Scherm_afbeelding-2024-06-25-om-17.04.40 Flashcards

1
Q

Er zijn 4 soorten schildklierkanker.
Zet ze in de juiste volgorde met bovenaan de meest voorkomende schildklierkankersoort en onderaan de minst vaak voorkomende schildklierkankersoort.

Papillair Anaplastisch Medullair Folliculair

A

Papillair schildkliercarcinoom
Folliculair schildkliercarcinoom
Medullair schildkliercarcinoom
Anaplastisch schildkliercarcinoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn de gevolgen van een unilaterale iatrogene nervus laryngeus recurrens parese?

Meerdere antwoorden zijn goed, selecteer deze.

Heesheid
Verslikken
Kriebelhoest
Globusgevoel
Bedreigde ademweg

A

Heesheid
Verslikken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

“Is antibiotica wel of niet van nut als profylaxe bij chirurgie van de navel bij kinderen om een wondinfectie te voorkomen?”

Tot welke Outcome leidt deze onderzoeksvraag, waarbij het volgende is gegeven aangaande de PICO-methode?
P = kinderen met een operatie aan de navel.
| = antibiotica profylaxe.
C = geen antibiotica profilaxe.

O = voorkomen van wondinfectie
O = voorkomen van wonddehiscentie
O = voorkomen van allergie op antibiotica

A

voorkomen van wondinfectie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waartoe leidt een stijging in het PTH hormoon in het lichaam?

  1. Tot een verhoogde botturnover in het skelet
  2. Tot een omzetting van calcium in de lever tot calcitriol
  3. Tot een afname in de terugresorptie van calcium in de nier 4. Tot een afname van de hoeveelheid vitamine D in het serum
A

Tot een verhoogde botturnover in het skelet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

In SCHERP 2.1 is de logistiek om te komen tot het toekennen van toevertrouwde handeling beschreven.
Wie moet de toevertrouwde handeling, volgens deze beschrijving, aanvragen?

De opleidersgroep
Het leerhuis
De (plaatsvervangend) opleider
De stagebegeleider
De aios

A

AIOS

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Er komt een patiënt op de SEH met een mensenbeet in het gelaat.

Geef van onderstaande stellingen aan of deze waar of niet waar zijn. Per rij is één goed antwoord mogelijk, selecteer deze.

Geef in deze gevallen amoxicilline/clavulaanzuur: 500/125 mg 3 dd gedurende vijf dagen bij volwassenen

Sluit een scheur-/kneusbijtwond in het gelaat binnen twee uur, gezien het cosmetisch belang

A
  1. Waar
  2. Fout

https://richtlijnendatabase.nl/richtlijn/bijtverwondingen/behandeling_van_scheur-_kneusbijtwonden_honden-_mensenbeten.html

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Een jongen van 16 jaar oud komt op de poli met een recidief unguis incarnatus hallux links. Er is eerder door de huisarts een behandeling gedaan.

Welke behandelingen van een recidief unguis incarnatus worden geadviseerd om de kans op re-recidief te verlagen? Meerdere antwoorden zijn goed, selecteer deze.

  1. Een chemische destructie met 85% fenol.
  2. Een open excisie van de matrix middels lazy-S incisie.
  3. Een open benadering voor de resectie van het betreffende (en eerder onbedoeld achtergelaten) gedeelte van de matrix en het additio- nele gebruik van fenol 85%.
A

Laatste twee zijn goed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

U hebt een MRI laten maken bij een patiënte met een weke delen tumor van het linker bovenbeen. Zie onderstaande afbeelding.
Welke beschrijvingen passen hierbij?
Meerdere antwoorden zijn goed, selecteer deze.

Coronaal
Sagittaal
T1-gewogen opname
T2-gewogen opname

A

Coronaal
T1

https://www.researchgate.net/figure/Lipoma-with-MR-imaging-features-of-lipoma-a-Coronal-T1W-and-b-STIR-MR-images-showing-a_fig2_230871147

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Een patiënt komt naar de SEH vanwege buikpijnklachten na een eerdere laparoscopische appendectomie in een buitenlands ziekenhuis drie weken geleden.
De SEH verpleegkundige benoemt een mogelijke MRSA verdenking bij deze patient, de patiënt is korter dan 24 uur opgenomen geweest.

Heeft deze patiënt verhoogd risico op MRSA dragerschap?
Ja
Nee

A

Ja

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is juist ten aanzien van de tetanus vaccinatie?

  1. Deze vaccinatie bestaat uit 1 injectie.
  2. Zonder bescherming is 5-10% van de infecties met tetanus dodelijk.
  3. Indien de tetanus vaccinatie langer dan 10 jaar geleden is moet er actieve vaccinatie gestart worden.
A

Indien de tetanus vaccinatie langer dan 10 jaar geleden is moet er actieve vaccinatie gestart worden.

leerboek chirurgie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Een patiënt met verdenking acute buik komt op de SEH.
Bij AO is er sprake van een CRP van 350 en leuco’s van 35.
Wat is juist ten aanzien van het bepalen van het CRP bij het aantonen van een infectieuze oorzaak van de acute buik?

OHet CRP kan hoog zijn bij een urgente diagnose
OHet CRP kan laag zijn bij een urgente diagnose
OCombinatie van een CRP en leucocyten verhoogt de sensitiviteit en specificiteit.
OAlle antwoorden zijn goed

A

Alle antwoorden zijn goed.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Er komt een vrouw op de SEH die in haar onderarm is gebeten door de buurvrouw tijdens een ruzie.
De bijtwond is nu 4 uur oud. Bij inspectie ziet u meerder prikverwondingen van de tanden aan de volaire zijde van de onderarm.
Welke behandeling is juist?
Meerdere antwoorden zijn goed, selecteer deze.

Antibiotica starten
Wondkweek afnemen
Tetanusvaccinatie geven
Spoelen van de wonden en waar niet de volledige diepte van een wond zichtbaar is, verder open leggen

A

AB
Spoelen en verder openleggen
Tetanusvaccinatie controleren!

https://richtlijnendatabase.nl/richtlijn/bijtverwondingen/startpagina_-_bijtverwondingen.html

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

De overdracht is van groot belang voor de continuïteit van de zorg en draagt bij aan de patiëntveiligheid. Volgens de Joint Commission International (JCI), een Amerikaans kwaliteitsinstituut, is 67% van de medische fouten het gevolg van miscommunicatie. Meer dan de helft van deze fouten blijkt men toe te kunnen schrijven aan een gebrekkige medische overdracht.

Welke factoren dragen bij aan een goede communicatie tijdens de medische overdracht? Meerdere antwoorden zijn goed, selecteer deze.

Bespreken van anticiperend beleid Tijdsdruk
Training en feedback aangaande overdragen
Standaardisatie van de overdracht
Vrijblijvende aanwezigheid
Gebruik maken van een voorzitter
Behandelbeperkingen benoemen

A

Bespreken van anticiperend beleid

Training en feedback aangaande overdragen

Standaardisatie van de overdracht

Gebruik maken van een voorzitter

Behandelbeperkingen benoemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

De dienstdoenden worden regelmatig gebeld over de urineproduktie van chirurgische patiënten.
Wanneer is er bij een volwassen patiënt sprake van anurie?
Bij een urineproduktie van minder dan:
100 ml/dag
400 ml/dag

A

100ml/dag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke van onderstaande endogene mediatoren dragen (onder andere) bij aan de ontwikkeling van sepsis? Meerdere antwoorden zijn goed, selecteer deze.

Cytokines
Zuurstof
Koolstofdioxide
Histamine
Stikstofmonoxide (NO)

A

Cytokines
Histamine
Stikstofmonoxide (NO)

onthouden: 02 en C02 niet, anders iedereen sepsis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Bij een patiënt van 40 jaar wordt bij een echo abdomen sludge in de galblaas gevonden.
Wat is juist ten aanzien van sludge in de galblaas?
Meerdere antwoorden zijn goed, selecteer deze.

➡Sludge kan verdwijnen
➡Sludge kan geen pancreatitis veroorzaken
➡Sludge kan ontstaan na forse gewichtstoename
➡Sludge is de eerste stap naar het ontstaan van galstenen

A

➡Sludge kan verdwijnen
➡Sludge is de eerste stap naar het ontstaan van galstenen

https://richtlijnendatabase.nl/richtlijn/galsteenlijden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Welke van onderstaande factoren hebben invloed op de ontwikkeling van cholesterol galstenen? Meerdere antwoorden zijn goed, selecteer deze.

Galblaashypomobiliteit
Leeftijd
Intra-ductale stase
Ziekte van Crohn
Levercirrose
Overgewicht
Cardiovasculaire aandoeningen
Geslacht

A

Galblaashypomobiliteit
Leeftijd
Overgewicht
Cardiovasculaire aandoeningen
Geslacht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Welke beschrijving hoort bij welk klinisch stadium van de TNM classificatie voor borstkanker?
Per klinisch stadium is steeds één beschrijving van toepassing.
T4a, T4b, T3, T1b, Tis

Ulceratie of peau d’orange
Invasie in de thoraxwand
Tumor van meer dan 0,5 cm. maar kleiner dan 1 cm.
M Paget
Tumor van meer dan 5 cm.

A

Ulceratie of peau d’orange - 4b
Invasie in de thoraxwand - 4a
Tumor van meer dan 0,5 cm. maar kleiner dan 1 cm. - 1b
M Paget - Tis
Tumor van meer dan 5 cm. - 3

Richtlijn Mammacarcinoom - TNM classificatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Een 17-jarige vrouw komt op de mammapoli met een sinds al langere tijd bestaande zwelling van ca 2.5 cm. in een cup D.
De zwelling lijkt het laatste half jaar iets gegroeid te zijn. De zwelling is niet pijnlijk. Er is geen sprake van tepelvloed. In haar familie komt mastopathie voor.
Wat is de meest waarschijnlijke diagnose op basis van deze gegevens?

Cyste
Mastopathie
Fibroadenoom
Mammacarcinoom

A

Fibroadenoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Een 62 jarige vrouw presenteert zich op de Spoedeisende hulp met aanvalsgewijze pijn in epigastrio. De pijn straalt uit naar de rug en houdt inmidddels > 2uur aan.
Bij lichamelijk onderzoek heeft zij een temperatuur van 37.4 C en is het murphy sign negatief. Het lab toont een bilirubine van 60 μmol/l (ref. <17 μmol/l).

Er wordt een transabdominale echo verricht met de volgende uitslag: galblaas gevuld met galstenen zonder tekenen van cholecystitis. De ductus choledochus meet 1cm. Hierin worden geen concrementen gezien.

Welke diagnostische modaliteit heeft de voorkeur om choledocholithiasis aan te tonen?

Meerdere antwoorden zijn goed, selecteer deze.

Herhalen echo
ERCP
EUS
Ост
MRCP

A

EUS
MRCP

Richtlijn galsteenlijden: https://richtlijnendatabase.nl/richtlijn/galsteenlijden/galsteenlijden_-_startpagina.html

Obv richtlijn galstenen is dit een patient met een intermediate risk. Daarbij is er een indicatie voor een MRC of een EUS. Direct een ERCP alleen bij een hoog risico patient. De volgende combinaties van factoren zijn voorspellende indicatoren voor de aanwezigheid van choledocholithiasis (in positieve likelihood ratio (LR)): (Abboud 1996): LR+ >10: cholangitis, pre-operatieve geelzucht, echografisch aangetoonde choledocholithiasis.
LR+ 4-7: echografische aangetoonde dilatatie van de ductus choledochus, hyperbilirubinemie (> 2 x normaalwaarde).
LR+ <3: verhoogd alkalisch fosfatase, pancreatitis, cholecystitis, verhoogd amylase/lipase.
Het is niet noodzakelijk routinematig aanvullend radiologisch onderzoek te doen naar eventuele choledocholithiasis (Jarhult 2005).
Er is geen plaats voor CT bij de detectie van choledocholithiasis.
Het verdere diagnostisch proces (na de echo) is sterk afhankelijk van het bepaalde risicoprofiel.
Bij laag risico op symptomatische choledocholithiasis is geen aanvullende radiologische diagnostiek aangewezen.
Bij intermediair risico dient bij een negatieve transabdominale echo, aanvullend MRC of EUS te geschieden.
Hoog risico patiënten hebben een directe indicatie voor ERC.
ERCP alleen bij hoge verdenking of bewezen stenen in de CBD

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Bij bariatrische chirurgie wordt door het sluiten van de mesenteriale defecten tijdens de primaire operatie getracht een inwendige herniatie in de toekomst te voorkomen.

Is deze stelling juist of onjuist?

A

Juist

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Wat past er in de differentiaal diagnose van het melanoom?
Meerdere antwoorden zijn goed, selecteer deze.

Naevus naevocellularis
Actinische keratose
Verruca seborrhoica
Granuloma pyogenicum
Gepigmenteerd basaalcelcarcinoom
Ziekte van Bowen

A

Alles behalve actinische keratose

Leerboek chirurgie hoofdstuk 36

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wat is waar m.b.t. het weke delen sarcoom?
Meerdere antwoorden zijn goed, selecteer deze

-Het Li-Fraumeni syndroom geeft geen verhoogd risico op het ontstaan van een sarcoom.
-Het komt vooral bij kinderen voor.
-Het weke delen sarcoom kan voorkomen op ledematen en op de romp.
-Benigne weke delen tumoren komen vaker voor dan maligne weke delen tumoren.

A

-Het weke delen sarcoom kan voorkomen op ledematen en op de romp.
-Benigne weke delen tumoren komen vaker voor dan maligne weke delen tumoren.

Hoofdstuk 38

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Soms is het voor pathologen lastig om het onderscheid te maken tussen een ductaal carcinoom of een lobulair carcinoom.
Welke aanvullende kleuring wordt hiervoor meestal gebruikt?

Hematoxyline-eosine
E-cadherine
Cytokeratine 5/6
CD34
MIB-1
Ki-67

A

E-cadherine

CD34 lymfe-angioinvasie
Ki67/MIB1 proliferatie snelheid
HE algemeen beeld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Geef van onderstaande ziektebeelden aan wat zinvol aanvullend onderzoek is in de analyse van de genoemde ziektebeelden. Per rij en/of per kolom kunnen meerdere antwoorden goed zijn. Kruis deze aan.

Hyperparathyreoidie
Palpabele nodus in de schildklier
Hyperthyreoidie

Echografie van de hals
Sestamibiscan
Choline PET scan
Jodium scintigrafie

A

Hyperparathyreoidie: echo, sestamibiscan, CT choline

Palpabele nodus in de schildklier: echo

Hyperthyreoidie: echo, jodium

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Een 75 jarige dame komt op het spreekuur met een zwelling van 6 cm. op het onderbeen.
Bij klinisch onderzoek wordt geen roodheid of pigmentatie van de huid gezien.
Welke diagnose dient te worden uitgesloten?

Sarcoom
Dermatofibroom
Lipoom
Atheroom

A

Sarcoom

http://www.med-info.nl/Richtlijnen/Oncologie/Bot-%20en%20weke%20delen/Wekedelentumoren.pdf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Wat is de aanbeveling bij de behandeling van een hernia femoralis?

Een plug is een goede optie voor een correctie in de acute setting.

Een hernia femoralis in de electieve setting wordt bij voorkeur behandeld met een laparo-endoscopische techniek.

Een conservatief beleid bij een asymptomatische hernia femoralis is een goede optie.

Het maakt voor de uitkomsten niet uit of er een mat gebruikt wordt bij de correctie.

A

Een hernia femoralis in de electieve setting wordt bij voorkeur behandeld met een laparo-endoscopische techniek.

Richtlijn: liesbreuk volwassenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

Op de poli verschijnt een 64 jarige vrouw met een asymptomatische zwelling in haar liesregio, klinisch verdacht voor een liesbreuk.
Wat is de juiste behandeling?

Operatief herstel

Gezien het een asymptomatische breuk betreft is een afwachtend beleid veilig (watchfull waiting)

A

Operatief herstel

Bij vrouwen met verdenking op een ‘liesbreuk’ wordt een operatieve behandeling geadviseerd, vanwege de hoge(re) kans op een hernia femoralis en de daarmee gepaard gaande kans op strangulatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Wat is waar m.b.t. de behandeling van het melanoom?
Meerdere antwoorden zijn goed, selecteer deze.

Profylactische klierdissectie verbetert de prognose

In geval van een huidlaesie dient bij verdenking op melanoom een ruime excisie plaats te vinden

In geval van stadium IV ziekte kan met anti-PD-1-antilichamen (nivolumab, pembrolizumab) in ongeveer de helft van de gevallen een langdurige complete respons worden verwacht

Vitale patiënten die geopereerd zijn voor een stadium III melanoom komen in principe in aanmerking voor adjuvant systemische behandeling

Bij een melanoom met een Breslow dikte van kleiner dan of gelijk aan 2 mm dient een re-excisie met een marge van 1 cm te worden verricht

A

In geval van stadium IV ziekte kan met anti-PD-1-antilichamen (nivolumab, pembrolizumab) in ongeveer de helft van de gevallen een langdurige complete respons worden verwacht

Vitale patiënten die geopereerd zijn voor een stadium III melanoom komen in principe in aanmerking voor adjuvant systemische behandeling

Bij een melanoom met een Breslow dikte van kleiner dan of gelijk aan 2 mm dient een re-excisie met een marge van 1 cm te worden verricht

Hoofdstuk 36

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

Welke mutaties worden het meest gevonden in melanomen?
Sleep de mutaties van links naar rechts. Zet de mutaties van boven naar beneden in volgorde van meest naar minst.

BRAF
KRAS
C-KIT
NRAS

A

BRAF
NRAS
C-KIT
KRAS

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

Welke bevindingen bij standaard beeldvorming (mammografie / echo) gaan samen met een verhoogd risico op borstkanker? Meerdere antwoorden zijn goed, selecteer deze.

Cysten
Dens klierweefsel
Toename van microcalcificaties
Fibro-adenoom

A

Dens klierweefsel
Toename van microcalcificaties

FMS richtlijn mammacarcinoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
32
Q

Wat is bij een mammasparende operatie het voordeel van een batwing incisie ten opzichte van een omega incisie?

Geen, er is geen voordeel

Met de batwing incisie wordt de borst iets gelift

Het zit minder in het decolleté

De plastisch chirurg kan na een batwing incisie makkelijker een reconstructie maken als dat nodig is

A

Met de batwing incisie wordt de borst iets gelift

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
33
Q

Een 80-jarige vrouw heeft 5 jaar geleden vanwege een obstructieve coecumtumor een acute hemicolectomie rechts ondergaan. Een recente colonoscopie liet geen afwijkingen zien. Haar CEA is normaal.
Zij presenteert zich nu met moeheid, slap gevoel, licht in het hoofd en in het bloedonderzoek een laag Hb.
Welke anemie is het meest waarschijnlijk?

Macrocytaire anemie
Sideroblastische anemie
Normocytaire, normochrome anemie
Microcytaire, normochrome anemie

A

Macrocytaire anemie (gezien waarschijnlijk vitamine B12 tekort door darm resectie, meeste resorptie vindt plaats door terminale ileum. Vit B12 bindt aan intrinsic factor in de maag en gaat verder als complex).

Macro: vitB12
Micro:
Chroom: geeft de kleur aan van bloedcel
Sideroblastisch: ineffectieve erythropoieeis wat leidt tot verhoogde iron absorptie, loading en soms haemosiderosis.
Sikkelcel: abnormale B-chain (MC HbS > HbA)
Aplastisch: rare. Leidt tot pancytopenie en hypoplastisch BM. MC auto-immuun (parvo, hepatitis) of bestraling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
34
Q

Welke adviezen gelden voor wat betreft de responsevaluatie na neo-adjuvante behandeling van het rectumcarcinoom?
Meerdere antwoorden zijn goed, selecteer deze.

Endoscopie is nodig voor het vaststellen van een complete respons

Rectaal toucher is niet nodig bij responsevaluatie

MRI met DWI is onderdeel van de responsevaluatie

Er moet in principe wel responsevaluatie worden verricht tenzij 5x5gy en direct opereren

A

Alle antwoorden, behalve RT is niet nodig.

FMS richtlijn colorectaal carcinoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
34
Q

Wat is waar met betrekking tot ‘peptic ulcer disease’?
Meerdere antwoorden zijn juist, selecteer deze.

50% van de maagulcera wordt veroorzaakt door een infectie met H. Pylori.

95% van de patiënten met een ulcus duodeni heeft een infectie met H. Pylori.

Bij 15% van de patiënten die een gastroduodenoscopie ondergaan vanwege bovenbuikklachten wordt een ulcus gediagnosticeerd.

Roken, alcohol- en koffieconsumptie spelen een rol bij de ontwikkeling van een ulcus.

Slechts 10% van de mensen met een kolonisatie van H. pylori ontwikkelt een ulcus.

A

95% van de patiënten met een ulcus duodeni heeft een infectie met H. Pylori.

Roken, alcohol- en koffieconsumptie spelen een rol bij de ontwikkeling van een ulcus.

Slechts 10% van de mensen met een kolonisatie van H. pylori ontwikkelt een ulcus.

Leerboek chirurgie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
34
Q

Een 45-jarige man, die rookt en wat overgewicht heeft, klaagt over passagestoornissen die langzaam progressief zijn in de afgelopen jaren. Verder komt er af en toe maagzuur met etensresten omhoog. Hij heeft pijn achter het borstbeen bij bukken. De laatste maanden is hij een paar kilo afgevallen. Hij klaagt tevens over keelpijn, hoesten en soms heesheid en een foetor ex ore.
Wat past in de differentiaal diagnose?
Meerdere antwoorden zijn juist, selecteer deze.

Achalasie
Hernia diafragmatica
Oesofaguscarcinoom
Gastro-oesofageale refluxziekte
Zenker’s divertikel

A

Alle antwoorden.

Leerboek chirurgie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
35
Q

In de curatieve setting bij patiënten >70 jaar met een niet gevorderd coloncarcinoom bleek een decomprimerend stoma in vergelijking met een acute resectie gepaard te gaan met een lagere 90-dagen mortaliteit.
Rond welk percentage ligt de mortaliteit voor een acute resectie?
5%
8%
13%
20%

A

13%

richtlijn colorectaalcarcinoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
35
Q

Na een doorgemaakt appendiculair infiltraat is het routinematig verrichten van een appendectomie a froid geïndiceerd.

Is de stelling juist of onjuist?

A

Onjuist

Richtlijn acute appendicitis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
36
Q

Een 62-jarige vrouw ondergaat een coloscopie en er wordt een 1 cm grote sessiele poliep in het colon ascendens gevonden die endoscopisch verwijderd wordt.
De PA toont een slecht gedifferentieerd adenocarcinoom, SM3 met lymfatische invasie en een vrije marge van 1 mm.

Welke vervolgbehandeling is geïndiceerd?

Laparoscopisch dan wel robot geassisteerde hemicolectomie rechts

Herhaal een endoscopische resectie met als doel 5 mm extra marge te verkrijgen vanuit het litteken

Geen, herhaal coloscopie over 1 jaar

Neoadjuvante chemotherapie gevolgd door een hemicolectomie rechts

A

Laparoscopisch dan wel robot geassisteerde hemicolectomie rechts

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
37
Q

Stelling: Circa 90% van de acute anale fissuren geneest spontaan (zonder enige interventie).
Is dit waar?

Nee, dit is een onderschatting.
Ja, dit is waar.
Nee, dit is een overschatting.

A

Ja, dit is waar.

https://richtlijnendatabase.nl/richtlijn/proctologie/fissura_ani.html

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
38
Q

U schrijft diltiazem hydrochloride vaselinecreme 20mg/g voor vanwege een fissura ani.
Wat is een mogelijke bijwerking?

Buikpijn
Hoesten
Keelpijn
Hoofdpijn

A

Hoofdpijn

Leerboek Chirurgie (2006) Gooszen e.a., hfdst 26, p. 266 en farmacotherapeutisch compas

39
Q

Hoeveel malen groter is het risico op een onderliggende ziekte van Crohn bij een patiënt die zich presenteert met een perianaal abces?

0-5 maal
5-10 maal
10-15 maal
15-20 maal

A

5-10x

40
Q

Chronische pancreatitis is een voortschrijdend ontstekingsproces van het pancreas met destructie en fibrosevorming.
Wat is waar bij de behandeling van chronische pancreatitis?
Meerdere antwoorden zijn juist, selecteer deze.

Na chirurgie kunnen de endocriene en exocriene functies van het pancreas partieel herstellen.

Chirurgische drainage van het pancreas is effectiever in het kader van pijnbestrijding dan endoscopische stentplaatsing.

Er is weinig ruimte voor medicamenteuze ondersteuning.

Een operatie vroeg in het ziekteproces kan verdere schade aan het pancreas voorkomen.

Bij recidief pijnklachten na operatie kan een blokkade van de plexus coeliacus worden overwogen.

Stoppen met roken, pijnstillers, suppletie van pancreasenzymen en behandeling van diabetes zijn essentieel.

A

Chirurgische drainage van het pancreas is effectiever in het kader van pijnbestrijding dan endoscopische stentplaatsing.

Bij recidief pijnklachten na operatie kan een blokkade van de plexus coeliacus worden overwogen.

Stoppen met roken, pijnstillers, suppletie van pancreasenzymen en behandeling van diabetes zijn essentieel.

Leerboek chirurgie hoofdstuk 14

41
Q

Wat is waar aangaande de behandeling van patiënten met getromboseerde interne hemorroïden?

Een combinatie van chirurgie en lidocaïnezalf is het meest effectief.

Een conservatieve behandeling wordt afgeraden.

Een conservatieve behandeling wordt geadviseerd.

A

Een conservatieve behandeling wordt geadviseerd.

42
Q

Een 70-jarige patiënt ligt opgenomen in het brandwondencentrum met 40% (partial- en full thickness) brandworden over zijn torso en onderste extremiteiten.
Tijdens zijn opname ontwikkelt hij hematemesis.
Wat is de meest waarschijnlijke diagnose?

Cushings ulcer
Curlings ulcer
Dieulafoy laesie
Boerhaave syndroom
Mallory Weiss lesie
Oesophagus varices

A

Curling ulcer

Acute gastroduodenale ulcera zijn geassocieerd met ernstige brandwonden.

43
Q

Welk type operatie leidt tot minder postoperatieve wondinfecties bij een acute appendicitis?

Open appendectomie
Laparoscopische appendectomie

A

Laparoscopische appendectomie

44
Q

Een patiënt presenteert zich op de spoedeisende hulp in verband met een sinds 8 uur bleke koude rechter hand. Bij lichamelijk onderzoek is deze gemarmerd en zijn sensibiliteit en motoriek zijn ontbrekend.
Een CTA laat volledige occlusie in de arteria brachialis zien door een verse trombus.
De patiënt kan zowel een operatie als een trombolyse behandeling ondergaan.
Wat is de beste keuze en waarom?

Trombolyse, want dat is minimaal invasief en dat scheelt de patiënt een incisie in de arm.

Trombolyse, want als dat niet lukt kun je altijd nog kiezen voor een embolectomie. Andersom gaat dat niet.

Embolectomie via een incisie in de elleboogsplooi want de ischemie is dusdanig ernstig dat herstel van circulatie zo snel mogelijk

Embolectomie via een incisie in de elleboogsplooi, want daarbij is het bloedingsrisico lager dan bij trombolyse

A

Embolectomie via een incisie in de elleboogsplooi want de ischemie is dusdanig ernstig dat herstel van circulatie zo snel mogelijk

44
Q

Wat zijn de twee belangrijkste erfelijke colorectale kanker syndromen? Twee antwoorden zijn goed, selecteer deze.

PTEN hamartoom tumorsyndroom

Familiaire adenomateuze polyposis (FAP)

HNPCC (Lynch) syndroom

Cowden’s syndroom

A

Familiaire adenomateuze polyposis (FAP)

HNPCC (Lynch) syndroom

45
Q

Een 72-jarige man met gemetastaseerd kleincellig longcarcinoom met een prognose van nog enkele maanden heeft een acuut pijnlijke, bleke, koude linker hand en onderarm.
Bij lichamelijk onderzoek zijn er geen pulsaties over aa. brachialis, radialis en ulnaris. Sensibiliteit is afwezig en motoriek hand- en onderarmsspieren is 1/5.
Op Duplex onderzoek is een occlusie te zien van de linker a. brachialis over een traject van 15 cm zonder aantoonbare flow in a. radials en ulnaris.
Wat is de behandeling van voorkeur?

LMWH

Embolectomie van de a. brachialis onder lokale anaesthesie

Trombolyse via catheter in de a. subclavia vanuit de a. femoralis

Rekanalisatie en plaatsen gecoverde stent vanuit de a. femoralis

A

Embolectomie van de a. brachialis onder lokale anaesthesie

46
Q

Bij een patiënt met invaliderende claudicatio intermittens, niet goed verbeterend met looptraining, wordt een percutane interventie verricht. Er blijkt sprake te zijn van een significante stenose van 2 cm in de arteria iliaca communis.
Is de volgende bewering juist of onjuist?

Een primaire stentplaatsing is de aangewezen behandeling bij deze patiënt.
Onjuist of juist

A

Juist

47
Q

Welke van de volgende behandelopties is de beste behandeloptie voor een 60 jarige patiënt met Fontaine III op basis van een 3 cm lange occlusie in segment 2 van de arteria poplitea?

Een femoropopliteale bypass
Een popliteapopliteale bypass
Desobstructie middels ringstripper
Een PTA met plaatsing van een Supera stent

A

Een popliteapopliteale bypass

Rutherford’s Vascular Surgery and Endovascular Therapy

48
Q

Welk diagnosticum wordt het meest gebruikt om hemodynamische significantie van een arteriele stenose aan te tonen?

