ne leren toets Flashcards

1
Q

de emigratie

A

vanuit Nederland verhuizen naar een ander land

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

de immigratie

A

vanuit een ander land in nederland komen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

objectief

A

neutraal alleen uitgaand van de feiten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

surveilleren

A

toezicht houden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

een hard hoofd in hebben

A

er niet in geloven dat het goed gaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

het inzicht

A

het snappen hoe iets in elkaar zit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

de autoriteit

A

overheid of degene die de macht heeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

commercieel

A

gericht op geld verdienen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

duurzaam

A

weinig belastend voor het milieu

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

de export

A

goederen vanuit het eigen land naar het buitenland brengen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

de import

A

goederen het land invoeren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

de ons

A

honderd gram

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

een gelopen race

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly