Strafrecht Begrippen H1-8 Flashcards
Doelen opleggen straf (2)
- vergelding
- preventie (sociaal en generaal)
Materieel strafrecht
Wat is het strafbare feit
Formele strafrecht
Welke regels worden gevolgd
Sanctierecht
Wanneer mag straf worden opgelegd
Strafrecht in wetboek
Commune strafrecht
Rechtsmiddel
Middel om beslissing aan te vechten bij hogere instantie
Wetboek I
Algemene leerstukken, van toepassing op alle delicten
Wetboek II
Misdrijven (strafbepaling)
Wetboek III
Overtreding (strafbepaling)
Delictenomschrijving
Welke ongewenste gedragingen de wetgever strafbaar heeft willen stellen
Kwalificatie aanduiding
Hoe het gedrag in juridisch opzicht moet worden benoemd
Strafbedreiging
Welk soort straf mag worden opgelegd en wat het maximum daarbij is
Strafbaar feit
Een menselijke gedraging die valt binnen de grenzen van een wettelijke Delictenomschrijving, die wederrechtelijk is en aan schuld te wijden
Tenlastelegging
Processtuk waarin staat beschreven welke gedraging de verdachte volgens de officier van justitie zou hebben verricht
Kwalificatie
Rechter moet de bewezen verklaarde feitelijke gedragingen uit de tentlastelegging juridisch benoemen
Wederrechtelijk
In strijd met de wet (element)
Reeel gedragsalternatief
Redelijkerwijs een andere optie dan het overtreden van de wet
Legaliteitsbeginsel
Geen feit is strafbaar dan uit kracht van een daaraan voorafgegane wetsbepaling
Verbod terugwerkende kracht
Gedragingen na invoering van strafbepalingen zijn strafbaar
Wethistorische interpretatie
Totstandkomingsgeschiedenis van bepaling
Grammaticale interpretatie
Taalkundige betekenis van woorden in desbetreffende bepaling en zinsverband
Systematische interpretatie
Systematiek van de wet
Teleologische interpretatie
Inhoud van wetsterm wordt bepaald naar doel van wetgever
Absolute competentie
Welk soort rechter bevoegd is om kennis te nemen van strafzaak
Omissiedelict
Delict door nalaten
Bijzondere strafbepaling
Delictenomschrijving bouwt voort op ander delict
Gekwalificeerd delict
Zware variant van bijzondere strafbepaling
Geprivilegieerd delict
Lichtere variant van bijzondere strafbepaling
Voorwaardelijke opzet
Veroorzaken van secundaire gevolgen voor lief nemen
Geobjectiveerde bestanddelen
Opzet van dader hoeft niet gericht te zijn
Culpa
Verwijtbare aanmerkelijke voorzichtigheid
Bewuste culpa
Als culploze dader realiseert dat hij onvoorzichtig is
Onbewuste culpa
Als wetenschap omtrent onvoorzichtigheid niet bij dader aanwezig is
Rechtvaardigingsgronden
Nemen wederrechtelijkheid weg en rechtvaardigen de daad
Strafuitsluitingsgronden
Nemen de verwijtbaarheid weg en excuseren zodoende de daden
Noodweer
Recht op verdediging bij aanval
Subsidiariteit
Verdediging is noodzakelijk
Proportionaliteit
Verdediging mag niet in wanverhouding staan met aanval
Overmacht
Keuze tussen naleven van strafplicht en maatschappelijke plicht
Noodweerexces
Overschrijding proportionele verdediging door de door de aanval veroorzaakte emoties
Intensief noodweerexces
Disproportionele verdediging: te heftig
Extensief noodweerexces
Disproportioneel, verdediging duurt voort tot NA de aanval
Tardier noodweerexces
Verdediging begint na aanval
Psychische overmacht
Van buitenaf komende drang waaraan men redelijkerwijs geen weerstand kan of hoeft te biedem
Ontoerekeningsvatbaar
Schulduitsluiting, wil van de dader niet meer in vrijheid gevormd
Poging
Poging tot misdrijf is strafbaar, wanneer het voornemen van de dader zich door een begin van uitvoering heeft geopenbaard
Subjectieve theorie
Intentie focus. Sprake van uitvoering wanneer handelingen worden verricht die uiting geven aan misdadige wil
Objectieve theorie
Uitvoering moet daadwerkelijk begin vormen van het misdrijf
Cito arrest
Is een gedraging naar uiterlijke verschijningsvorm te beschouwen als gericht op voltooiing van een misdrijf
Uiterlijke verschijningsvorm
Hetgeen dat achteraf vaststelbaar is
Absoluut ondeugdelijke poging
NIET STRAFBAAR. Gebruikte middel maakt het slagen van de poging in alle gevallen onmogelijk
Relatief ondeugdelijke poging
STRAFBARE POGING. gewoonlijk wel gewenste gevolg, maar in de omstandigheden de voltooiing van het misdrijf niet kunnen veroorzaken
Voorbereiding strafbaar misdrijf (>8)
Opzettelijk voorwerpen, stoffen, informatiedragers, ruimten of vervoersmiddelen bestemd tot het begaan van misdrijf verwerft, vervaardig, invoert, doorvoert, uitvoert of voorhanden heeft
Subjectieve bestemming
Opzet van de dader (intentie)
Vrijwillige terugtred
Voorbereiding nog poging bestaat indien het misdrijf niet is voltooid te gevolge van de wil van dader afhankelijk. Ofwel: vrijwillig opgeven van de poging
Gestrafte daders
Plegen, doen plegen, medepleger, uitlokker
Medepleger
Tijdens of bij en vooraf
Pleger
In zijn eentje alle delictsbestanddelen voor zijn rekening neemt
Dubbel opzet
MOET: bijdrage willen leveren aan strafbare feit en opzet in delict
Plegen-plegen
Medeplegers vervullen beide voor zich de gehele Delictenomschrijving
Medepleger-plegen
Medepleger helpt dader met het vervullen van een strafbaar feit
Medepleger-medepleger
Geen van de daders pleegt gehele feit. Delictsbestanddelen verspreid over de deelnemers
Medepleger-medepleger
Geen van de daders pleegt gehele feit. Delictsbestanddelen verspreid over de deelnemers
Formeel strafrecht of strafvordering
Deel met regels van strafprocesrecht
Onschuldspresumptie
Iedere vermoedelijke dader is onschuldig totdat het tegendeel is bewezen
Ernstige bezwaren
Zwaardere graad van verdenking
Zwijgrecht
Verdachte mag niet gedwongen worden zichzelf te belasten ofwel nemo tenetur
Pressieverbod
Geen ongeoorloofde druk op een verdachte uitoefenen
Rechtsbijstand
Recht op een raadsman
Rasdsman
Advocaat die de verdachte adviseert en de verdediging met hem voert
Verschoningsrecht
Wet geeft getuige het recht om te zwijgen
Raadsheren
Rechters van gerechtshof en hoge raad
Conclusies
Adviezen van advocaten-generaal
Rechter-commissaris of raadsheer-commisaris
Rechters die deelnemen aan onderzoek dat aan het proces vooraf gaat
Opsporingsbeambtenaar
Politie
Proces fasen (5)
Opsporingsonderzoek Onderzoek ter rechtszitting Beraadslaging en uitspraak Rechtsmiddelen Tenuitvoerlegging
Subsidiariteit
Minder vergaande weg voorhanden waarmee hetzelfde doel kan worden bereikt
Proportionaliteitseis
Gekozen methode moet in verhouding staat tot te bereiken doel
Redelijkheid en billijkheid
Weloverwogen beslissingen dus geen willekeur
Zuiver van oogmerk
Geen detournement de pouvoir ofwel misbruik van bevoegdheid
Gelijkheidsbeginsel
Gelijke gevallen op zelfde manier behandeld
Verdenking
Op grond van feiten of omstandigheden is er een redelijk vermoeden gerezen dat een strafbaar feit heeft plaatsgevonden
Proactief onderzoek
Opsporingsonderzoek wordt uitgevoerd terwijl er nog geen sprake is van verdenking
Controle
Toezicht op naleving van de wet
Voorwaarden aanhouding (3)
Verdachte
Verdenking van strafbaar feit
Aanhouding door bevoegd persoon
Ophouden
OvJ/HOvJ, verdenking van strafbaar feit, 6 uur, (+9), 6 uur verlenging voor identificatie
Inverzekeringstelling
OvJ/HOvJ, verdenking van strafbaar feit wanneer voorlopige hechtenis is toegestaan, 3 dagen, + 3 dagen alleen door OvJ
Bewaring
RC, ernstige bezwaren, 14 dagen, geen verlenging
Gevangenhouding
Rechtbank, ernstige bezwaren, 30 dagen (2x verlenging)