Séquence 7 VOC Flashcards
1
Q
un espace
A
een ruimte / een plaats
2
Q
travailler
A
werken
3
Q
rencontrer
A
ontmoeten / tegenkomen
4
Q
un chef de projet
A
een projectleider
5
Q
écouter
A
luisteren
6
Q
pendant
A
tijdens
7
Q
après
A
na
8
Q
un besoin
A
een behoefte
9
Q
un espace ouvert
A
een open ruimte
10
Q
un espace collaboratif
A
een ruimte om samen te werken
11
Q
un espace de détente
A
een plek om te ontspannen
12
Q
une salle de repos
A
een ontspanningsruimte
13
Q
dessiner
A
tekenen
14
Q
aménager
A
inrichten
15
Q
un aménagement
A
een inrichting