Surgical Instruments Flashcards
Welke instrumenten zijn er?
Scalpel (klassiek of electro: minder bloeden, sneller, steriliserend, minder goed helen)
Needle holder (hou naald in middel 3rd ban houder, duim/ringvinger)
Scissors (suture cutting of tissue dissecting)
Forceps (thumb forceps, hinged forceps: tissue of hemostatic, Doyen for intestinal)
Clamps or clips
Tissue retractors (hand held of self retaining)
Waar moeten instrumenten aan voldoen?
Duurzaam
Scherp
Roestvrij
Schoon, PH neutraal
Welke naalden zijn er?
Keuze hangt af van tissue
De punt kan zijn: rond, reverse cutting (3 cutting edges, voor huid), of taper cut (combinatie van vorige twee)
Waar moet de draad aan voldoen?
Makkelijk te handelen Geen reactie huid Sterk Stevige knopen Goeie absorptie Geen allergische reactie Steriel Goedkoop
Welke soorten draden zijn er?
Natuurlijk vs synthetisch
Absorbeerbaar (catgut of polymeren) vs niet
Monofilament (1 strand, no cappilarity, no tissue drag, geheugen, slecht te knopen) vs multifilament (goed met coating)
Welke alternatieven zijn er voor draad?
Nietjes (huid)
Tissue adhesives (lijm)
Meshes
Hoe selecteer je het materiaal om een wond te dichten?
Kijk naar het materiaal voor de soort en de maat
Huid: monofilament of nietjes
Spier: absorbeerbaar materiaal
Bindweefsel: slow healing, absorbeerbaar of niet is debate over
Intestine: absorbable want heelt snel
Tendon: niet absorbeerbaar
Vessels/nerveus: idem
Hoe maak je een knoop?
Tenminste 3 knopen
Goede hoeveelheid spanning
Gelijk trekken aan beide zijden
Welke patronen zijn er voor draden?
Interrupted:
Je kunt de spanning aanpassen, een failure is niet zo erg, maar kost meer tijd en draad en er is meer vreemd materiaal in de wond
Continuous:
Snel, minder materiaal, meer lucht- en waterdicht, maar een losse knoop is problematisch en spanning niet goed te regelen
Welke soorten hechtingen zijn er?
Appositioning sutures
Tension sutures
Inverting (intestines, Blatter: tegen leakage) en everting