Thema 2: Bevolking In Het Systeem Aarde Flashcards
Bevolking
De mensen die in een stad, gebied of land wonen
Bevolkingsaantal
Aantal mensen dat in een stad, gebied of land woont
Demografie
De wetenschap die de omvang, samenstelling en ruimtelijke verdeling van de bevolking bestudeert
Geboortecijfer
aantal geboortes in een land of regio per 1000 inwoners per jaar
Sterftecijfer
Aantal sterftes in een land of regio per 1000 inwoners per jaar
Formule natuurlijke aangroei
Geboortecijfer - sterftecijfer
Geboortecijfer - sterftecijfer
Formule natuurlijke aangroei
Migratie
Het bevolkingsaantal van een stad/land verandert omdat mensen ervoor kiezen om te verhuizen
Emigratie
Mensen gaan weg van hun huidige woonplaats verhuizen (daling)
Immigratie
Mensen gaan naar een nieuwe woonplaats verhuizen (stijging)
Formule migratiesaldo
Immigratie - emigratie
Immigratie - emigratie
Formule migratiesaldo
Formule Bevolkingsevolutie
Natuurlijke aangroei + migratiesaldo
Natuurlijke aangroei + migratiesaldo
Formule bevolkingsevolutie
De bevolkingsevolutie hangt ook af van de
Leeftijdsstructuur
Leeftijdsstructuur
Verdeling van de bevolking per leeftijd
Je kunt de leeftijdsstructuur van een land aflezen op het
Leeftijdshistogram
Levensverwachting
De gemiddelde verwachte leeftijd die een persoon zal bereiken op het moment dat hij geboren wordt
Ontwikkelingsgraad
De mate waarin een land is ontwikkelt
Human Development Index (HDI)
Een getal met een waarde tussen 0 en 1. De HDI bevat 3 ontwikkelingskenmerken
HDI 3 kenmerken
Levensstandaard, scholingsgraad, volksgezondheid / levensverwachting
Levensstandaard
Hoeveel verdient een inwoner van een land gemiddeld?
Scholingsgraad
Hoeveel jaar gaat een gemiddelde inwoner naar school? Kunnen de inwoners lezen en schrijven?
Fase 1
Geboorte- en sterftecijfer liggen hoog en zijn ongeveer aan elkaar gelijk. Het land kent een lage natuurlijke aangroei
Fase 2
Sterftecijfer begint te dalen terwijl het geboortecijfer hoog blijft. Er is een groot aandeel jongeren. Hierdoor stijgt de natuurlijke aangroei
Fase 3
Het geboortecijfer begint te dalen. Het sterftecijfer blijft verder dalen maar minder sterk. De natuurlijke aangroei neemt eerst nog toe en neemt daarna af
Fase 4
Het sterfte- en het geboortecijfer liggen nu beide lager. De natuurlijke aangroei daalt geleidelijk tot nul: dat is de nulgroei
Fase 5
Het sterftecijfer wordt groter dan het geboortecijfer. Er is een groter aandeel ouderen. Het land kent een negatieve natuurlijke aangroei
Geboortebeleid
In sommige landen proberen de overheden het geboortecijfer te beïnvloeden
Geboortebeperking
Als het geboortecijfer te hoog ligt, kan een overheid een geboortebeperking opleggen of aanmoedigen met als doel het geboortecijfer omlaag te halen
Vergrijzing
De bevolking is ouder
Actieve bevolking
Alle mensen in een land die kunnen en mogen werken
Bevolkingsexplosie
In fas 2-3. Landen kennen in deze fase een zeer sterke groei van het bevolkingsaantal als gevolg van de grote natuurlijke groei
Bevolkingsdichtheid
Hoeveel mensen er gemiddeld per vierkante km in een gebied wonen.
Morfologische kenmerken
Kenmerken op basis van uitzicht
Geconcentreerde bebouwing
In een stad wonen en werken er veel mensen en daardoor staan daar ook meer gebouwen.
Functionele kenmerken
Kenmerk op basis van functies (werk,…)
Soorten steden
Regionale steden, grote steden, megasteden, gigasteden
Grote steden
1-10 miljoen inwoners
Megasteden
10-15 miljoen inwoners
Gigasteden
> 15 miljoen inwoners
verstedelijkingsgraad
als je wilt uitdrukken hoeveel procent van de totale bevolking van een land in de stedelijke gebieden woont, gebruik je dit
formule verstedelijkingsgraad (%)
aantal inwoners in een stedelijk gebied / bevolkingsaantal van een land . 100
grote steden onderscheiden zich van de kleinere omdat ze erg belangrijk zijn op…
economisch vlak, cultureel vlak en politiek vlak
aantal inwoners in een stedelijk gebied / bevolkingsaantal van een land . 100
formule verstedelijkingsgraad (%)
verstedelijking
het proces waarbij het platteland zich omvormt tot stedelijk gebied
morfologische verstedelijking
wanneer het platteland plaatsmaakt voor bebouwde ruimte
lintbebouwing
de zones langs de verbindingswegen tussen de verschillende dorpen worden gebouwd
functionele verstedelijking
als er aan de stadrand of op het platteland meer functies komen, zoals handel, diensten en ontspanning
transitie
er wordt gezocht naar duurzame oplossingen en mensen worden worden gestimuleerd om duurzamer te denken
hitte-eiland effect
hoe meer morfologische verstedelijking, hoe sterker het hitte-eiland effect
oplossingen hitte-eiland effect
-meer water in de stad
-meer groen in de stad
pendelen
velen werken niet meer in de landbouw maar bv in de groeiende industrie. Daardoor verplaatsen ze zich elke dag tussen hun woonplaats en hun werkplek
mobiliteitsproblemen
te veel verkeer