sanitaire installatie - afvoer binnen 2 Flashcards

1
Q

Wat zeggen de ontwerpvoorschriften over de afvoerwijze van leidingen?

A
  • door de zwaartekracht
    • leidingen onder helling te plaatsen
    • afvalwater wordt op het laagste punt verzameld en afgevoerd naar de openbare riolering
  • met een pompsysteem of afzuigsysteem
    • wanneer de openbare riolering hoger ligt dan het laagste verzamelpunt van het gebouw
    • afvalwater wordt op het laagste punt verzameld en met een pomp omhoog geheveld naar de openbare riolering
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zeggen de ontwerpvoorschriften over leidingen algemeen?

A
  • het afvalwater mag niet achtereenvolgens doorheen twee stankafsluiters vloeien die een onverlucht stuk van de afvoerleiding begrenzen
  • de binnendiameter van een afvoerleiding mag niet afnemen in de stromingsrichting (niet vernauwen)
  • de rekendiameter van een afvoerleiding mag nooit kleiner zijn dan 40 mm (binnendiameter is dan minstens 34 mm)
  • de leidingen mogen niet kunnen bevriezen
  • installatie moet waterdicht en reukdicht zijn
  • alle lozingstoestellen moeten op het afvalwaterafvoersysteem aangesloten zijn d.m.v. een stankafsluiter
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn lozingstoestellen?

A

= een toestel dat door zijn vorm water kan ontvangen, eventueel opslaan, zodat het gebruikt kan worden en het in de afvoerleidingen kan lozen

moeten allemaal op de afvoerinstallatie worden aangesloten

wc, lavabo, douche, bad, vloerputje, keukenaanrecht, wasmachine, vaatwas, condenswater van de verwarming, condenswater van de airco

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn aansluitleidingen?

A

= afvoerleiding die de uitlaat van één enkel lozingstoestel verbindt met de verzamelleiding, de standleiding of huisriolering
ze kan al dan niet voorzien zijn van een eindverluchting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe verlopen aansluitleidingen?

A
  • helling = verticaal of horizontaal met helling van min. 1%
  • bij voorkeur onder 45° op de verzamelleidingen aangesloten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn verzamelleidingen?

A

= bijna horizontale afvoerleiding waarin het water van meerdere aansluitleidingen wordt verzameld
ze kan al dan niet voorzien zijn van een eindverluchting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe verlopen verzamelleidingen?

A
  • helling = verticaal of horizontaal met een helling min. 1%
  • op de afvoerstandleiding aangesloten met een afgerond T-stuk
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn afvoerstandleidingen?

A

= de verticale afvoerleiding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe verlopen afvoerstandleidingen?

A
  • in principe altijd verticaal en rechtlijnig
  • overgang van een afvoerstandleiding op een horizontale leiding wordt uitgevoerd met twee bochtstukken van 45°, verbonden met een tussenstuk van minimaal 250 mm lang.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is een collector of huisriolering?

A

= vrijwel horizontale afvoerleiding die het water afkomstig van de afvoerstandleidingen, verzamel- en aansluitleidingen en eventueel ook de behandelingstoestellen verzamelt en afvoert naar een huisaansluiting of enig ander systeem dat het water buiten het privédomein afvoert

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe verloopt een collector of huisriolering?

A
  • kan ingegraven zijn of aan het plafond van de kelder bevestigd zijn
  • met helling van 1%
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waarom moeten afvoerbuizen verlucht worden?

A
  • WC doorspoelen zorgt voor een grote hoeveelheid water in de afvoerbuis: de buis is volledig gevuld
  • de lucht in de buis onder het water wordt weggeduwd: overdruk
  • de lucht in de buis boven het water wordt meegezogen: onderdruk
  • door de onderdruk kan de bovenliggende sifon leeg gezogen worden
    => geen stankafsluiter meer
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waar wordt de primaire verluchting voorzien?

A
  • op het uiteinde met de buitenlucht verbinden zodat de over- en onderdrukken kunnen gecompenseerd worden
  • volstaat tot gebouwhoogtes met 6 verdiepingen
  • diameter standleiding iets groter, maar slechts 1 afvoerbuis nodig dus economischer
  • verschillende primaire verluchtingsleidingen mogen worden samengevoegd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wanneer is er ook secundaire verluchting nodig?

A

Bij gebouwen met meer dan 6 verdiepingen
- naast de standleiding loopt de secundaire verluchting
- wordt op elke verdieping, vlak boven de aansluiting op de standleiding aangesloten
- hierdoor kan de standleiding een groter debiet aan en mag die dus met een kleinere diameter voorzien worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wanneer is er ook een eindverluchting nodig?

A

bij lozingstoestellen op meer dan 4 m afstand van de afvoerstandleiding/koker
verluchtingsleiding wordt hier aangesloten op het einde van de verzamelleiding, dus bij het laatste toestel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn verluchtingsleidingen?

A

= leiding die de afvoerstandleiding verbindt met de buitenlucht
- dit beperkt de drukveranderingen die optreden als gevolg van de stroming van het afvalwater
- dit voorkomt het leegzuigen van de sifon
- meestal wordt er enkel een primaire verluchtingsleiding voorzien met een voldoende grote diameter zodat die zowel kan beluchten als ontluchten

17
Q

Wat is de locatie van het bovenste uiteinde van verluchtingsleidingen?

A

Het bovenste uiteinde van verluchtingsleidingen staat minimum 1 m verticaal boven en 2 m zijdelings van het dichtstbij gelegen venster of luchttoevoeropening

18
Q

Welk alternatief kan gebruikt worden voor verluchtingsleidingen?

A

Kan ook vervangen worden door een beluchtingsklep
- moet onderhouden worden, dus toegankelijk zijn
- let op: kan nop termijn reukhinder veroorzaken

19
Q

Waarvan hangt het piekdebiet af?

A

Het piekdebiet (Qp) dat in een bepaalde punt van een afvoerleiding kan optreden, hangt af van
- het aantal lozingstoestellen die stroomopwaarts van het beschouwde punt op de leiding worden aangesloten
- het afvoerdebiet van elk toestel
- de lozingsfrequentie van de toestellen

20
Q

Wat is de formule voor het berekenen van het piekdebiet?

A

Qp = K x vierkantwortel (som van DU) + Qc
met Qp = piekdebiet (l/s)
met K = gelijktijdigheidscoëfficiënt (vierkantswortel l/s)
met som van DU = som van de aansluitwaarden van de lozingstoestellen (l/s)
met Qc = continue debiet van lozingstoestellen zoals pompen, koelgroepen, regenwaterafvoeren… (l/s)

21
Q

Hoe bereken je de hoogte van de uitvullaag?

A

= diameter buis + helling buis x langste afstand van de buis

22
Q

Wat kan je zeggen over de diameter van de afvoerstandleidingen en verluchtingsleidingen?

A

Ze hebben dezelfde diameter.