Taak 1 Flashcards

1
Q

cello, de

gitaar, de

A

(2x) een muziekinstrument met snaren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

club, de

1) ▼ voorbeelden
de voetballer Johan Cruijff kwam in 1985 weer bij zijn oude club Ajax werken
2) ▼ voorbeelden
ze hoort bij een clubje van vijf vriendinnen

A

1) een vereniging voor een sport of een hobby

2) een groep mensen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

diagram, het
▼ voorbeelden
in dit diagram ziet u dat het bedrijf meer winst gemaakt heeft dan vorig jaar

A

een voorstelling van iets door lijnen, tekens enz.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

fanatiek
▼ voorbeelden
hij is bij het voetballen altijd heel fanatiek

A

iemand die iets (…) doet, is overdreven fel met iets bezig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

huishoudelijk

A

1) een (…) apparaat is een apparaat voor het huishouden

2) een (…) persoon werkt graag in het huishouden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

koor, het

A

een groep mensen die zingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

kunstijsbaan, de

A

A) een woord waarmee je zegt dat iets niet echt is

B) een plaats of een gebouw waar je kunt schaatsen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

moestuin, de
▼ voorbeelden
mijnheer Vollering gebruikte een groot deel van zijn tuin als moestuin

A

een tuin waarin iemand groenten laat groeien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

ontspannen (zich)
▼ voorbeelden
hij ging in bad om zich te ontspannen

A

je lichaam en je geest rustig maken door iets wat prettig is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

tuinieren
▼ voorbeelden
mijn moeder houdt van tuinieren en daarom ziet haar tuin er prachtig uit

A

een tuin verzorgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

tussendoor
▼ voorbeelden
ik heb brieven geschreven en boodschappen gedaan en tussendoor heb ik een kop koffie gedronken

A

iets wat je tussendoor doet, duurt niet zo lang; ervoor en erna doe je andere dingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

verdwalen

A

niet meer weten hoe je op een bepaalde plaats moet komen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

verzorgen
▼ voorbeelden
als wij op vakantie gaan, verzorgt mijn moeder onze kat

A

zorgen dat iemand of iets krijgt wat nodig is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

vrije tijd

A

tijd waarin je niet hoeft te werken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

besteden aan
▼ voorbeelden
we hebben dit jaar weinig geld besteed aan onze vakantie
Willeke besteedt veel tijd aan het verzorgen van haar vader

A

uitgeven; gebruiken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly