Overkoepelend + oefentoetsen Flashcards

1
Q

De drie paradigma’s

A

-Empirisch-analytisch paradigma
-Interpretatief paradigma
-Kritisch-emacipatoir paradigma

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Empirisch-analytisch paradigma

A

Waardenvrij, passend bij kwalitatief onderzoek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Interpretatief paradigma

A

Waardenverheldering, passend bij kwantitatief onderzoek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Kritisch-emacipatoir paradigma

A

Maatschappijkritkisch gericht op verbetering (bijv over asielzoekersbeleid)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Type onderzoek passend bij landelijk drugsgebruik: focus, interview, vragenlijst of observatie?

A

Vragenlijst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Heeft het verstrekken van informatie op school een preventief effect op het gebruik van drugs bij middelbare scholieren in vergelijking met sancties wanneer iemand wordt betrapt met drugs?
> wat voor type onderzoek (kwal/kwan/correl?)

A

experimenteel onderzoek, twee maatregelen worden vergeleken naar het effect (effect is niet altijd experimenteel onderzoek). Correlationeel onderzoek is vaak, in vergelijking met.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

in correlationeel onderzoek is het altijd gemakkelijker om de anonimiteit van respondenten te garanderen dan in experimenteel onderzoek: juist?

A

niet juist, niet altijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Een onderzoek met een vragenlijst voor inwoners van verschillende types bewoners. Vergelijking tusen grote stad, kleine stad en dorp. Welke analysetechniek is toepasselijk?

A

Enkelvoudige ANOVA

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat meet elke analysetechniek?

A

-Correlatie: samenhang van variabelen
-Regressie: voorspellen van bepaalde variabelen
-T-toets en enkelvoudige ANOVA zijn verschillen, t-toets 2 groepen verschil, ANOVA meerdere groepen. Dat is dus in dit geval nodig.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Een vragenlijst mist enkele vragen, welke validiteit is in het geding?

A

Inhoudsvaliditeit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Likert schaal, welk meetniveau?

A

Ordinaal, er zit ordening in deze antwoorden maar de verschillen zijn niet gelijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

BF01 = 3. Welke PMK0 en PMK1 hoort hierbij?

A

PMK1 = 0.25
PMK0 = 0.75.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly