Termen Pneumologie 2

Question 1

Hypocapnie

Answer 1

Verlaagde hoeveelheid koolstofdioxide in het bloed. Meestal het gevolg van te snel of te diep ademhalen (hyperventileren)

Question 2

Lobectomie

Answer 2

Er wordt een volledige longkwab of -lob chirurgisch weggehaald

Question 3

Longabces

Answer 3

Een met etter gevulde holte in de long, omgeven door ontstoken weefsel. Veroorzaakt door een infectie door bacteriën uit mond- of keelflora. Bij een onderdrukking van een van de verdedigingdmechanismen tegen zulke infecties (hoesten) kunnen deze bacteriën in de longen terechtkomen. Kan ook hzt gevolg zijn van een longtumor, waarbij een deel van de luchtweg wordt afgesloten of bij mensen met een slecht functionerend afweersystemen.

Question 4

Mucoviscidose of cystische fibrose

Answer 4

Erfelijke ziekte die door een defect van het slijmvlies van de luchtwegen wordt veroorzaakt. De bekercellen in het slijmvlies vormen een dik, stroperig slijm dat niet door de trilharen van de LW kan worden verplaatst. Het slijmtransport stopt en slijm blokkeert de kleinere doorgangen van de LW. De verstopte LW bemoeilijken de AH en doordat de normale afweer van de LW is uitgeschakeld ontstaan vaak bacteriële infecties.

Question 5

NIV

Niet-invasieve ventilatie

Answer 5

Mechanische ademhalingsondersteunung zonder plaatsing van een kunstmatige luchtweg.

Question 6

OSAS

Obstructief slaapapnoe syndroom

Answer 6

Adempauzes veroorzaakt door repititieve episoden van partiële of volledige luchtwegcollaps. Gekenmerkt door vermindering (hypopnoe) of volledige onderbreking (apnoe) van de lichtstroom ondanks voortdurende inspiratoire adembewegingen. Door de afwezigheid van adequate alveolaire ventilatie secundair aan deze vernauwing van bovenste luchtweg, daalt de zuurstofsaturatie en kan het partiële CO2 gehalte stijgen. Deze events worden meestal beëindigd door arousels (ontwaakreacties)

Question 7

Pneumocystis carinii (vroegere naam)
Pneumocystis jiroveci pneumonia

Answer 7

Gisten die verantwoordelijk zijn voor het ontstaan van longontstekingen bij immuun gecompromitteerde patiënten

Question 8

Pneumokokkenpneumonie

Answer 8

Door streptococcus pneumoniae. Begint meestal na een virusinfectie van de bovenste LW die de verdedigingsmechanismen van de LW zodanig aantast dat bacteriën de longen kunnen infecteren.

Question 9

Pneumothorax

Answer 9

Toestand waarbij er in de borstholte naast de long ook vrije lucht aanwezig is. Deze lucht drukt op de inwendige organen en dus ook op de long. Hierdoor neemt het volume van de long af, in extreme gevallen tot een klomp ter grootte van een vuist die in het midden van de borstholte aan de LW vastzit.

Question 10

Respiratoire acidose

Answer 10

Een te kort ademminuutvolume ten opzichte van de behoefte. Vindt plaats onder abnormale omstandigheden. Als de ventilatie tekortschiet ten opzichte van de behoefte, vindt er CO2 stapeling plaats. De hypercapnie is een gevolg van een hypoventilatie. Leidt tot een lage pH en een verhoogd bicarbonaatgehalte

Question 11

Respiratoire alkalose

Answer 11

Een onmiddelijke daling van de PaCO2 , een lichte daling van het bicarbonaat en een duidelijke stijging van de pH. Er is hypocapnie dor hyperventilatie. Primaire hyperventilatie kan ontstaan door hypoxie en/of anemie, directe stimulatie van het ademhalingscentrum en mechanische ventilatie.

Question 12

Stafylokokkenpneumonie

Answer 12

Grampositieve staphylococcus

Question 13

Tuberculose

Answer 13

Is een besmettelijke ziekte die veroorzaakt wordt door een bacterie (tuberkelbacil). Ook wel kochbacil of mycobacterium tuberculosis. Als in het slijm tuberkelbacillen worden gevonden is de persoon besmettelijk voor anderen in de omgeving (open TBC).