Run

Question 1

2 modellen van lopen

Answer 1

Wandelen op lage snelheid - low velocity

Rennen - High velocity

Question 2

Wat hoort bij lopen en rennen? welke fases?

Answer 2

Vluchtfase (stuiteren) - rennen

Lopen - bi-pedale fase (slingeren)

Question 3

Wat is het massa-veer model

Answer 3

Energie opgeslagen in spieren en explodeert weer terug tijdens het rennen bij het omhoog komen

Question 4

Hoe zit het met PE en KE bij rennen

Answer 4

Beide laag en beide hoog

Question 5

Welke 3 systemen zijn er?

Answer 5

• ATP-CP Systeem
• Anaerobe glycolyse
• Oxidatieve systeem

Question 6

Waarom niet handig om in wisselende tempi hard te lopen? Wat ontstaat er?

Answer 6

Er ontstaat lactaat. Er word vooral gebruik gemaakt van de anaerobe glycolyse.

Question 7

Als jij wisselt van oxidatief naar je anaerobe glycolyse systeem, dus versnelt. wat gebeurt er?

Answer 7

Oxidatieve systeem houd het niet bij want het anaerobe glycolyse maakt sneller atp aan.

Question 8

Wat is het 2- paramater cp-model?

Answer 8

2 emmertjes met water. 1 emmer boven is Aeroob en onder is anaeroob. als je steady state ( 1 tempo) loopt kan de kraan het goed bijhouden en je energie bijvullen. als je ineens switched naar je anaerobe systeem en snel veel atp gaat aanmaken, dus gaat versnellen, dan kan de critical power het niet meer bijhouden om genoeg van je bovenste emmer (aerobe emmer) naar de onderste emmer te vullen. raakt ie leeg en stop je met bewegen

Question 9

Wat is de Running Economy?

Answer 9

Alle biomechanishe, kinesiologische en fysiologische factoren die bijdragen aan een lagere vo2 tijdens het rennen