organische stoffen Flashcards

1
Q

anorganische stoffen bevinden zich in de

A

levenloze natuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

anorganische stoffen worden gevormd door combinaties van

A

veel elementen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

anorganische stoffen: combinaties uit (atoomsoorten)

A

uitgebreide keuze aan atoomsoorten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

anorganische stoffen een molecule bevat (#atomen)

A

een beperkt aantal atomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

anorganische stoffen: de totale verzameling is (uitgebreid)

A

minder

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

organische stoffen: bevinden zich in

A

de levende natuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

organische stoffen: worden gevormd door combinaties van

A

vooral C-en H-atomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

organische stoffen: combinaties uit (atoomsoorten)

A

beperkte keuze aan atoomsoorten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

organische stoffen: een molecule bevat (#atomen)

A

heel veel atomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

organische stoffen: de verzameling is (uitgebreid)

A

heel uitgebreid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

elektronenstipmodel + schillenvoorstelling!!!

A

p 87

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

hoeveel koolstofverbindingen heeft een koolstofatoom?

A

4

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

hoe worden de elementen gerangschikt in de organische chemie?

A

eerst C, dan H en ten slotte de overige elementen ALFABETISCH

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

hoe worden de organische stoffen gekenmerkt?

A
  • het aantal C-atomen in de verbinding

- de functionele groep

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

metaaloxide

A

O-atoom achteraan geschreven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

alkaan

A

enkelvoudige bindingen tussen de C-atomen

17
Q

alkanol

A

enkelvoudige bindingen tussen de C-atomen + hydroxylfunctie (-OH) in de molecule

18
Q

alkaanzuur

A

enkelvoudige bindingen tussen de C-atomen + carboxylfunctie (-COOH) in de molecule

19
Q

naamvorming systematische naam alkanen: 1

A

meth-

20
Q

naamvorming systematische naam alkanen: 2

A

eth-

21
Q

naamvorming systematische naam alkanen: 3

A

prop-

22
Q

naamvorming systematische naam alkanen: 4

A

but-

23
Q

naamvorming systematische naam alkanen: 5

A

pent-

24
Q

naamvorming systematische naam alkanen: 6

A

hex-

25
Q

naamvorming systematische naam alkanen: 7

A

hept-

26
Q

naamvorming systematische naam alkanen: 8

A

oct

27
Q

naamvorming systematische naam alkanen: 9

A

non-

28
Q

naamvorming systematische naam alkanen: 10

A

dec-

29
Q

hoe eindigt de systematische naam altijd bij alkanen?

A

-aan

30
Q

hoe begint een alkaan altijd?

A

n- -

31
Q

hoe kun je de brutoformule weten als je het aantal koolstofatomen weet (alkanen)

A

CnH2n+2

32
Q

toepassingen van methaan

A
  • aardgas
  • moerasgas
  • biogas
  • broeikasgas
33
Q

welke molecule ontstaat er bij een volledige verbranding?

A

Co2

34
Q

welke molecule ontstaat er bij een onvolledige verbranding?

A

Co

35
Q

welk reactieproduct wordt er naast Co en Co2 nog gevormd bij een onvolledige of volledige verbranding?

A

H2O

36
Q

volledige verbranding methaan

A

CH4+2O2 -> Co2 + H2O

37
Q

onvolledige verbranding methaan

A

2CH4 + 3O2 -> 2Co + 4H2O

38
Q

toepassingen van ethaan

A
  • aardgas

- grondstof

39
Q

toepassingen van propaan en n-butaan

A
  • propagas en butagas
  • capinggas
  • lpg