftijd.
Nadelen Bayley-III-NL
- Nog geen echte intelligentietest; door BFP omschreven als een test die peilt naar het cognitief ontwikkelingsniveau.
- Beperkte correlatie met intelligentie op latere leeftijd.
- Vergelijkingsgroep voor interpreteren normscores; teveel hoogopgeleide moeders en autochtone kinderen.
WPPSI en WISC
Kennen een overlap qua leeftijdsbereik. Keuze laten bepalen door verwachte intelligentieniveau en de eventuele bekendheid met een van beide testen.
WISC en de WAIS
Kennen een overlap qua leeftijdsbereik. Keuze laten bepalen door verwachte intelligentieniveau en de eventuele bekendheid met een van beide testen.
Afnemen tweede test
Doorgaans pas twee jaar na de afname van de eerste test om leereffecten te vermijden en enkel wanneer er grondige redenen zijn voor een hertesting (uitgesproken aanwijzingen dat de eerste meting niet correct is verlopen of dat de resultaten ervan geen correcte weergave vormen van de cognitieve vaardigheden van de client).
WIPPSI-IV-NL
- Meest recente uit het rijtje van Wechsler testen. Hier zie je het meest duidelijk de invloed van het steeds dominanter wordende CHC-model in de globale indeling van de test. Alle primaire indexen komen overeen met de BCVs zoals geformuleerd in het CHC-model. De terminologie van het CHC wordt niet expliciet gebruikt, maar er is wel een direct verband.
- De structuur verschilt naargelang de leeftijdsgroep:
2j6m-3j11m: 3 primaire indexen, 4j-6j11m: vijf primaire indexen (overeenstemmend met de WISC-V-NL). - Voor de aanvullende indexen bestaat nog te weinig wetenschappelijke evidentie/theoretische verantwoording.
- Voorzichtig zijn met interpreteren WIPPSI resultaten vanwege grote variabiliteit qua gedrag en toename stabiliteit intelligentie met leeftijd.
- Er kan een totaal IQ berekend worden.
WISC-V-NL
- Bedoeld voor kinderen en jongeren.
- Er kan een totaal IQ berekend worden, naast vijf primaire indexen (perfecte overeenstemming BCV’s CHC-model) (Gf, Gc, Gwm, Gv en Gs).
Fluid redeneren (FRI) (WISC)
- Gf
- Verplichte subtesten per index: matrix redeneren en gewichten.
- Aanvullende subtesten: rekenen.
Verbaal begrip (VBI) (WISC)
- Gc
- Verplichte subtesten per index: overeenkomsten en woordenschat.
Aanvullende subtesten: begrijpen.
Werkgeheugen (Wgl) (WISC)
- Gwm
- Verplichte subtesten per index: cijferreeksen en plaatjesreeksen.
- Aanvullende subtesten: cijfers en letters nazeggen.
Visueel ruimtelijk (VRI) (WISC)
- Gv
- Verplichte subtesten per index: blokpatronen en figuur samenstellen.
Verwerkinsgsnelheid (Vsl) (WISC)
- Gs
- Verplichte subtesten per index: symbool substitutie coderen en symbool zoeken.
- Aanvullende subtesten: figuur zoeken.
Perceptueel redeneren (PRI) (WAIS)
Verplichte subtesten: blokpatronen, matrix rederen, figuur samenstellen.
Aanvullende subtesten: gewichten en onvolledige tekeningen.
Verbaal begrip (VBI) (WAIS)
Verplichte: informatie, overeenkomsten en woordenschat.
Aanvullende: begrijpen.
Werkgeheugen (Wgl) (WAIS)
Verplichte: cijferreeksen en rekenen.
Aanvullende: cijfers en letters nazeggen.
Verwerkingssnelheid (Vsl) (WAIS)
Verplichte: symbool substitutie coderen en symbool zoeken.
Aanvullende: figuur zoeken.
Totaal IQ WISC
Matrix redenen + gewichten + overeenkomsten + woordenschat + cijferreeksen + blokpatronen + symbool substitutie coderen.
Totaal IQ WAIS
Blokpatronen + matrix redeneren + figuur samenstellen + informatie + overeenkomsten + woordenschat + cijferreeksen + rekenen + symbool substitutie coderen + symbool zoeken.
Verschil totaal IQ WISC en WAIS
Informatie + symbool zoeken + rekenen
WAIS-IV-NL
- Oudste versie en daardoor invloed CHC-model minder duidelijk zichtbaar in de globale indeling van de test. Niet alle indexen komen mooi overeen met BCVs uit CHC-model. PRI vormt mix tussen Gf en Gv.
- Wil je deze test momenteel afnemen, dan heb je vanuit het CHC-model nood aan cross-battery benadering (XBA) om het intelligentieprofiel en het totaal IQ correct te berekenen en weer te geven.
