reader 1 periode 1 Flashcards
agnost
iemand die op de vraag of god bestaat geen geen definitief antwoord kan geven.
Atheïst
iemand die niet in god(en) gelooft
georganiseerde levensbeschouwing
een levensbeschouwing met een vaste structuur
gewone vraag (feite vraag)
een vraag waar een feitelijk antwoord op word gezocht
gezamenlijke levensbeschouwing
een levensbeschouwing die gedeeld word met andere mensen
Godsdienst
een religie waarin God of Goden centraal staan
individuele levensbeschouwing
een levensbeschouwing van van 1 persoon die door deze persoon is samengesteld
Levensbeschouwing
Een verzameling van samenhangende overtuigingen waarden, normen, houdingen en handelingen die gaan over wat goed, belangrijk en waar is
Levensvraag
een vraag waarop het antwoord subjectief is en die gaat over wat in het leven goed, belangrijk en waar is (subjectief is voor iedereen anders)
meningsvraag
Een vraag waarop het antwoord subjectief is (subjectief is voor iedereen anders)
Monotheïsme
Godsdienst waarin één god centraal staat en word vereerd
Ongeorganiseerde levensbeschouwing
een levensbeschouwing zonder organisatie of structuur
Ontzuiling
proces waarbij de scheiding tussen verschillende levensbeschouwenlijke groepen groepen minder word
Polytheïsme
Godsdienst waarin meerdere goden bestaan en worden vereerd
Religie
Een levensbeschouwing waarin mensen waarde hechten aan een verbinding zoeken met iets dat hoger is dan zijzelf