Rasgroepen Eigenschappen Flashcards
Eigenschappen
Rasgroep 1
Herdershonden en Veedrijvers
Algemene eigenschappen
- Mensen helpen met houden en hoeden van vee
- Tevens beschermen vee (kuddebewakers)
- Alert en werklustig, waaks
- Sterke binding eigenaar
- Terughoudend naar vreemden
- Soms nerveus
- Veelzijdig & actief
- Zelfstandig
- Groot doorzettingsvermogen
- D. Drijven → hond werkt tussen herder en vee, kudde in beweging houden
- O. Opbrengen → hond andere kant van de kudde, soms op km’s afstand
- H. Hoeden → herder voorop, hond naast kudde. hond bewaakt lengte + breedte kudde, rustig werken, baas gericht
- B. Bewaken → zorgt voor veiligheid van de kudde, vaak zonder herder - onafhankelijk, gereserveerd, weinig piingevoelig
Eigenschappen
Rasgroep 2
Pinchers, Schnauzers, Molossers en Zwitserse Sennenhonden
Pinchers en schnauzers
- Gefokt voor ongediertebestrijding → bv. ratten + voor bewaking van het huis
- Grotere varianten → bewaking huis en haard
- Een Schnauzer is een ruwharige Pincher
Gefokt met eigenschappen:
- Alert en snel
- Moedig en vasthoudend
- Weinig pijn gevoelig
- Groot uithoudingsvermogen
Deze eigenschappen zie je nog steeds terug:
- Zeer trouw en aanhankelijk aan gezin
- Enigszins wantrouwend naar vreemden
- Vrolijk en levendig
- Sommigen vrij vocaal
- Niet altijd sociaal naar andere honden
- Andere kleine huisdieren snel een prooi
Molossers (Dogachtigen en Berghonden)
- Stammen af van oorlogshonden
- Allround → bepakking dragen, waken, verdedigen, jacht, hoeden
- Groot en sterk → Steeds dieper vastbijten zonder los te laten - vrij ongevoelig voor pijn
- zelfstandig, rustig, zelfverzekerd
- meeste leren niet zo snel
karaktereigenschappen
- Moedig
- Ongevoelig voor pijn
- Niet erg snel geprikkeld
- Vriendelijk tot ongeïnteresseerd naar mensen
- Vaak intolerant naar andere honden
Zwitserse sennenhonden
- Veedrijver + kar trekken + huis en haard beschermen
- Verwant aan dogachtigen, qua uiterlijk en gedrag merkbaar
- Stabiel
- Vrolijk en aanhankelijk (meer dan Molossers)
- Behoorlijk waaks en wantrouwend naar vreemden
Eigenschappen
Rasgroep 3
Terriërs
Oorspronkelijk gefokt voor
- ondergronds en bovengronds jagen → onstuimige jachtdrift
- Terriers moesten wild opsporen, opjagen EN doden → jacht passie
- De naam is afkomstig het Latijnse woord Terra (aarde)
- Goede ongediertebestrijders
- Slim
- Moedig
- Zelfstandig
- Pittig van karakter en vasthoudend, temperamentvol
- Veel doorzettingsvermogen en groot uithoudingsvermogen
- Beweeglijk, sterk en energiek
- Weinig pijngevoelig
- Onafhankelijk, moeilijk te motiveren door eigenaar
- Soms weinig tolerant naar andere honden
- Veel overeenkomsten met pinchers maar ze zijn meer uitgesproken aanwezig
4 secties
- Grote en middenslag terriërs
- Kleine terriërs
- Terriërs type bulldog
- Terriërs type dwerghonden
- Grote en middenslag terriers
- Minder correcte term → hoogbenige terriërs
- Voor bovengronds jagen, liepen mee met jacht te paard - Kleine terriërs
- Minder correcte term → laagbenige terriërs
- Achtervolgden prooi tot in het hol
- Daar grommen en blaffen tot de jager prooi en hond weer naar oppervlak kon krijgen - Terriers van Bulldog-type
- Ingezet bij gevechten tegen stieren of andere honden - Terriers van dwerghonden type
- Klein en fel
- Oorspronkelijk ongedierteverdelgers
- Zijn zeer gesteld op eigenaar
- Moeite met alleen blijven
- kunnen huis of baas fel verdedigen
Nu vooral gezelschapshond
Eigenschappen
Rasgroep 4
Teckels - dashonden
- Klein (Kaninchen Dashond)
- Middenslag (Dwergdashond)
- Groot (Dashond standaard)
- Kortharig (rustiger en kan goed luisteren)
- Langharig (rustigste en zachtaardigste, komt wel veel nervositeit en angst voor)
- Ruwharig (hardste en eigengereid)
9 varianten
Eigenschappen
- jagen onder de grond
- Gefokt voor jacht op Das
- Ook ingezet voor jacht op vos, konijn (kaninchen dashond) en wezels / bunzingen (dwergdashond)
- Vriendelijk, vrolijk, actief, trouw
- moedig
- Eigenwijs en koppig maar heel intelligent
- Waaks, vocaal
- Echte werkhond dus de energie moet in banen geleid worden
- Jachtpassie - heel zelfstandig → andere huisdieren wekken jachtpassie op
- Moedig en zeer volhardend
- Omgang met kinderen niet direct top, goede socialisatie nodig
- Gehecht aan eigenaar → aanhankelijk
- Gevoelig (langhaar)
Eigenschappen
Rasgroep 5
Spitsen en oertypes
Verzameling oerhonden - oorsprong in veel verschillende gebieden
- trekken
- jagen (de meeste rassen zijn echte jagers)
- waken
- onafhankelijk
Spitsen