OP CT-angio meten van de diameter/stenose ratio

Intra-arterieel meten van een drukverval over de stenose

De Peak Systolic Velocity ratio vastgesteld met duplexonderzoek

Het meten van een daling van de enkel-arm index tijdens een looptest

A

De Peak Systolic Velocity ratio vastgesteld met duplexonderzoek

49
Q

Welke van de onderstaande beweringen is waar?

De Rutherford classificatie kan ook gebruikt worden voor de gradering van acute ischemie van het been

Om tot een goede bepaling van de Fontaine classificatie te komen is het voelen naar de aan- of afwezigheid van perifere pulsaties noodzakelijk

De Fontaine classificatie kent meer categorien/ stadia dan de Rutherford classificatie

De Rutherford classificatie wordt voornamelijk gebruikt in Angelsakische landen en literatuur

A

De Rutherford classificatie kan ook gebruikt worden voor de gradering van acute ischemie van het been

richtlijn Perifeer vaatlijden

50
Q

Op de operatiekamer heb je je patiënt klaar liggen om een radiocephalica arterioveneuze fistel aan te leggen. Tijdens de pre-operatieve voorbereiding bespreek je met de anesthesist je voorkeur voor anesthesie.
Welke vorm van anesthesie vergroot de maturatie kans en wordt daarom geadviseerd om toe te passen?

Biers block
Plexus block
Lokale anesthesie
Algehele anesthesie

A

Plexus block

Regionale anesthesie vanwege vasodilatatie en schijnt beter te zijn dan lokaal

50
Q

In welke van de onderstaande situaties kan bij patiënten met een posttrombotisch syndroom, een veneuze stentplaatsing worden overwogen?

Bij obstructie van de v femoralis communis, v iliaca externa en v iliaca communis

Bij obstructie van de v saphena magna

Bij obstructie van de v femoralis

Bij obstructie van de v femoralis, v femoralis profunda, v femoralis communis, v iliaca externa en v iliaca communis

A

Bij obstructie van de v femoralis communis, v iliaca externa en v iliaca communis

50
Q

Een alternatief voor chirurgische behandeling van veneuze insufficiëntie is compressietherapie, bijvoorbeeld met een therapeutisch elastische kous.
Welke compressieklasse is minimaal nodig voor het bestrijden van oedeem?

Klasse I
Klasse II
Klasse III
Klasse IV

A

Klasse II

51
Q

Wat is géén complicatie van centrale lijn plaatsing (zowel in v.jugularis/v.subclavia)?

Vasoconstrictie
Luchtembolus
(Spannings) Pneumothorax
Sepsis

A

Vasoconstrictie

52
Q

Eén van de complicaties die kan optreden na een carotis endarteriectomie (CEA) is een postoperatieve stroke.
Indien iemand postoperatief wakker wordt met een nieuwe neurologische uitval, welk opvolgend beleid is dan geïndiceerd?

Direct een CTA
Directe reëxploratie
Direct een duplex van beide carotiden
Direct starten met intra-arteriele trombolyse

A

Direct een CTA

53
Q

Welke variabelen dragen bij aan het inschatten van het 5-jaarlijks CVA risico na een cerebrovasculair event volgens de Oxford Stroke Risk Calculator (CAR-score)?
Meerdere antwoorden zijn goed, selecteer deze.

Stenosegraad
Atriumfibrilleren
Geslacht
Diabetes
Hypercholesterolemie

A

Stenosegraad
Geslacht
Diabetes

geslacht, stenose graad, MI, HT, diabetes, plaque ulcerated, PVD, age

54
Q

Een patiënt ontwikkelt een trombosebeen na een totale knie vervanging. Er wordt gestart met medicamenteuze behandeling middels een DOAC naast de trombocytenaggregatieremming die patiënt reeds gebruikt. Op de derde behandeldag ontwikkelt hij een bloedig CVA en de neuroloog adviseert met klem om de antistoling te staken.
Wat is de beste volgende stap?

Staken van alle antistolling en inbrengen van een vena cava filter.

Staken van de DOAC, verder geen aanvullende therapie aanbieden.

Staken van alle antistolling en intermitterende compressie therapie aanleggen.

Staken van de trombocytenaggregatie remmer en de dosis van de DOAC halveren.

A

Staken van alle antistolling en inbrengen van een vena cava filter

https://richtlijnendatabase.nl/richtlijn/antitrombotisch_beleid/preventie_vte/tromboseprofylaxe_bij_een_acute_beroerte.html?query=vena%20cava%20filter#considerations

55
Q

Zet de onderstaande klinische situaties in volgorde van risico op recidief CVA vanuit de ipsilaterale arteria carotis
De situatie met het hoogste recidief risico staat bovenaan, die met het laagste risico onderaan.

Een man met een minor stroke linker hemisfeer op basis van 67% stenose linker arteria carotis interna

Een vrouw met amaurosis fugax rechts op basis van 67% stenose rechter arteria carotis interna

Een man na major stroke rechter hemisfeer, nu occlusie van arteria carotis interna rechts

A
56
Q

Een laparoscopische appendectomie heeft weinig complicaties.

Welke complicatie(s) komt(komen) in meer dan 1% van de gevallen voor na een laparoscopische appendectomie?
Eén of meerdere antwoorden zijn goed, selecteer deze.

Ileus
Wondabces
Trocar hernia
Stomp-appendicitis

A

ileus
wondabces

richtlijn acute appendicitis

56
Q

Je hebt een acute sigmoidresectie verricht bij een vrouw van 50 jaar in verband met een purulente peritonitis bij diverticulitis. Het postoperatief herstel verloopt initieel voorspoedig, maar na een week krijgt ze hoge koorts en toename van buikklachten.
Hieronder zie je vijf mogelijke complicaties. Geef per complicatie aan wat de best passende behandeling is. Selecteer per complicatie één behandeling.

Pleuravocht links

Abces van 2 cm paracolisch links

Naadlekkage

Abces van 6 cm in Douglas

Abces van 6 cm paracolisch links

Ureterletsel

A

Pleuravocht links - expectatief.

Abces van 2 cm paracolisch links - AB IV

Naadlekkage - re-operatie, nieuwe anastomose, en beschermend AP

Abces van 6 cm in Douglas - endoscopische drainage

Abces van 6 cm paracolisch links - echogeleide drainage

Ureterletsel - Drainage en Dubbel-J plaatsing

57
Q

Welke stellingen zijn juist over het maken van een MRI van de wervelkolom in een traumapatient?
Meerdere stellingen zijn juist, selecteer deze.

Bij een patiënt met pijn in de nek en een normale CT van de cervicale wervelkolom heeft een aanvullende MRI geen toegevoegde waarde.

Bij patiënten met een complete of incomplete dwarslaesie wordt geadviseerd een MRI te verrichten omdat de afwijkingen van het mye- lum een voorspellende waarde hebben voor de prognose.

Bij afwijkende flexie-extensie opnames is er een indicatie voor een aanvullende MRI-CWK.

Een MRI heeft een lagere sensitiviteit dan een CT van de wervelkolom voor het aantonen van een epiduraal hematoom.

A

Bij een patiënt met pijn in de nek en een normale CT van de cervicale wervelkolom heeft een aanvullende MRI geen toegevoegde waarde.

Bij patiënten met een complete of incomplete dwarslaesie wordt geadviseerd een MRI te verrichten omdat de afwijkingen van het mye- lum een voorspellende waarde hebben voor de prognose.

https://richtlijnendatabase.nl/richtlijn/acute_traumatische_wervelletsels/radiologisch_onderzoek_bij_wervelletsel/indicaties_voor_mri.html

Wanneer het voor de behandeling van de patiënt van belang is te weten of er ligamentair letsel, een discus hernia of een epiduraal hematoom aanwezig is, wordt geadviseerd, aanvullend op de MDCT, een MRI te verrichten.

57
Q

Bij prikkeling van het viscerale peritoneum is er sprake van diffuse, slecht te lokaliseren pijn.

Is de stelling juist of onjuist?

A

Juist

Leerboek chirurgie 9.3.1

57
Q

Een 82-jarige patiënt met in de voorgeschiedenis COPD, perifeer vaatlijden en coronairlijden, is opgenomen na een val uit bed waarbij hij een heupfractuur heeft opgelopen.
Een paar dagen na chirurgische behandeling van zijn heupfractuur is er sprake van progressieve abdominale distensie, misselijkheid en braken, met uitblijven van flatus. Geen koorts.
Bloedonderzoek toont natrium van 125.
Wat is de meest waarschijnlijke diagnose?

Darmischemie
Ogilvie’s syndroom
Pancreatitis
Pseudomembraneuze colitis

A

Ogilvie’s syndroom

Acute pseudo-obstruction (Ogilvie’s syndrome) is a functional disorder in which the colon becomes massively dilated in the absence of mechanical obstruction. Pseudo-obstruction most commonly occurs in hospitalized patients and is associated with the use of narcotics, bedrest, and comorbid disease.

57
Q

Distale radius fractuur welke AO classificatie is het

A

Extra articulair
23.A

Deels intra-articulair
23.B (binnen)

Volledig intra-articulair
23.C

58
Q

De behandeling van multiple ribfracturen na stomp thoraxtrauma middels operatieve fixatie is tot op heden nog niet onomstreden. Uit studies bij patiënten met fladderthorax komen verschillende mogelijke voordelen van een vroege stabilisatie van ribfracturen naar voren. Geeft vroege stabilisatie van ribfracturen bij patiënten met multiple ribfracturen ZONDER fladdersegment een van onderstaande voordelen?

Ja, door het verminderen van de ernst van longcontusie

Ja, door het verminderen van de opnameduur

Ja, door het verbeteren van kwaliteit van leven

Nee, bij patiënten met multiple ribfracturen zonder fladdersegment levert het geen van bovenstaande voordelen op

A

Nee, bij patiënten met multiple ribfracturen zonder fladdersegment levert het geen van bovenstaande voordelen op

59
Q

Triage is een instrument dat gebruikt wordt om in geval van meerdere patiënten prioriteit van behandeling aan te geven. Er zijn meerdere triagesystemen; het kleursysteem is het meest universele.
Geef per kleur aan wat de bijbehorende termijn is waarbinnen de patiënt behandeling behoeft.

Acuut
Binnen enkele uren
Behandeling kan uitgesteld worden zonder ernstige gevolgen
Verwacht spoedig overlijden; behandeling niet zinvol.
Overleden

Kleuren:
Rood
Geel
Groen
Blauw
Zwart

A

Acuut - Rood

Binnen enkele uren - Geel

Behandeling kan uitgesteld worden zonder ernstige gevolgen - Groen

Verwacht spoedig overlijden;
behandeling niet zinvol. - Blauw

Overleden - zwart

60
Q

Zie hieronder twee stellingen over de behandeling van veneuze ulcera?
Geef per stelling aan of deze juist of onjuist is.

De behandeling van oppervlakkige veneuze insufficiëntie vermindert het recidiefpercentage van veneuze ulcera.

Als er ook sprake is van diep-veneuze insufficiëntie, is behandeling van oppervlakkige veneuze insufficiëntie niet zinvol om het recidiefpercentage van veneuze ulcera te verminderen.

A

1- juist
2- onjuist

https://richtlijnendatabase.nl/richtlijn/veneuze_pathologie_varices

61
Q

Massaal bloedverlies in de traumapatiënt kan leiden tot de lethal triad.
Welke drie verschijnselen vormen de lethal triad?

Acidose
Hypoxemie
Hypercapnie
Hypothermie
Hypovolemie
Coagulopathie
Bewustzijnsdaling

A

Acidose
Coagulopathie
Hypothermie

62
Q

Uit welke laag/structuur in de huid kan de epidermis zich bij oppervlakkige defecten onbeperkt regenereren, en uit welke laag/structuur bij diepe defecten?
Bepaal per defect (oppervlakkig en diep) uit welke laag/structuur de epidermis zich kan regeneren. Per rij is één goed antwoord mogelijk.

Oppervlakkig
Diep

Opties:
Stratum basale = kiemlaag

Haarfollikels/zweetklieren = bevatten om de follikels heen stratum basale kernen

stratum corneum = hoornlaag

Dermis = laag onder basale laag waar de zweetklieren/haar zakjes liggen

Stratum granulosum = korrel laag

A

Oppervlakkig - stratum basale
Diep - haarfollikel/zweetklieren –> daaromheen liggen basale kernen die voor regeneratie kunnen zorgen.

DUS goede antwoord: opp defecten herstellen uit stratum basale en diepe defecten kunnen zich uit de basale cellen rondom de haar en zweetfollikels herstellen

63
Q

Door welk zenuw letsel wordt een dropping hand veroorzaakt?

A

n. radialis

ulnaris = spreiden niet mogelijk van de vingers (lateraal)

Median= palmair mediaal (geen mooie o meer maken)

64
Q

Wat is de jaarlijkse ruptuurkans van een aneurysma van 6-7 cm?
0-5%
3-15%
10-20%
20-30%

A

10-20%

65
Q

Welke van onderstaande stellingen over een aneurysma is juist?

Men spreekt van een aneurysma bij een infrarenale aortadiameter van >2,5 cm

Het abdominale aneurysma aortae bevindt zich altijd distaal van de nierarteriën

Een gangbare definitie van een aneurysma is een toename van 1,5 keer de verwachte diameter van het betreffende bloedvat

van een vals aneurysma (aneurysma spurium) is sprake als de diameter toename van het vat nog minder dan 50% van de oorspronkelijke diameter bedraagt.

A

Een gangbare definitie van een aneurysma is een toename van 1,5 keer de verwachte diameter van het betreffende bloedvat

Spurium:
Een aneurysma spurium is een bloeduitstorting die in verbinding staat met een slagader. Dit wordt veroorzaakt door een plaatselijke verzwakking of onderbreking van de wand van de slagader.

66
Q

Patiënten met een Glasgow Coma Score (GCS) van XX of lager moeten in principe een veilige luchtweg krijgen

A

groter of gelijk aan 8

67
Q

Wat is er beschadigd in de vinger als er een Swanneck deformatie is ontstaan?

Centrale slip
Volaire plaat
Laterale band
Extensor digitorum
Flexor digitorum profunda

A

Volaire plaat

centrale slip lesie geeft boutonniere deformatie; ruptuur van extensorpees aanhechting aan de basis vd midphalanx -> PIP FLEXIE

laterale band = onderdeel van het extensoren apparaat van de vinger

extensor dig letsel = mallet finger = ruptuur extensorpees aan basis van de distale phalanx = DIP

flexor digitorum profunda letsel = jersey finger = avulsie# van de FDS aan de basis van de distale phalanx –> geen flexie mogelijk van DIP

https://www.nvsha.nl/files/604/handletselboek.pdf

68
Q

Welke van de onderstaande aandoeningen worden tot het “acute aortic syndrome” gerekend?
Meerdere antwoorden zijn goed, selecteer deze.

Type B aorta dissectie
Mycotische aortitis
Traumatisch aorta letsel
Penetrerend ulcus
Intramuraal hematoom

A

Type B aorta dissectie
Penetrerend ulcus
Intramuraal hematoom

69
Q

Welke van de onderstaande structuren zijn belangrijke collateralen in het geval van stenosen of occlusies in de a mesenterica superior/ truncus coeliacus of a mesenterica inferior?
Meerdere antwoorden kunnen goed zijn. Selecteer deze.

Arteria gastroduodenale
Arteria colica media
Arterie van Adamkowitz
Cirkel van Riolan

A

Arteria gastroduodenale
Cirkel van Riolan

Riolan: anastomosis between the superior mesenteric artery (SMA) and the inferior mesenteric artery (IMA)

Adamkowitz: spinal cord

Colica media: zijtak van de superior.

gastroduodenale: arises from either the left hepatic artery or the right hepatic artery instead. Blood to the distal part of the stomach and proximal duodenum.

70
Q

Welke uitspraken zijn juist in het kader van de behandeling van aneurysmata en de rol van de a. iliaca interna?
Meerdere antwoorden zijn juist, selecteer deze.

Als wordt gekozen de a. iliaca interna op te offeren wordt deze bij voorkeur zo perifeer mogelijk geoccludeerd.

Mogelijke complicaties van het occluderen van de a. iliaca interna zijn bilclaudicatie, darmischemie en erectiestoornissen.

Het is aanbevolen tenminste één van beide aa. iliacae internae te sparen bij de behandeling van aorta-iliacale aneurysmata.

Hinderlijke bilclaudicatioklachten ontstaan bij ongeveer 20-30% van de patiënten bij wie de a. iliaca interna wordt opgeofferd tijdens de behandeling van een aneurysma.

A

Mogelijke complicaties van het occluderen van de a. iliaca interna zijn bilclaudicatie, darmischemie en erectiestoornissen.

Het is aanbevolen tenminste één van beide aa. iliacae internae te sparen bij de behandeling van aorta-iliacale aneurysmata –> minder kans op klachten.

Hinderlijke bilclaudicatioklachten ontstaan bij ongeveer 20-30% van de patiënten bij wie de a. iliaca interna wordt opgeofferd tijdens de behandeling van een aneurysma.

71
Q

Na een EVAR blijkt een patiënt een type III endoleak in de body (het lijfje van de EVAR) te hebben. Er is nog geen groei van het aneurysma opgetreden.
Wat is de correcte behandeling van dit endoleak?

Plaatsen van een gefenestreerde cuff

Follow up met echografie elke 6 maanden

Coilen van een aanvoerende lumbaal arterie

Een relining van de EVAR

A

Een relining van de EVAR

Type I not well attached bloed komt van boven of beneden erin. Direct intervention.

Type II most common. Side branches. FU met echo. Indien het groeit behandeling nodig.

Type III graft problemen

Type IV graft wall porosity

Type V “endotension.” This happens when the aneurysm sac expands even though imaging tests show no signs of an endoleak.

72
Q

De SPUTOVAMO checklist is een screeningsinstrument ten behoeve van het opsporen van niet-accidenteel letsel bij kinderen op de spoedeisende hulp.
Welke van onderstaande vragen zijn onderdeel van de SPUTOVAMO checklist?
Meerdere antwoorden zijn goed, selecteer deze.

Was er uitstel in het zoeken van hulp zonder goede verklaring?

Past het letsel bij het verhaal en de leeftijd van het kind?

Is er sprake van een niet-pluis gevoel?

Is er een passende interactie tussen ouders/verzorgers en kind?

Heeft het kind in het voorafgaande jaar vaker dan 2 keer de spoedeisende hulp bezocht?

A

Was er uitstel in het zoeken van hulp zonder goede verklaring?

Past het letsel bij het verhaal en de leeftijd van het kind?

Is er een passende interactie tussen ouders/verzorgers en kind?

Niet over het aantal bezoeken, maar zie je oud letsel.

73
Q

Hieronder staan vier stellingen over escharotomie.

Meerdere stellingen zijn juist, selecteer deze.

Een escharotomie is alleen geïndiceerd bij circulaire verbrandingen van de hals en de thorax.

Een escharotomie wordt bij voorkeur pas uitgevoerd na 24 uur, wanneer de volledige diepte van de brandwonden duidelijk is.

Het achterwege laten van een escharotomie kan leiden tot verhoogde beademingsdrukken.

De nervus ulnaris en nervus peroneus zijn at risk bij een escharotomie van de extremiteiten.

A

Het achterwege laten van een escharotomie kan leiden tot verhoogde beademingsdrukken.

De nervus ulnaris en nervus peroneus zijn at risk bij een escharotomie van de extremiteiten.

Over de timing:
Zodra de indicatie voor een escharotomie is gesteld, moet deze ook zonder onnodig oponthoud verricht worden.

https://richtlijnendatabase.nl/richtlijn/zorg_voor_patienten_met_brandwonden

74
Q

Veel kinderen lopen in hun jeugd een botbreuk op.
Hoe groot is de kans hierop voor jongens tussen 6-16 jaar?
10%
20%
30%
40%

A

40%

De kans hierop is voor jongens tussen 6-16 jaar 40 % en voor meisjes 28%. De meeste fracturen bij kinderen ontstaan door valpartijen, met de fiets, skateboard, trampoline of door een val uit een klimrek of stapelbed.

75
Q

Welke structuur loopt met name risico bij de gekruiste k-draad fixatie techniek van een supracondylaire humerus fractuur bij een kind?

Nervus medianus
Nervus radialis
Nervus ulnaris
Arteria brachialis

A

Nervus ulnaris

De radialis kruist voorlangs bij de elleboog en medialis ook.

Ulnaris loopt mediaal.

76
Q

Hieronder staan twee stellingen over fractuur gerelateerde infecties (FRI’s). Geef per stelling aan of deze juist of onjuist is.

Bij de verdenking op een FRI is een FDG-PET/CT het nucleaire onderzoek van eerste keuze.

Bij een acute FRI is het verwijderen van osteosynthesemateriaal geïndiceerd.

A

Bij de verdenking op een FRI is een FDG-PET/CT het nucleaire onderzoek van eerste keuze. - onjuist

Bij een acute FRI is het verwijderen van osteosynthesemateriaal geïndiceerd. - onjuist

Richtlijn Diagnostiek en behandeling van fractuur-gerelateerde infecties (FRI’s)

76
Q

Hoe moet een fractuur van de proximale pool van het os scaphoideum bij een gezonde 25-jarige patiënt bij voorkeur worden behandeld? Bij voorkeur:

initieel conservatief en alleen in geval van non-union operatief

conservatief middels drukverband gedurende 2 weken, gevolgd door oefentherapie

conservatief middels gipsimmobilisatie gedurende 6 weken

operatief middels K-draad fixatie, gevolgd door 6 weken gipsimmobilisatie

operatief middels een headless compression screw, gevolgd door onbelast oefenen

A

operatief middels een headless compression screw, gevolgd door onbelast oefenen

Proximale pool (type B) heeft weinig vascularisatie en is in principe vaak een operatie indicatie.

77
Q

Heup# wanneer doe je wat

Intramedullaire pen (gammanail)
DHS
KHP
Totale heup

A

Intramedullaire pen (gammanail): pertrochantaire

DHS: goede stand, jong

KHP: mediale collumfractuur

Totale heup: indien op leeftijd (80jr bvb)

78
Q

X knie avulsie fragment laterale epicondyl

Bij welk bandletsel?

A

Voorste kruisband

79
Q

Humerusschacht fractuur met intramedullaire pen retrograad. waar wordt naar gestreefd?

Relatieve stabiliteit
Absolutie stabiliteit
Primaire botgenezing
Behoud intramedullaire bloedvoorziening

A

Relatieve stabiliteit

80
Q

Welke pezen bevinden zich in het tweede extensor compartiment van de pols?

