Sociale psychologie Flashcards
situationisme
gedrag wordt bepaald door omgevingsfactoren
dispositionisme
belang van persoonlijke eigenschappen
menselijk gedrag wordt bepaald door 3 dingen
1 sociale rollen die iemand speelt= sociaal gedefineerd gedragspatroon die mensen in een bepaalde omstandigheid of groep dienen te vertonen
2 sociale normen van een groep= ongeschreven regels over de manier waarop groepsleden zich horen te gedragen.
3 schema’s: clusters van concepten –> we hebben dus een verwachtingspatroon
conformisme
mening, gedrag en attitudes van andere groepsleden overnemen
Ash effect
vorm van conformisme waarbij een groepsmeerderheid het oordeel van een individu beinvloed.
factoren die conformisme stimuleren
omvang van de groep openbaarheid ambiguïteit van de taak samenstelling van de meerderheid gevoel van eigenwaarde macht van bondgenoot
conformisme vs autonomie
autonomie zorgt voor emotionele belasting
groepsdenken
keuzes maken met een groep waar niet iedereen van de groep achterstaat of zelfs niemand, denken dat iedereen akkoord is omdat niet tegen spreekt –> als iedereen zo denkt doe je aan groepsdenken
milgram experiment
zochten uit welke factor het maakte dat mensen shocken uit deelde of juist niet
Als men andere mensen shocken zag toedienen deden ze het zelf ook veel sneller
diffusie van verantwoordelijkheid/omstaander probleem
perceptie van de grootte van de groep mensen die verantwoordelijk zijn om een slachtoffer te helpen: hoe meer mensen er zijn hoe minder je jezelf verantwoordelijk voelt
factoren die meespelen naar difussie v verantwoordelijkheid: sociale remming/inhibitie
mensen willen in het publiek niet verkeerd handelen
factoren die meespelen naar difussie v verantwoordelijkheid: sociale facilitatie
wat je goed kan laat je ook graag zien als er veel volk is
interpersoonlijke aantrekkingskracht:
nabijheid
mensen die je vaak tegen komt ga je sneller een grotere aantrekkingskracht op hebben
interpersoonlijke aantrekkingskracht:
nabijheid en het vormen van vriendschappen
studie van segal: ontstaan sterken relatie tussen die groep die via alfabed worden geordend en de ontstane vriendschap
effect van fysieke nabijheid
interpersoonlijke aantrekkingskracht:
gelijkenis
mensen met dezelfde voorkeuren worden aantrekkelijker gevonden
opposite attract
tegengestelde van gelijkenis
tegengestelde kan ook leiden tot aantrekking omda ze elkaar dan kunnen aanvullen
interpersoonlijke aantrekkingskracht:
openheid
mensen zoeken mensen die een stukje van hun eigen laten zien dat ze niet zien aan anderen –> opbouw van vertrouwensband
liefjes delen ook speciale geheimen ect
interpersoonlijke aantrekkingskracht:
fysieke aantrekkelijkheid
knappere mensen worden universeel gezien dat ze slimmer zijn en sociaal vaardiger –> knappe mensen zijn vaak ook winnaars types
loyaler tov groepn die ons veel inspanning laten doen:
expectancy-value theory
theorie van verwachte waarde
we gaan opzoek naar mensen die het zelfbeeld dat we ons voorstellen gaan bevestingen
gevaar want zo ontstaan toxic relaties: mensen gaan opzoek naar een partner die hun kleineren
cognitieve dissonantie
mensen die zich vrijwillig overgeven aan gedrag dat hun ongemak oplevert of dat botst met hun opvatting en hun normen ze in een gemotiveerde psychische toestand belanden
is een gevoel dat we allemaal wel eens hebben gehad. Het ontstaat namelijk wanneer we het idee hebben dat ons gevoel tegen onze gedachte of mening ingaat.
stereotypes
opvattingen over kenmerken die typerend zijn voor leden van bepaalde groep –> er wordt niet gekeken naar de persoon zelf
discriminatie
negatieve acties ten opzicht van individuen die louter gebasseerd zijn op hun behoren tot bepaalde groepen
oorzaken vooroordelen
- ongelijkheid van sociale afstand
- zondebok aanwijzen
- conformisme aan sociale normen: situatie willen houden zoals ze is
- stereotypering
- dehumanisering: andere als minder menselijk beschouwen
STEREOTYPES WORDEN MEER GEBRUIKT WANNEER WE COGNITIEF ZIJN UITGEPUT
factoren die zorgen voor groepsdenken
dominant leiderschap
sterke groepscohesie= gevoel dat ze geaccepteerd zijn
gebrek aan objectieve procedures voor bewijsvergaring
sterke druk door externe dreiging