Syllabus (Vocabulary and general knowledge) Flashcards

You may prefer our related Brainscape-certified flashcards:
1
Q

The Stock Exchange

A

handelen in aandelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

footsie

A

vakjargon voor FTSE100 index van de beurs in Londen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Bank of England

A

UK’s centrale bank

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

the high street banks

A

banken met veel bankfilialen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

The National Health Service

A

nationale gezondheidsdienst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

PAYE

A

= ‘pay as you earn’ –> loonbelasting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

unearned income

A

geld dat je krijgt uit investeringen en vastgoed dat je bezit in plaats van het te verdienen door te werken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

UB40

A

= Unemployment Benefit 40 : afkorting van het formulier dat werklozen in Groot-Brittannië moeten invullen om een uitkering aan te vragen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

a giro

A

betaalsysteem vergelijkbaar met een bank

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

an overdraft

A

een rekening-courantkrediet/bankschuld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

The Met

A

Metropolitan police

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

New Scotland Yard

A

Scotland Yard-hoofdkwartier van de Metropolitan police

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

bobby

A

slang term for a member of London’s Metropolitan police

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

the fuzz

A

iemand die bij de politie werkt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

coroner

A

gerechtelijk functionaris met onder andere de taak dubieuze sterfgevallen in een reeks van expliciet omschreven omstandigheden te onderzoeken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

MI5/MI6

A

MI5-> security service
MI6 -> secret intelligence service

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

death row

A

doodstraf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

on remand

A

opgesloten zitten totdat je proces begint

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

on probation

A

voorwaardelijk vrij

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

bail

A

borg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

plaintiff

A

aanklager

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

defendant

A

beklaagde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

magistrates’ court

A

lagere rechtbank die zaken behandelt die verband houden met overtredingen en een aantal berechtbare kwesties in beide richtingen. Hier worden ook enkele civielrechtelijke kwesties beslist, met name familierechtelijke procedures

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

crown courts

A

correctionele rechtbank van eerste aanleg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

The Old Bailey

A

gerechtsgebouw in Londen dat gelegen is aan de straat Old Bailey. Het is het bekendste gebouw van de Crown Court

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

solicitor

A

lage advocaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

barrister

A

hogere advocaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

to take silk

A

to reach the highest barrister’s rank

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

attorney

A

staatsambtenaar die beschikt over een opleiding in de rechten en een geslaagd examen aan de bar association (de balie). De opdrachten van de district attorney liggen in het grensgebied van rechtspraktijk, rechtshandhaving en politiek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

public prosecuter

A

openbare aanklager

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

the proms

A

muziekfestival

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
32
Q

Edinburgh International Festival

A

festival

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
33
Q

Old Vic

A

theater

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
34
Q

Barbican

A

theater

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
35
Q

dress circle/the gods

A

musical theater

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
36
Q

understudy

A

iemand die de tekst en choreografie van een belangrijke rol uit zijn hoofd leert en doorgaans meedoet in een andere track in dezelfde productie. Een understudy speelt wanneer de gecaste acteur en de eventuele alternate afwezig zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
37
Q

dress rehearsel

A

generale repetitie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
38
Q

prompter

A

autocue

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
39
Q

Tate Gallery

A

netwerk van vier musea in Engeland

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
40
Q

Booker Prize

A

prijs uitgereikt voor een literair fictioneel boek, geschreven in de Engelse taal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
41
Q

bookie

A

slang for bookmaker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
42
Q

pools

A

classification of cue sports played on a table with six pockets along the rails, into which balls are shot.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
43
Q

Grand National/Derby

A

British horse race held annually over the Aintree course, Liverpool, in late March or early April

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
44
Q

Twickenham

A

wijk in Londen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
45
Q

Lord’s

A

Lord’s Cricket Ground is een bekend cricketstadion in St John’s Wood

46
Q

Test Match

A

Testcricket is de vorm van cricket met de langstdurende landenwedstrijden

47
Q

umpire/referee

A

scheidsrechter

48
Q

Annual Boat Race

A

sinds 1829 de traditionele roeiwedstrijd tussen de ploegen van de universiteiten van Oxford en van Cambridge on the Thames

49
Q

Wimbledon

A

The Championships is the oldest tennis tournament in the world and is regarded by many as the most prestigious

