Orthopedie Flashcards

1
Q

Wanneer ontstaat een secundair aangeboren afwijking?

A

Tijdens de zwangerschap in de baarmoeder

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wanneer ontstaat een primair aangeboren afwijking?

A

Tijdens de bevalling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wanneer ontstaat een secundair verworden afwijking?

A

Na de geboorte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe heet een achterwaartse kromming van de wervelkolom?

A

Een kyfose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe heet een voorwaartse kromming van de wervelkolom?

A

Een lordose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe heet een zijwaartse kromming van de wervelkolom? (S-/C-vorm)

A

Scoliose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is een hernia?

A

Uitpuiling van een tussenwervelschijf - uittredende zenuwen komen klem te zitten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is een coxa valga?

A

X-stand van de heup: hoek dijbeen/dijhals is groter dan normaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is een coxa vara?

A

O-stand van de heup: hoek dijbeen/dijhals is kleiner dan normaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is congenitale heupluxatie?

A

Heupontwrichting: verbinding tussen dijbeenkom en dijbeenkop is verstoord of er is een te kleine of te grote kop van het dijbeen in een normale of te wijde kom.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is een meniscuslaesie/voetbalknie?

A

Kraakbeenschijf in de knie is beschadigd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn genua valga?

A

X-benen: naar binnen gerichte buiging van beide benen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn genua vara?

A

O-benen: knieën staan verder uit elkaar dan de voeten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn genua recurvatum?

A

Overstrekte knieën: gevolg van een permanente foute stand van het kniegewricht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Waar ontstaat een primair aangeboren afwijking?

A

In de kiem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is arthrosis aan het kniegewricht?

A

Degeneratieve verandering in het kniegewricht - slijtage.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is een open fractuur?

A

Botbreuk waarbij bot door de huid heen steekt.

18
Q

Wat is een gesloten fractuur?

A

Botbreuk waarbij geen wond aanwezig is.

19
Q

Wat is een enkelvoudige fractuur?

A

Breuk op één plaats in een bot, complete fractuur die het bot in twee stukken breekt.

20
Q

Wat is een samengestelde fractuur?

A

Complete fractuur die het bot in meerdere stukken breekt.

21
Q

Wat is een infractie?

A

Een onvolledige breuk, botstukken staan nog op elkaar.

22
Q

Wat is een fissuur?

A

Een scheur in een bot.

23
Q

Wat is botontsteking / ostitis?

A

Ontsteking van het bot, meestal als gevolg van een infectie.

24
Q

Wat is beenmergontsteking / osteomyelitis?

A

Door een bacterie veroorzaakte ontsteking van het beenmerg. Meestal in combinatie met botontsteking. Het is een infectieziekte.

25
Q

Wat is een beenvliesontsteking / periostitis?

A

Ontsteking aan het beenvlies/periost - zeer pijnlijk. Kan door oorzaken van buitenaf/binnuit ontstaan.

26
Q

Wat is achillodynie?

A

Ontsteking van de slijmbeurs die tussen de achillespees en het hielbeen aan de achterzijde ligt.

27
Q

Wat is een kneuzing / contusie?

A

Beschadiging van een gewricht. Alleen het onderhuidse weefsel is beschadigd.
Gewrichtsbanden hebben geen letsel.
Vaak is een bloeduitstorting of zwelling aanwezig.

28
Q

Wat is een verstuiking / distorsie?

A

Verkeerde draaiing. Banden en/of het kapsel van een gewricht overrekken of scheuren zelfs.
Gewricht is nog intact.

29
Q

Wat is een ontwrichting / luxatie en een subluxatie?

A

Luxatie: botdelen van een gewricht zijn volledig uit elkaar getrokken en verschoven - bijv. arm uit de kom.
Subluxatie: ontwrichting is niet volledig, botdelen zijn gedeeltelijk verschoven ten opzichte van elkaar - bijv. hallux valgus.

30
Q

Wat is gewrichtsontsteking / artritis?

Symptomen?

A

Ontsteking van het gewrichtsslijmvlies die kan ontstaan door verwondingen, infectieziekten, zenuwaandoeningen en reumatische aandoeningen. Kan zowel accuut als chronisch optreden.
Koorts, zwellingen, bewegingsbeperking van het gewricht, roodheid van de huid.

31
Q

Wat is reumatoïde artritis / gewrichtsreuma?

A

Veelal chronische gewrichtsontstekingen bij reumapatiënten.

32
Q

Wat is gewrichtsdegeneratie / artrosis?

A

Primaire artrose, gerelateerd aan de normale veroudering van een gewricht. Het soepele kraakbeen dat de gewrichten bekleedt, slijt af - boteinden wrijven langs elkaar - onregelmatige botwoekeringen.

33
Q

Wat is artrosis deformans?

A

Secundaire vorm van artrose, ontstaat meestal na een letsel.

34
Q

Wat is gewrichtsverstijving / ankylose?

A

Als bij een gewricht de kraakbeenlaag op de gewrichtsvlakken verloren gaat en de botdelen tegen elkaar komen en gaan vergroeien en het gewricht elke mogelijkheid tot bewegen verliest.

35
Q

Wat is een dermatogene contractuur?

A

Samentrekking van de huid die ontstaat na een operatie, brandwonden, …

36
Q

Wat is een myogene contractuur?

A

Aanpassing van de spieren naar een verkorte positie, zoals bij spasmen.

37
Q

Wat is een tendogene contractuur?

A

Aanpassing naar een verkorte positie van pezen.

38
Q

Wat is een desmogene contractuur?

A

Aanpassing naar een verkorte positie van bindweefsel, zoals banden en kapsels.

39
Q

Wat is een arthrogene contractuur?

A

Ontstaat na immobilisatie van een gewricht. Bewegingsbeperking die bijvoorbeeld ontstaat door gips of langdurig in een rolstoel zitten.

40
Q

Wat is een neurogene contractuur?

A

Bijvoorbeeld een spits- of klompvoet. Spierartrofie, achillespees contracturen etc.