puberteit Flashcards

1
Q

primaire geslachtkenmerken meisje

A

geen borsten , geen heupen, geen onderhuidvet, geen schaamhaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

primaire geslachtknemerken jongen

A

geen borsthaar, geen baard
geen spieren bovenlichaam

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

hormonen vrouw

A

oestrogeen en progresteron

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

hormonen man

A

testosteron

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat gebeurt er tijden de menstru

A

bermoedervlies wordt afgebroken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

op de hoeveelstedag van de menstru cycle start de menstru

A

dag 1

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

hoelang duurt de mesntru ongeveer

A

5 dagen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

op de hoeveelstedag start de rijping van een nieuwe follikel

A

op de 6de dag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

in welke voorplanting orgaan vindt de rijping plaats

A

eirstok

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat gebeurt er tijdens de eicel en folikelrijping

A

eicel rijp en aanmaak van baarmoederslijmvlies

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

op de hoeveelste dag voor het einde van dee cyclus komt de eicel vrij

A

de 14 de dag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

hoe heet de dag waar de eicel vrij komt

A

ovulatie/eisprong

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

hoeveeldagen (na eisprong) blijft het verdkite baarmoeder slijmvlies in stand

A

12 dagen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

vanaf de hoeveelste dag sterft het baarmoederslijmvlies af

A

26 ste dag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

op welke dag begent de baarmoederslijmvlies af te brokkelen

A

28 ste dag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

j of f
bijs ovulatie komt een eicel binne in de baarmoeder

A

fout
de eicel komte vrij in de eileidertrechter

16
Q

j of f
een folikel is en opengebarsten eicel

A

fout
de folikle bevat een onrijpe eicel ( p92

17
Q

j of f
een meisje weet voor het eerst een eicel rijp geworden is door menstru

A

juist

18
Q

j of f
de puberteit begint met het uiting komen van de secundaire geslachtskenmerken

A

fout
de puberteit strat met de productie van geslachts hormonen

19
Q

j of f
ovulatie is het openbaarsten van een eicel

A

fout, de folikel rond de eicel barst open tijden deovulatie

20
Q
A