Ndsl Ernest Flashcards
De ouders
Les parents
De vader
Le pรจre
De moeder
La mรจre
Het kind
Lโenfant
De kinderen
Les enfants
Enig kind zijn
รtre enfant unique
De zoon
Le fils
De dochter
La fille
De broer
Le frรจre
De Zeus
La sลur
De tweelingsbroer/tweelingszus
Frรจre jumeau/ jumelles
De Oom
Lโoncle
De tante
La tante
De neef
Le cousin
Le nicht
La cousine
De meter
La marraine
De Peter
Le parrain
De grootouders
Les grand-parents
De grootmoeder (oma)
La grand mรจre
De grootvader (opa)
Le grand-pรจre
Het Klein kid (de Klein kinderen)
Les petits enfants
De schoonzus
La belle-sลur
De schoonbroer
Le beau-frรจre
Gescheiden zijn
รtre divorce
De stiefvader
Le beau-pรจre
De stiefmoeder
La belle-mรจre
De halfbroer
Le demi-frรจre
De halfzus
La demi-sลur
De stiefboer
Le demi-frรจre
De stiefzus
La demi-sลur
De man
Le mari
De vrouw
Lโรฉpouse
De collega
Le collรจge
Veel
Beaucoup
Te Veel
Trop
Werk
De travail
De vakantie
Les vacances
Morgen
Demain
Tijd
Du temps
De hafspraak
Le rendez-vous
Hongen
Faim
Het speelgoed
Les jouets
De stad
La ville
De steden
Les villes
Praten
Parler
Huren
Louer
Wonen
Habiter
Nemen
Prendre
Vragen
Demander
Zwemmen
Nager
Fietsen
Faire du vรฉlo
Schrijven
รcrire
Zitten
รtre assis
Vergeten
Oublier
Leren
Apprendre
Liggen
Se situer , รชtre couche
Zeggen
Dire
Kennismaken
Faire connaissance
Eten
Manger
Zien
Voir
Doen
Faire
Lenen
Prรชter
Antwoorden
Rรฉpondre
Kijken
Regarder
Zwijgen
Se taire
Wachten
Attendre
