Thema 1: Sociaal-maatschappelijke vraagstukken in perspectief Flashcards

1
Q

Gasthuizen

Begrip

A

Huizen waar opvang geboden werdt aan vondelinge, weeskinderen, ouderen en lijders aan de pest of pokken

Hier werdt geeen professionele zorg geboden

§1.1.1

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waar werden in de 15de eeuw psychiatrische patiënten opgenomen?

A

Dolhuizen

§1.1.1

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Charitas

Begrip

A

Rijken die geven aan de ouden

§1.1.3

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Herverdeling

Begrip

A

Anders verdelen gebaseerd op sub-groepen

Zo betalen de mensen met meer geld, ook meer belasting dan deze zonder

§1.1.3

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Verlichting

Begrip

A

de achttiende eeuwse stroming die de christelijke religie en traditie als geheel ter discussie stelde en onder rationele kritiek plaatste.

Opgehaald uit: Filosofie van de cultuurswetenschappen

§1.1.3

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat was er binnen sociaal werk relevant aan de verlichting?

A

Dat psychiatrische patiënten werden verlost uit de cel en therapie kregen

§1.1.3

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke opleiding ontstond er in 1899 en welke specialisaties hadden deze?

A

Sociale arbeid met als specialisaties:
* Kinderbescherming
* Armenzorg
* Woningwerk
* Volksontwikkeling
* Jeugdwerk

§1.1.5

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Social casework

Begrip

A

Methoden, gehanteerd door sociaal werkers, waarbij het individu met zijn persoonlijke problemen centraal komt te staan.

§1.1.6

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat was het uitgangspunt van social casework?

A

De zelfstandigheid van mensen

De sociaal werker stond naast het individu in plaats van boven hen

§1.1.6

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Verzorginsstaat

Begrip

A

Een sociaal systeem, waarbij het welzijn van de burgerws de verantwoordelijkheid is van de overheid

§1.1.7

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Bestaansminimum

Begrip

A

Vanuit de bijstandswet (gebaseerd op het bestaansminimum) moet elke burger financieel kunnen rondkomen en voldoende voedsel hebben om van te leven

§1.1.7

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Vermaatschappelijking

Begrip

A

Mensen met een beperking krijgen een zinvollen plek in de samenleving

§1.1.9

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke thema’s horen bij de werkwijze van Welzijn Nieuwe Stijl?

A
  • Eigen kracht
  • Actieve of passieve rol
  • Vraaggericht werken
  • Discretionaire ruimte

§1.2

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Binnen de werkwijze van Welzijn Nieuwe Stijl kennen we 4 thema’s

Wat is het belangrijkste van het thema eigenkracht?

A

Een burger moet zelfstandig kunnen meedraaien in de maatschappij. Hierbij is het belangrijk dat we niet teveel van de burger vragen, zodat de gewenste autonomie niet ten koste gaat van de veiligheid en het welzijn van de burger

§1.2.1

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Binnen de werkwijze van Welzijn Nieuwe Stijl kennen we 4 thema’s

Wordt er van de sociaal werker verwacht dat zij een actieve of passieve rol speelt?

A

Er wordt van de sociaal werker verwacht dat zij een actieve rol speelt

§1.2.2

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Binnen de werkwijze van Welzijn Nieuwe Stijl kennen we 4 thema’s

Wat wordt er bedoeld met vraaggericht werken?

A

De burger staat centraal en heeft regie. Toch vragen ze niet voor niets ondersteuning. Hierbij is het belangrijk om de burger te ondersteunen, ook als dit ingaat tegen wat jij of andere professionals in zijn belang achten

§1.2.3

17
Q

Binnen de werkwijze van Welzijn Nieuwe Stijl kennen we 4 thema’s

Wat is de discretionaire ruimte?

A

Een ruimte tussen de systeemwereld en de leefwereld die de sociaal werker de ruimte bied om de burger echt te helpen

§1.2.4

18
Q

Systeemwereld

Begrip

A

De wereld van wetten en beleid, vastgelegd in procedures, richtlijnen, protocollen, werkinstructies, etc etc

§1.2.4

19
Q

Leefwereld

Begrip

A

De wereld waarin de burger en professional elkaar ontmoeten; het hier en nu waarin. de burger bepaalde vragen en behoeften heeft waar hij antwoord op nodig heeft.

§1.2.4

20
Q

Wat moetten begeleidingsmethoden op zijn minst hebben?

A

Practice based evidence

§1.3

21
Q

Voor begeleiden in complexe problematiek kan een F-ACT-team ondersteunen

Waar staat F-ACT voor?

A

Flexible Assertive Community Treatment

§1.3.1

22
Q

Generaliseren

Begrip

A

Aangeleerde vaardigheden toepassen in nieuwe en onvoorziene situaties

§1.3.3