50
Q

Silverstone

A

Silverstone is een wegracecircuit in Groot-Brittannië bij de plaats Silverstone

51
Q

bank holiday

A

verlofdagen specifiek voor de banksector

52
Q

Halloween

A

a celebration observed in many countries on 31 October, the eve of the Western Christian feast of All Hallows’ Day

53
Q

Boxing Day

A

tweede kerstdag Boxing Day genoemd. Traditioneel werd op deze dag de kerstkist (box) geopend. In de kerstkist konden mensen een cadeautje voor de armen stoppen. Ook werden op Boxing Day de traditionele vossenjachten gehouden

54
Q

Poppy Day

A

de dag waarop de gevallenen van de Eerste Wereldoorlog en alle oorlogen en gewapende conflicten sindsdien worden herdacht

55
Q

Guy Fawkes’ Night

A

jaarlijkse viering op 5 november die voornamelijk in Engeland. Het herinnert aan de verijdeling van het buskruitverraad dat plaatsvond op 5 november 1605

56
Q

Shrove Tuesday

A

Dit is de dag voorafgaand aan Ash Wednesday, het begin van de vastentijd in de christelijke traditie. Mensen eten vaak pannenkoeken op deze dag.

57
Q

Salvation Army

A

Een wereldwijde christelijke organisatie die humanitaire hulp en sociale diensten biedt.

58
Q

Hadrian’s Wall

A

a former defensive fortification of the Roman province of Britannia, begun in AD 122 in the reign of the Emperor Hadrian

59
Q

Stonehenge

A

a prehistoric monument on Salisbury Plain in Wiltshire, England. It consists of an outer ring of vertical sarsen standing stones

60
Q

Burns’ night

A

Een Schotse viering ter ere van de dichter Robert Burns op zijn geboortedag, 25 januari. Het omvat traditionele gerechten, gedichten en liederen.

61
Q

private education

A

Onderwijs dat wordt aangeboden door particuliere scholen, waar ouders schoolgeld betalen.

62
Q

state education

A

Onderwijs dat wordt gefinancierd en beheerd door de overheid.

63
Q

sixth form

A

Het laatste jaar of twee jaar van het secundair onderwijs, vaak gespecialiseerd.

64
Q

GCSE

A

General Certificate of Secondary Education, een kwalificatie in het VK die wordt behaald door studenten op ongeveer 16-jarige leeftijd.

65
Q

undergraduate

A

Een student die nog geen bachelordiploma heeft behaald.

66
Q

Oxbridge

A

Een informele term voor de universiteiten van Oxford en Cambridge.

67
Q

Bachelor’s degree

A

Een academische graad behaald na het voltooien van een bachelorsopleiding.

68
Q

honours degree

A

Een graad met een specifieke academische onderscheiding, toegekend aan studenten die een bepaald niveau van excellentie hebben bereikt in hun studie.

69
Q

crash course

A

Een intensieve, kortdurende training of studieperiode, vaak bedoeld om snel veel informatie te leren.

70
Q

sandwich course

A

Een opleidingsprogramma waarbij studenten afwisselend studeren en stage lopen of werken.

71
Q

Union Jack

A

De nationale vlag van het Verenigd Koninkrijk.

72
Q

shamrock

A

Een klaverachtige plant en een nationaal symbool van Ierland.

73
Q

Caledonia

A

Een oude Latijnse naam voor Schotland, soms gebruikt in poëzie en liederen.

74
Q

The National Trust

A

Een liefdadigheidsorganisatie in het Verenigd Koninkrijk die zich inzet voor het behoud van natuurlijk en cultureel erfgoed.

75
Q

The Commonwealth

A

Een politieke associatie van 56 landen, voornamelijk voormalige delen van het Britse Rijk.

76
Q

the Garden of England

A

Een bijnaam voor de Engelse regio Kent, vanwege zijn vruchtbare landbouwgrond.

77
Q

the Black Country

A

Een industriële regio in het midden van Engeland, historisch bekend om zijn mijnbouw en productie.

78
Q

Geordies/Mancunians

A

Respectievelijk inwoners van Newcastle (Geordies) en Manchester (Mancunians), twee steden in het Verenigd Koninkrijk.

79
Q

down under

A

Een informele term voor Australië en Nieuw-Zeeland, gelegen op het zuidelijk halfrond.

80
Q

Gaelic

A

Een Keltische taalfamilie die wordt gesproken in Ierland, Schotland en delen van Canada en de VS.

81
Q

Madison Avenue

A

Een bekende straat in New York City, met name geassocieerd met de Amerikaanse reclame-industrie.

82
Q

Wall Street

A

Een straat in het financiële district van New York City, bekend als het centrum van de Amerikaanse financiële markten.

83
Q

Fleet Street

A

Historisch gezien de locatie van de Britse kranten- en uitgeverijen.

84
Q

Docklands

A

Een gebied in Londen langs de rivier de Theems, bekend om herontwikkeling en modernisering.

85
Q

Fifth Avenue

A

Een beroemde winkelstraat in New York City, bekend om luxe winkels en bezienswaardigheden.

86
Q

Westminster

A

Een centraal district in Londen, met veel belangrijke politieke instellingen.

87
Q

Whitehall

A

Een straat in Londen die het hart vormt van de Britse regering, met overheidsgebouwen.

88
Q

West & East End

A

De West End en East End zijn twee delen van Londen met verschillende connotaties. West End staat bekend om theaters en uitgaansgelegenheden, terwijl East End historisch gezien arbeidersklasse en industrieel is.

89
Q

Gretna Green

A

Een dorp in Schotland dat bekend staat als een populaire trouwlocatie vanwege soepelere huwelijksregels.

90
Q

Land’s End

A

Het meest westelijke punt van het vasteland van Engeland.

91
Q

King Arthur

A

Een legendarische koning uit de middeleeuwse Britse legenden, vaak geassocieerd met de Arthuriaanse legende.

92
Q

Tudor/Stuart

A

Respectievelijk de koninklijke huizen die regeerden over Engeland in de 15e tot begin 17e eeuw (Tudor) en het begin van de 17e eeuw (Stuart).

93
Q

Cromwell

A

Oliver Cromwell, een politiek en militair leider die een belangrijke rol speelde in de Engelse burgeroorlog en later Lord Protector werd.

94
Q

the Windsors

A

De koninklijke familie van het Verenigd Koninkrijk, die in 1917 hun naam veranderde van de Duitse Huis van Saksen-Coburg en Gotha.

95
Q

Magna Carta

A

Een historisch document uit 1215 dat beperkingen oplegde aan de absolute macht van de koning en wordt gezien als een vroeg symbool van constitutionele beperkingen.

96
Q

Easter Rising

A

Een gewapende opstand in Dublin in 1916, een keerpunt in de Ierse onafhankelijkheidsstrijd.

97
Q

Sinn Fein

A

Een Ierse politieke partij die streeft naar Ierse eenheid en onafhankelijkheid.

98
Q

the troubles

A

Een periode van conflict in Noord-Ierland tussen de late jaren 1960 en het Goede Vrijdag-akkoord in 1998, gekenmerkt door politiek geweld.

99
Q

decimalization

A

De overgang van het Britse munteenheidssysteem van pond, shilling en penny naar het decimale stelsel in 1971.

100
Q

devolution

A

Het proces waarbij bepaalde bevoegdheden van de centrale overheid worden overgedragen aan regionale overheden, zoals in het VK, Schotland, Wales en Noord-Ierland.

101
Q

a greasy spoon

A

Een informeel eetcafé dat eenvoudige, stevige maaltijden serveert, vaak geassocieerd met traditionele Britse gerechten.

102
Q

railway cats

A

Katten die vaak in treinstations worden aangetroffen en bekend staan om het vangen van muizen.

103
Q

village green

A

Een openbaar groen gebied in een dorp, vaak gebruikt voor recreatie en evenementen.

104
Q

pub

A

Een afkorting voor een openbaar huis, een plek waar alcohol wordt geschonken en mensen elkaar ontmoeten.

105
Q

frogs/krauts

A

Informele termen voor respectievelijk Fransen (Frogs) en Duitsers (Krauts).

106
Q

grass roots

A

politieke processen die aan de basis worden ontwikkeld. Vaak betekent dit dat burgers in plaats van beleidsmakers initiatieven ontwikkelen en beslissingen nemen

107
Q

silent majority

A

Een term die verwijst naar een groep mensen die wordt verondersteld een meerderheid te vormen maar zich niet actief uitdrukt.

108
Q

brain drain

A

Het fenomeen waarbij hoogopgeleide mensen emigreren naar andere landen voor betere kansen.

109
Q

red herring

A

Een afleidingsmanoeuvre of valse aanwijzing die bedoeld is om de aandacht af te leiden.

110
Q

Murphy’s Law

A

De uitspraak dat als er iets fout kan gaan, het ook fout zal gaan.