Theoretische of factoriële intelligentietesten
Intelligentietesten die expliciet ontwikkeld werden met een duidelijke theoretische insteek.
- Wechsler –> pure intelligentietesten
- RAKIT-2/CoVaT-CHC/IDS-3 –> theoretische/factoriële intelligentietesten.
Revisie Amsterdamse Kinder Intelligentie Test (RAKIT-2)
- Ontwikkeld in Nederland, maar heeft ook representatieve Vlaamse normen.
- Expliciet gebaseerd op intelligentietheorie van Thurstone.
- Bepalen niveau van algemene intelligentie als specifieke intelligentiefactoren mogelijk.
- 12 subtesten (verkorte vorm 6 subtesten).
- Totaal IQ en 4 factorscores: verbaal leren (woordbetekenis en namen leren), perceptueel redeneren (figuur herkennen en exclusie), ruimtelijke oriëntatie en tempo (doolhoven en schijven) en verbale vlotheid (ideeënproductie).
- In handleiding niet expliciet verwezen naar BCVs uit CHC-model, maar sommige subtesten meten verschillende BCVs.
Cognitieve Vaardigheidstest volgens het CHC-model (CoVaT-CHC)
- Vlaamse intelligentietest die specifiek is ontwikkeld vanuit het CHC-gedachtegoed.
- Volledige pen en papier test, daardoor kan deze als een van de weinigen zowel individueel als in groep worden afgenomen.
- Aanwezigheid leeftijds en klasnormen (gewoon en buitengewoon onderwijs).
- Wel erg beperkt qua leeftijdsbereik.
- Negen subtesten die vijf BCVs meten:
- Gf: puntreeksen + figuurreeksen
- Gc: schiftingen en tegenstellingen
- Gwm: geheugen A en B
- Gv: gedraaide figuren en dozen plooien
- Gs: geheime code
- Totaal IQ (gewogen som van vijf indexen) (Gf en Gc tellen dubbel).
COVAT Space OL en COVAT Pattern
Modules die iemands Gv en Gf in kaart kunnen brengen (bij volwassenen in een arbeidscontext).
Intelligence and Development Scales-2 (IDS-2)
- Ontwikkeld op basis van het CHC-model en verreweg nazaat van Binet-Simon test.
- Enkel Nederlandse normen.
- Doel is om belangrijkste ontwikkelingsdomeinen van kinderen en jongeren (t/m 20 jaar) in kaart te brengen.
- Test meet intelligentie en andere belangrijke ontwikkelingsaspecten (executief functioneren, werkhouding, sociaal emotioneel-functioneren).
- 8 BCVs wordt gepretendeerd, maar Ga en Gq niet terug te vinden in de berekening va IQ-profiel of totaal IQ: daardoor 6: Gv, Gl/Gr, Gs, Gwm, Gf en Gc.
- Bevat twee testen die peilen naar Gl (visueel en auditief); wordt in weinig andere testen zo uitgebreid gemeten.
- Subtesten die peilen naar Gl en Gc kunnen niet in Vlaanderen worden gebruikt.
- Berekening totaal IQ lijkt niet in lijn met criteria voor het berekenen van de algemene intelligentie; alle BCVs wegen gelijk door in totaalscore (Gwm met vier i.p.v. twee).
Non verbale intelligentietesten
Intelligentie wordt gemeten zonder verbale instructies of in ieder geval een zo gering mogelijke rol van taal. Zinvol wanneer er sprake is van een communicatieve of auditieve beperking, onvoldoende beheersing NL taal.
Geen uitspraken doen over algemene intelligentie, want testen peilen nooit naar Gc of verbale elementen.
Wel zinvol bij diagnostiek van cognitief functioneren voor de meting van een of meer brede vaardigheden uit het CHC-model.
Het gaat nog niet om volledig faire testen op vlak van cultuur omdat er geen of minder taal gebruikt wordt; personen uit andere culturen kunnen bijvoorbeeld ook minder vertrouwd zijn met bepaalde soorten materiaal, symbolen etc.
4 testen: WNV-NL, SON-R 2-8, SON-R 6-40, Raven’s 2. Enkel WNV-NL beschikt over deels Vlaamse normen.
WNV-NL
- Gebaseerd op gedachtegoed van Wechsler, ontwikkeld door Naglieri.
- Aanwijzingen zijn hoofdzakelijk visueel, soms behulp van gebaren.
- 6 subtesten (4 per leeftijdscategorie: 4-8 en 8-22)
- Elke leeftijdscategorie korte (2 subtesten) en lange (4 subtesten) versie.
- Totaalscore kan berekend worden, maar die peilt niet naar algemene intelligentie.
- Geen onderscheid in factoren of indexen.
- Vooral peilen naar visueel-ruimtelijke, redeneer- en geheugenvaardigheden.
- Nadeel: samenhang met andere (non-verbale) intelligentietests eerder laag.