RBC Flashcards
kenmerken RBC
1
Q
proerythroblast
A
15-25 µm
rond/ovaal
cytoplasma = diep blauw met halo
geen granules
grote kern
grove chromatine
2
Q
reticulocyten
A
8-12
rond
bleek cytoplasma
paar dikke violet granules
geen kern
3
Q
microcyten
A
<6µm
4
Q
macrocyten
A
9-12 µm
5
Q
megalocyten
A
> 12 µm
6
Q
anisocytosis
A
verschil in grootte RBC
7
Q
hypochromia
A
centrale wit plek is groeter dan 1/3 diameter
8
Q
polychromia
A
geen/weinig wit
9
Q
ovalocyten
A
niet rond, ovaal of elliptical
10
Q
lacrymocyten
A
traandruppel
11
Q
target cells
A
rood -wit-rood (rood in wit plek)
12
Q
crenated RBC
A
rimpelig cytoplasma
13
Q
fragmentocyten
A
stukken RBC
14
Q
acanthocyten
A
onregelmatige lange scherpe punten
15
Q
burr cels
A
doornappel regelmatige korte spikes
