Ren begrippen Flashcards

1
Q

helpen opstaan van paard

A

aan hoofd en hals oprichten

hoofd trekken in e richting tegenovergesteld aan deze waarop het dier ligt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

levade

A

enkele seconden in steigerhouding

> voorhand maakt een hoek van 30 graden met de bodem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

pezade

A

enkele seconden in steigerhouding

> voorhand maakt een hoek van 45 graden met de bodem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

courbette

A

met verheven voorhand 4 sprongen naar voor op de achterhand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wippen met de achterhand

A

beide achterbenen gelijktijdig krachtig omhoog en iets zijdelings opgeheven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

bokken

A

spontane snelle opeenvolging van steigeren en wippen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

cabriole

A

het paard springt vrij van de grond; wanneer het horizontaal zweeft worden de achterbenen gestrekt in het verlengde van het lichaam, terwijl de voorbenen thv de voorknie in een rechte hoek tegen het lichaam opgetrokken worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

schapensprong

A

de benen worden simultaan omhoog getrokken, terwijl de rug sterk naar onder doorbuigt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

paslengte

A

afstand tussen 2 opeenvolgende indrukken van eenzelfde hoef op een zachte bodem
> in verband met romplengte> in verband met schofthoogte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

hoefslag

A

geluid neerkomen hoeven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

instappen

A

de hoefindrukken van het achterbenen vallen samen met deze van de voorbenen
< overstappen
>achterstappen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

natuurlijke gang

A

stap tölt(niet ieder) draf galop rengalop telgang(soms)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

aangeleerde gangen

A

rendraf, telgang, verscheidene dressuurgangen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

kuhaylan

A

zwaarder en grovere arabier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

saqlawi

A

verfijndere arabier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

mùniqi

A

langlijnige, hoogbenige rentype, lange rechte hals en wekere rug

17
Q

3 stamhengsten engels volbloed

A

herod, eclips, matchem

18
Q

taproot mares

A

stammoeders engels volbloed

19
Q

sprinterstype

A

steeds vroegrijpen en met grote snelheid over vrij korte renafstanden

20
Q

stayerstype

A

tot een hogere ouderdom langere afstanden lopen, steunend op groter uithoudingsvermogen

21
Q

rennen voor 2-jarige

A

tussen 1 juni en 30 november over afstanden van 1000 - 1600 onder een minimum belasting van 54 kg

22
Q

engelse rennen

A
1000 guineas
2000 guineas
derby
oaks
st-leger
23
Q

engelandse prestigieuze internationale proeven

A

gold cup > 4 jarige over 4000 m

king george VI and queen elizabeth stakes > 3 over 2400

24
Q

frankrijk prestigieuze internationale proeven

A

grand prix de l’arc de triomphe over 2400m en voor 3 en 4

25
Q

usa prestigieuze internationale proeven

A

washington international stakes 2400m

26
Q

triple crown winnaar

A

heeft 3 klassieke koersen in een bepaald land gewonnen

27
Q

hordenrennen

A

de renbaan is bezet met min. 8 lichte en vaste hagen

28
Q

jachtrennen

A

verlopen over een ongelijkmatig terrein met min. 8 natuurlijke of kunstmatige hindernissen
24000 - 7500
veel nog na 12 jr

29
Q

grand national

A

van aintree bij liverpool

30
Q

steeple-chese van pardubice

A

in tjechië

31
Q

fokwaarde

A

afstamming - rencarriere van ouders
eigenrenprestaties - uitslagen eigen
renprestaties van de nakomelingen

32
Q

winsom-index / coëfficiënt van welslagen

A

de verhouding tussen enerzijds de totale winsom van de nakomelingen van de hengst en anderzijds het product van de gemiddelde te verdenen winsom per paard in de actieve renpopulatie met het aantal nakomelingen van de hengst

33
Q

stamina-index

A

erfelijke aanleg voor uithoudingsvermogen

index geeft de gemiddelde afstand weer van de rennen die door de nakomelingen vanaf 3 jaar gewonnen werden

34
Q

slachtrendement

A

70%