Overdrijvingen en nuanceringen Flashcards
1
Q
Eufemisme
A
Verzachtende uitdrukking (dat is een hele uitdaging)
2
Q
Hyperbool
A
Sterke overdrijving (ik mag ook nooit iets)
3
Q
Understatement
A
Afgezwakte uitdrukking (trump heeft wel wat te besteden)