- Opstaande kleine oren en spitse snuit en vrij steile achterhand
- Dichte, afstaande vacht
- Oorspronkelijk gebruik; jagen, bewaken, trekken (Malamute en Husky zijn bekendste)
- Groepsdieren - alleen zijn is lastig
- Actieve honden - groot uithoudingsvermogen
- Eigenzinnig karakter
Oertypen
- Bestaan al heel lang
- Onafhankelijk en veelal jagers
- In huis zijn ze rustig mits voldoende opvoeding en uitdaging
- Stabiel, zelfstandig, rustig en sober, daardoor moeilijk te motiveren met snoep
- Erg gehecht aan eigen gezin
Algemene eigenschappen
- Zelfstandig, onafhankelijk
- Stabiel, rustig, verdraagzaam
- Gehecht aan eigen gezin/territorium
- Jachtpassie
Eigenschappen
Rasgroep 6
Lopende honden, Zweethonden en verwante rassen (Brakken) (ruim 70 jacht rassen)
Lopende honden
- Jachthonden die al blaffend het spoor van wild volgen (ze geven luidt)
- Werken altijd in een groep
- NL naam = Brakken
- Zweethonden
- Volgen het spoor van aangeschoten wild
- Zweet = bloed in jagers termen
- Werken vaak in groep
Eigenschappen van lopende en zweethonden
- Zeer sterke jacht passie → loslopen lastig
- Luidruchtig
- Meute Honden - Verdraagzaam voor mens en maar moeilijk alleen te houden
- Problemen met perfect luisteren
- Zeer Sociaal
- Enorm uithoudingsvermogen, veel ruimte en beweging nodig
- Onstuimig, eigenzinnig
- Binnenshuis aanhankelijk
Eigenschappen
Rasgroep 7
(voor) Staande honden
Voorstaande hond of staande hond
- Rol in jacht → Hond staat voor
- Hond staat doodstil zodra hij wild gelokaliseerd heeft
- Staart stijf naar achteren, 1 voorpoot is opgeheven
- Geeft hiermee aan in welke richting het wild zit
- Kan dit wel een uur volhouden
- Na invoering geweer is apporteren er als taak bij gekomen
- Jacht op vogels
- Zoekt terrein systematisch met brede slagen af → ze moeten heel stil zijn
- Als jager in positie was mocht de hond het gevogelte opstoten
Eigenschappen
- Vriendelijk, geduldig en stabiel, voornamelijk kortharige
- Groot uithoudingsvermogen, zeer beweeglijk - bij te weinig controle overactief
- Nervositeit bij langharige
- Attent op omgeving
- Zeer goede neus-gemakkelijk te ontwikkelen jachtpassie
- Aanhankelijk naar eigen gezin.
Eigenschappen
Rasgroep 8
Retrievers, Spaniels en Waterhonden
Algemene eigenschappen
- Vrolijk
- Vriendelijk en sociaal
- Erg aanhankelijk → soms lastig alleen zijn
- Enorme werklust
- Groot Uithoudingsvermogen
- Gek op water
- Gevoelig maar kunnen eigenzinnig zijn (vooral de Spaniels)
Retrievers
- Jagen → Wacht bij de jager en mag wild ‘retrieven’ als het geschoten is
- Geduldig wachten, onthouden waar het gevallen is en omgeving afzoeken
- Bij apporteren mag wild niet beschadigen dus hond moet -‘zacht in de bek’ zijn (niet op de prooi kauwen)
- Veel retrievers dragen daardoor graag iets zachts in de bek
- Gek op water
- Groot uithoudingsvermogen
Spaniëls
- 1 van de oudst beschreven rasgroepen
- Oorspronkelijk ingezet bij vogels jagen met een net - de hond moest ze heel rustig onder het net drijven, kwam er soms zelf ook onder
- Opdrijven bij jacht met schieten
- Mochten niet schrikken en kalm blijven
- Door de tijd veel verschillende gefokt voor diverse omgevingen en soorten wild
Waterhonden
- Speciale vacht - waterafstotend
- Gedrag vergelijkbaar met Spaniels of Retrievers
- Gefokt voor het apporteren van wild uit water
Eigenschappen
Rasgroep 9
Gezelschaphonden
Eigenschappen
- Allen hebben voorouders uit diverse groepen, divers van uiterlijk en oorsprong
- Enige gemeenschappelijke: gefokt om mensen gezelschap te houden
- Vaak klein van formaat
- Vrolijk en energiek → dol op actieve sporten
- Vriendelijk, zachtaardig, speels, sociaal, makkelijk in de omgang → mits fatsoenlijk gesocialiseerd en getraind → het blijft een hond (dat vergeten sommige mensen)
- Over algemeen zijn ze rustig in huis
- Gevoelig, soms wat angstig → Zachte hand nodig
- Erg aanhankelijk - vaak problemen met alleen zijn
- Alert op omgeving, blaffen bij bezoek en (vermeende) onraad
Eigenschappen
Rasgroep 10
Windhonden
Eigenschappen
- Oudst bekende rassen waarmee gejaagd werd
- Zelfbewuste honden-felle jacht passie
- Gefokt om snel en stil op zicht te jagen en te doden
- Kleinere op konijnen en klein wild, grotere op wolven en beren
- Als ze iets zien zijn ze Niet te stoppen
- Loslopen vaak geen optie
- Intelligent, evenwichtig en trots
- Vriendelijk naar mens en soortgenoot → wantrouwend naar vreemden
- zelfstandig, onafhankelijk, stellen gezelschap wel op prijs
- zeer snel en wendbaar → veel beweging nodig → buiten zeer actief
rustig in huis, alert op bewegingen