probleem 5 Flashcards
Affectivity
behoefte aan bevrediging bij acties
affective neutrality
beheersing van impulses bij acties
self-orientation
acties georiënteerd op jezelf
collectivity-orientation
acties georiënteerd op het collectief
universalisme
toepassen van algemene normen bij acties
particularism
rekening houden met bepaalde relaties bij acties
ascription
oordelen mensen op wie ze zijn
achievement
oordelen mensen op wat ze doen
specificity
beperken van relaties tot anderen in specifieke sferen
diffuseness
geen eerdere limitaties voor relaties
Wat zijn de 5 pattern variables waardoor mensenlijke actie wordt bepaald? (parson & shills)
- affectivity vs affective neutrality
- self-orientation vs collectivity-orientation
- universalism vs particularism
- ascription vs achievement
- specificity vs diffuseness
Wat zijn de value orientations van Kluckholn en Strodtbeck?
- human-nature (evil-mixed-good)
- relationschip of man to nature (subjugation-harmony-mastery)
- time (toward past - present - future)
- activity (being - being in becoming - doing)
- relaties (lineairity - collaterality - group reltionships)
Douglas: two-dimensional orderig of ways of looking at the world
Group/inclusion: the claim of groups over members
Grid/classification: de mate waarin interactie onderhevig is aan regels