Strafrecht Flashcards

1
Q

Wat wordt bedoeld met het legaliteitsbeginsel?

A

Je kan enkel gestraft worden voor iets dat strafbaar is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Een wetsartikel dat betrekking heeft op een strafbaar feit bevat altijd een norm en een sanctie, en vaak ook een KWALIFICATIE.
Wat wordt hier bedoeld met een kwalificatie?

A

De term die aan het strafbaar feit is gegeven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat betekent wederrechtelijkheid?

A

In strijd met het recht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is het verschil tussen een medepleger en een medeplichtige?

A

Een medepleger voert een deel van het misdrijf uit, een medeplichtige voert ondersteunende handelingen uit die het plegen van het feit makkelijker maken voor de plegers.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Noem de drie soorten straffen die je in Nederland opgelegd kan krijgen.

A

Vrijheidsberoving, geldboete en taakstraf.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly