Oog en oordruppels Flashcards

1
Q

Onder welke medicijngroep vallen oogdruppels/zalf

A

Oogmedicatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke houding kan de cliënt aannemen bij het geven voor oogdruppels/zalf

A

Te gaan zitten, het hoofd achterover te buigen en naar boven te kijken. Laat het hoofd van de cliënt tegen je buik rusten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe dien je oogdruppels toe?

A
  1. Neem het flesje oogdruppels in een hand, zoals je een pen vasthoudt.
  2. Steun met de druppelhand op het voorhoofd, neusbrug of slaap van de cliënt. Houd het flesje minstens 3 cm boven het oog.
  3. Laat de cliënt een gootje maken door met de wijsvinger het onderste ooglid naar beneden te trekken
  4. Knijp in het flesje en laat een druppel in het gootje vallen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe dien je oordruppels toe?

A
  1. Als er een pipet wordt gebruikt: zuig de vloeistof op in het pipet.
  2. Neem het flesje oordruppels of pipet in één hand.
  3. Trek met de andere hand de oorschelp iets naar achteren en omhoog, zodat de gehoorgang duidelijk zichtbaar is.
  4. Breng de druppel langs de wand van de gehoorgang aan. Zorg dat de punt van het pipet of flesje de huid niet raakt.
  5. Laat de oorschelp los
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe lang dient de cliënt in de gewenste houding te zitten?

A

3-5 mintuen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly