Rorty sectie III en IIII Flashcards
Wat is het eerste aspect van Rorty’s analyse van het mind-body probleem?
Rorty wilt de opvatting van Wittgenstein volgen. Voor Wittgenstein is de notie van taalspel belangrijk. Rorty wilt het probleem van mind-body omzetten in taalspel. We moeten een andere aanpak vinden voor het probleem: hoe is het probleem ontstaan en hoe is het probleem geformuleerd? Hij beschouwd filosofie als een taalspel. Het gaat over filosofen die de noties body en mind hebben geformuleerd. Het is een probleem van de conventie van woorden. Een aantal termen en woorden zijn gebruikt door de filosofen bij het probleem. Hij wil Wittgenstein gebruiken om inzicht te krijgen in het ontstaan van het probleem van mind-body.
Hoe legt Rorty de nadruk op de formulering van het mind-body probleem?
Het gaat om de manier waarop we over de fenomenen praten. Het gaat niet over het fenomenale of intentionele zelf, maar over hoe de filosofen over de problemen en het aanpakken van die probleem gepraat hebben. Het is een reflectie op het filosofische taalspel. Het kan zijn dat de formulering van het probleem een probleem is. Voor hem is het niet vanzelfsprekend hoe de filosofen het probleem hebben geformuleerd.
Wat is volgens Rorty een goede filosoof?
Een filosoof die begrijpt hoe problemen zijn ontstaan. Het kan zijn dat de moderne filosofen zelf een fout hebben gemaakt op het moment dat ze het probleem formuleerden. We moeten dus in eerste instantie begrijpen hoe de problemen geformuleerd zijn. Het is een soort psycho-analyse van de opvattingen van de filosofie.
Wat betekent het dat we moeten begrijpen hoe een probleem geformuleerd is?
We hebben de geschiedenis van de filosofie nodig. De geschiedenis van de filosofie is erg belangrijk. Filosofie is niet een gewone eigenschap. Het impliceert ook kennis van de geschiedenis van de filosofie. De geschiedenis van de filosofie leert ons te begrijpen hoe problemen ontstaan en hoe ze geformuleerd worden door bepaalde filosofen. Het helpt inzicht te krijgen in het ontstaan van de problemen.
Hoe kun je de aanpak van Rorty beschrijven?
Het is een samenspel/combinatie van taalspel en geschiedenis van de filosofie. Het is een visie van de geschiedenis van de filosofie vanuit de invloed van taalspellen.
Hoe zien we de invloed van taalspellen tegenwoordig?
Als je kijkt naar het woordenboek van filosofen bijv. Het is geen abstract woordenboek. Vandaag gebruiken filosofen van philosophy of mind bijv. woorden als: functioneel, intentioneel, etc. Deze termen zijn specifiek termen voor hedendaagse filosofen. Het is een resultaat van de geschiedenis. In Plato vinden we deze woorden niet. Maar die opvatting van Plato heeft een grote impact gehad op het ontstaan van de vraagstelling van het mind-body probleem. Rorty legt dus de nadruk op de geschiedenis van de filosofie.
Waarom zijn we ons niet zozeer expliciet bewust van het taalspel binnen de geschiedenis van de filosofie?
We leven in een historische situatie. Het mind-body probleem is ook vandaag de dag nog erg belangrijk. We accepteren de noties binnen die kwestie als vanzelfsprekend. We moeten als filosofen ook de geschiedenis van een filosofisch taalspel begrijpen. Anders begrijpen we niet waarop het probleem berust. We denken een definitie te hebben die vanzelfsprekend is, maar dat klopt niet. Het is een resultaat van een geschiedenis van een specifiek taalspel.
Wat doet Rorty?
Rorty probeert expliciet te maken wat deze geschiedenis inhoudt. Hij maakt zelf ook deel uit van een taalspel, maar op deze manier weet hij zich te onderscheiden van andere filosofen. Rorty is bewust van het feit dat zijn analyse geen claim is. Maar de andere filosofen hebben een claim over hun eigen taalspel.
Welke drie problemen bevat het mind-body probleem?
We moeten een onderscheid maken tussen een aantal problemen. Hierbij gaat het om drie noties:
1) consciousness
2) reason
3) personhood
Hij maakt een lijstje van eigenschappen die de filosofen hebben toegeschreven aan de geest.
Wat laat het lijstje van eigenschappen zien?
De formuleringen van deze eigenschappen moeten we bestuderen. De eigenschappen hebben te maken met het feit dat filosofen een scheiding tussen lichaam en geest hebben gesteld. Al deze eigenschappen zijn formuleringen van onderscheiden tussen lichaam en geest. De scheiding tussen lichaam en geest hebben te maken met een antropocentrische opvatting van de filosoof: de mensen zijn iets bijzonders ten opzichte van de andere zijnden. De filosofen denken dat de mensen zo uniek zijn. Ze willen dat verklaren op basis van de eigenschappen.
Waarom is het niet voldoende om alleen de betekenis van noties te analyseren?
Rorty wil begrijpen, verstaan, hoe deze noties zijn ontstaan en geïntroduceerd. Het is niet voldoende om alleen de betekenis van de woorden te analyseren. Dat is wel een belangrijke functie van de filosofie, maar niet voldoende. Stel je gaat de betekenis van mind, body en intentioneel analyseren. Dan is dat niet voldoende, want je hebt ook een historisch inzicht nodig in het ontstaan van deze noties. Anders heb je alleen een soort woordenboek: oh mind is dat. Maar je wilt weten waarom we het begrip mind gebruiken en daarvoor heb je de geschiedenis nodig.
Wat is de conclusie van sectie III?
Rorty wilt een onderscheid maken vanuit de geschiedenis van de filosofie. Hij wil de relatie tussen de twee noties van reason en personhood analyseren vanuit de geschiedenis van de filsofie. Dat is belangrijk om het mind-body probleem te kaderen. Het is een analyse van aannames waarop de notie van reason en personhood gebaseerd zijn.
Waar gaat het altijd impliciet over bij het mind-body probleem?
Over het Platonisme. Zijn het Platoonse entiteiten of noties? Voor Rorty gaat het over het probleem van nature of reasons en de universalia.
Welke specifieke metafoor werd gebruikt om over het mind-body probleem te praten in de geschiedenis van de filosofie?
Een aantal filosofische problemen zijn gebaseerd op specifieke metaforen. De meest invloedrijke metafoor is die van ocular. Dit wordt impliciet besproken in sectie II. Het gaat niet alleen om taal, maar ook om de formulerinen ervan. Het ocular is een specifiek aspect van het probleem. De ocular heeft een belangrijke rol gespeeld in de filsofie. De ziel als immaterieel is gebaseerd op die metafoor. De meeste filosofen zien de activiteit van de geest in termen van zin. In deze context is de notie van glassy essence ontstaan.
Wat is een cruciaal probleem in de geschiedenis van de filosofie?
Het probleem van de abstracte kennis. Het speelt een cruciale rol in de wiskunde en de filosofie. Filosofische kwesties gaan over algemene problemen. De notie van universele kennis speelt een rol binnen de filosofie. Mensen lijken uniek door de universele kennis. Dieren hebben dat bijv. niet. Het is typerend voor mensen in vergelijking tot andere entiteiten. Hoe we dat moeten verklaren, is echter een probleem binnen de filosofie.