Probleem 3 - Fobieën Flashcards
Wat is angst (fear)?
Een alarmreactie die optreedt als reactie op direct gevaar. Gepast voor de ernst van de situatie. Leidt tot adaptief gedrag.
Wat is vrees (anxiety)?
Een algemeen gevoel van bezorgdheid over een mogelijk toekomstig gevaar. Erger dan nodig is voor de ernst van de situatie. Leidt tot fight or flight gedrag (paraatheid om te vluchten).
Wanneer wordt angst/fear een stoornis?
Wanneer de kenmerken disfunctioneel worden en voor een flinke hoeveelheid stress zorgen.
Wat is een fobie?
Een aanhoudende, buitenproportionele angst voor specifieke situaties/objecten die weinig/geen dreiging vormen en leiden tot het ontwijken van die bepaalde situatie.
Welke van de 3 fobieën wordt het meest gevonden bij mannen?
Sociale fobie.
Welke van de 3 fobieën wordt het meest gevonden bij vrouwen?
Specifieke fobie (wordt nader gevolgd door sociale fobie).
Wat is angst volgens Freud?
een teken van een innerlijke strijd of conflict tussen een of ander primitief verlangen (van de id) en verboden tegen de uitdrukking ervan (van het ego en superego). Fobieën vertegenwoordigen een verdediging tegen angst die voortkomt uit onderdrukte impulsen van de id. Omdat het te gevaarlijk is om de onderdrukte id-impuls te ‘kennen’, wordt de angst verplaatst naar een extern object of een externe situatie die een symbolische relatie heeft met het echte angstobject.
Wat is een paniekaanval?
Wanneer de angstreactie optreedt terwijl er geen duidelijk extern gevaar is.
Wat zijn de verschillende componenten van anxiety/fear?
- Cognitieve/subjectieve componenten (‘Ik voel me bang/doodsbang’; ‘Ik ga dood’)
- Fysiologische componenten (zoals verhoogde hartslag en zware ademhaling)
- Gedragscomponenten (een sterke drang om te ontsnappen of te vluchten)
Hoelang moet een specifieke fobie aanwezig zijn, voordat het een stoornis genoemd wordt?
6 maanden.
Hoe uit een specifieke fobie zich bij kinderen? Voorbeelden.
Huilen, woedeaanval, vastklampen, ijskoud stil staan.
Wat is een specifieke fobie?
De persoon vertoont sterke en aanhoudende angst die wordt veroorzaakt door de aanwezigheid van een specifiek object of situatie. Onmiddelijke angst/paniekaanval. Vermijden van de situatie.
Dieren, natuurlijk, bloed (flauwvallen), situationeel of anders (overgeven).
Meer dan 75 procent heeft minstens één andere specifieke angst die buitensporig is.
Wat is de cognitieve bias bij een specifieke fobie?
Vooroordelen over informatieverwerking die ervoor zorgen dat angstige mensen selectief aandacht besteden aan bedreigende stimuli.
Wanneer beginnen specifieke fobieën? Vroeg, laat, gemiddeld?
Vroeg.
Welke comorbiditeit is er met specifieke fobieën?
Vaak depressie en middelenmisbruik.