A

In het tweede extensorcompartiment bevinden zich de extensor carpi radialis longus en brevis.

1e: EPB/APL (extensor pollicis brevis, abductor pollicis longus)
3e: EPL (extensor pollicis longus)
4e: EIP/EDC
5e: EDM
6e: ECU.

81
Q

Een patiënt wordt binnengebracht op de SEH na een motorongeval. Hij is ABCD stabiel en in de E klinsch een open crurisfractuur met een wond van > 5cm, uitgebreide periostale stripping met adequate pulsaties over de arteria dorsalis pedis en arteria tibialis posterior.
Hoe moet deze open fractuur worden geclassificeerd volgens Gustillo Anderson?

Type I
Type II
Type IIIA
Type IIIB
Type IIIC

A

IIIB

Type I betreft wond < 1 cm
Type II een wond tot 10 cm welke primair te sluiten is.
Type III betreft een letsel dat niet primair te sluiten is,
- IIIA minimale periostal stripping
- IIB uitgebreide periostal stripping
- IIIC vasculair letsel.

82
Q

Een mediane halscyste is een aangeboren afwijking. De chirurgische behandeling bestaat uit een Sistrunk procedure.
Wat is de oorsprong van een mediane halscyste?

Eerste kieuwboog
Tweede kieuwboog
Derde kieuwboog
Foramen coecum
Persisterende ductus thyroglossus

A

Persisterende ductus thyroglossus

Laterale halscyste kan uit tweede of derde kieuwboog

83
Q

Welke bevindingen bij de anamnese en/of lichamelijk onderzoek is typisch voor de diagnose Hirschsprung? Meerdere antwoorden zijn goed, selecteer deze.

Meconiumlozing < 48 uur
Geen meconiumlozing < 48 uur
Bolle buik
Geen bolle buik
Gallig braken
Goed drinken

A

Geen meconiumlozing < 48 uur
Bolle buik
Gallig braken

Hirschsprung: Bij de ziekte heeft het laatste deel van de darm geen zenuwcellen, waardoor de darm de ontlasting niet naar de endeldarm en anus kan bewegen. In de eerste dagen na de geboorte met een bolle buik, gallig (groen) braken en geen meconiumlozing (dit is de eerste ontlasting binnen 48 uur na geboorte).

84
Q

Wat is juist over een hernia inguinalis bij een baby?

Het is een open processus vaginalis.

Het is een open processus vaginalis die nog in de eerste jaren vanzelf kan sluiten.

Het is een verzwakte buikwand waardoor herniatie buikorganen.

Het is een verzwakte buikwand waardoor herniatie buikorganen die nog in de eerste jaren vanzelf kan verbeteren.

A

Het is een open processus vaginalis.

85
Q

Een jongen van 1 jaar oud komt op de SEH met sinds een paar uur aanvalsgewijze buikpijn, tussen de aanvallen door is de jongen geheel pijnvrij. Daarbij geen misselijkheid of braken en vanmorgen nog normale ontlasting gehad.
Bij lichamelijk onderzoek een wat bolle buik, wel soepel bij palpatie.
In het laboratoriumonderzoek CRP van 8 en leucocyten van 12.
Wat is de meest waarschijnlijke diagnose?

Cholecystolithiasis
lleocolische invaginatie
Nefrolithiasis
Appendicits

A

lleocolische invaginatie

86
Q

Met welke hartafwijking kan een pectus excavatum gepaard gaan?

Aortaklep prolaps
Mitralisklep prolaps
Pulmonalisklep insufficientie
Ventrikelseptumruptuur

A

Mitralisklep prolaps

Congenitale afwijking. Hierbij groeit de ribbenboog naar binnen en heb je een deuk bij je borstbeen.

87
Q

Een torsie van de testis kan bij een kind op elke leeftijd voorkomen.
Maar de incidentie verschilt wel per leeftijd.
Zet de leeftijden in de juiste volgorde van de hoogste kans op torsie tot de laagste kans op torsie.

2 maanden
6 jaar
16 maanden

A

16 jaar
2 maanden
6 jaar

Leerboek Chirurgie H49.6.2

88
Q

Bij een patiënt met een primair spontane pneumothorax links wordt besloten een VATS te verrichten. Welke van de volgende interventies geeft de hoogste recidiefkans?

Pleurectomie
Chemische pleurodese
Wigresectie van de apex van de linker bovenkwab
Mechanische pleurodese

A

Wigresectie van de apex van de linker bovenkwab

Indien een VATS wordt uitgevoerd; behandel patiënten met een primaire spontane pneumothorax met een pleura-interventie tijdens VATS, daarbij zijn mechanische pleurodese, chemische pleurodese en pleurectomie bruikbare technieken

89
Q

Tijdens het MDO wordt een patiënt gepresenteerd met een zeer hoge verdenking op een niet-kleincellig longcarcinoom van een perifeer gelegen tumor (diameter 2,5 cm) in de rechter onderkwab, zonder aanwijzingen voor mediastinale en afstandsmetastasen. Punctie van de tumor toont geen maligniteit, mogelijk niet representatief.
Wat is conform de richtlijn niet-kleincellig longcarcinoom het meest waarschijnlijk het advies van het MDO?

“Up front” lobectomie rechter onderkwab met systematische mediastinale lymfeklierdissectie

Wigresectie tumor voor vriescoupe en indien deze positief is; een lobectomie rechter onderkwab met systematische mediastinale lymfeklierdissectie

EBUS/EUS en indien deze negatief is lobectomie rechter onderkwab met systematische mediastinale lymfeklierdissectie

Mediastinoscopie met lymfeklierbiopten en indien deze negatief is lobectomie rechter onderkwab met systematische mediastinale lymfeklierdissectie

A

Wigresectie tumor voor vriescoupe en indien deze positief is; een lobectomie rechter onderkwab met systematische mediastinale lymfeklierdissectie

De standaardbehandeling voor het resectabele NSCLC is de chirurgische verwijdering van de tumor met een systematische mediastinale lymfeklierdissectie

90
Q

Wat is waar over een inhalatietrauma?

De twee belangrijkste veroorzakers van systemisch inhalatietrauma zijn koolstofmonoxide en cyanide.

Inhalatie van stoom kan leiden tot een inhalatietrauma van de bovenste luchtwegen.

Inhalatietrauma van de bovenste luchtwegen kan tot 24 uur na de blootstelling optreden.

Bij patiënten met een inhalatietrauma en een bedreigde luchtweg moet primair gekozen worden voor het aanleggen van een chirurgische luchtweg.

A

De twee belangrijkste veroorzakers van systemisch inhalatietrauma zijn koolstofmonoxide en cyanide.

Inhalatie van stoom kan leiden tot een inhalatietrauma van de bovenste luchtwegen.

Inhalatietrauma van de bovenste luchtwegen kan tot 24 uur na de blootstelling optreden.

Patiënten met brandwonden waarbij respiratoire falen optreedt, dienen te worden geïntubeerd, niet chirurgisch primair.

Stoom alleen bovenste luchtweg.

91
Q

Je wordt in consult gevraagd door een arts op de afdeling longgeneeskunde bij een patiënt met een intrapulmonaal abces in de rechter bovenkwab en een normale hemodynamica.
Welke behandeling is het meest passend bij deze patiënt?

VATS draineren intrapulmonaal abces

VATS lobectomie rechter bovenkwab

Antibiotische behandeling continueren; op dit moment is geen chirurgische interventie noodzakelijk

A

Antibiotische behandeling continueren; op dit moment is geen chirurgische interventie noodzakelijk

let op HD stabiel!

Leerboek Chirurgie, Heinemann, 22.3.2