P4 termen Flashcards

1
Q

uiteenzetting

A

Een uiteenzetting is een tekstvorm die behoort tot de informatieve teksten. In een uiteenzetting geeft de schrijver uitleg over een onderwerp:

  • Een verklaring geven van een verschijnsel
  • Het antwoord geven op een feitelijke vraag
  • Oorzaken en gevolgen behandelen van een probleem
  • Uitleg geven over de inhoud en de resultaten van een onderzoek.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

In een alinea staat altijd een

A

kernzin

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

inleiding

A
  • Aandacht trekken
  • Het onderwerp noemen of beschrijven
  • De aanleiding geven (wrm is de tekst geschreven)
  • De centrale vraag stellen
  • De mening van de schrijver
  • Een samenvatting van de inhoud geven
  • Een persoon of personen introduceren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

slot

A
  • Een conclusie of een samenvatting van de inhoud geven
  • Een advies of een waarschuwing geven
  • Een toekomstverwachting uitspreken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

nieuwsbericht

A

Nieuwsberichten vind je in papieren kranten maar ook op websites

  • Het bericht gaat over een actuele gebeurtenis
  • Het is een informatieve tekst
  • Het is neutraal (geen mening van schrijver)
  • Er staat vaak een plaatsnaam aan het begin
  • Onder de kop staat soms de naam van een persbureau of een aanduiding

2 delen:
- Inleiding –> belangrijkste info wordt samengevat
- kern –> met nadere bijzonderheden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

tekstsoort

A

Tekstsoort is een verzamelnaam voor alle teksten met hetzelfde tekstdoel.

  • Informatieve teksten
  • Betogende teksten
  • Activerende teksten
  • Amuserende teksten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

tekstdoel

A

Doel van een tekst

  • informeren
  • overtuigen
  • activeren
  • amuseren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

tekstvorm

A

Bij elke tekstsoort horen verschillende tekstvormen

Voorbeelden:
- Handleiding
- UIteenzetting
- Boekbespreking
- Ingezonden brief
- Advertentie
- Roman

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Objectief en subjectief

A

Objectieve informatie is zonder mening van schrijver, het is neutraal

Subjetieve informatie is met mening, de schrijver zijn mening komt duidelijk naar voren

Kijk goed naar hoe betrouwbaar het is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Betoog

A

In een betoog geeft de schrijver zijn mening en licht die toe met argumenten. Hij wil de lezer ervan overtuigen dat zijn mening juist is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Kritisch lezen van argumenten

A

Objetieve argumenten zijn feiten, of gegevens uit een onderzoek. Als je ze beoordeelt vraag je je af: Is dit waar? Is het werkelijk zo gebeurd? Is dit onderzocht? Wat was dit voor onderzoek? Is dit hier van toepassing?

Subjectieve argumenten zijn meningen, persoonlijke indrukken, persoonlijke ervaringen, voorspellingen, vermoedens. Als je ze beoordeelt, vraag je je af: Vind ik dit ook? Komt dit overeen met mijn eigen waarneming of ervaring? Is dit waarschijnelijk? Waarop is dit gebaseerd? Is dit hier van toepassing?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Relaties tussen tekstdelen

A

Niet alleen de inleiding of het slot hebben een functie in de tekst, dat geldt ook voor alinea’s of tekstdelen in de kern. Je kunt met functiewoorden aangeven wat de functie is ten opzichte van een voorafgaand of volgend tekstdeel. Signaalwoorden helpen vaak om de functie te herkennen.

Voorbeelden:
Aanleding –> de reden om de tekst te schrijven
Probleemstelling –> omschrijving van het probleem dat in de tekst wordt besproken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Reclame

A

Doel: activeren

2 soorten:
- Commerciële reclame
- Ideële reclame

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Column

A

Een column is een met regelmaat verschijnend, kort stukje proza van een auteur. Je komt columns tegen in een krant of tijdschrift (vaak op vaste plaats), maar ook op internet en op de radio of tv. Meeste columns hebben een vaste auteurs

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly