Moeilijke woorden Flashcards

1
Q

Overmatig bloedverlies + langdurige menstruatie door anovulatoire cyclus

A

Menorraghie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Omgeven de zwellichamen

A

Tunica albuginea

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Overmate androgenen bij vrouw die zorgt voor overbeharing

A

Hirsutisme

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Ader die zorgt voor bloedtoevoer bij erectie

A

Arteria helicina

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Afwijking bij foetus waar wervels onvolledig gevormd zijn + kleine opening in huid

A

Spina bifida

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Bovenkant schedel ontbreekt + onderontwikkelde hersenen bij foetus

A

Anencefalie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Zaadleider

A

Vas deferens

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Niet-ingedaalde teelbal

A

Cryptorchidie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Spierlaag in de balzak, die helpt met temp. regeling

A

Tunica dartos

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Minder dan 32% van de zaadcellen is beweeglijk

A

Asthenospermie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Minder dan 4% van de zaadcellen heeft ideaal uiterlijk

A

Teratospermie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Te weinig zaadcellen in sperma

A

Oligospermie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Slagader die wordt platgedrukt bij een erectie

A

Subtunicale vene

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Cel die wordt omgezet naar lactocyt

A

Alveolaire cel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Shift colostrum naar melkproductie

A

Galactopoiese

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Bloedvatvernauwing door menopauze

A

Atherosclerose

17
Q

Zwellichamen

A

Corpora cavernosa

18
Q

Sponsachtig lichaam

A

Corpus spongiosum

19
Q

Stap 1 - route zaadcel

A

Tubuli seminiferi contori

20
Q

Stap 2 - route zaadcel

A

Tubuli seminiferi recti

21
Q

Stap 3 - route zaadcel

A

Rete testis

22
Q

Stap 4 - route zaadcel

A

Ductuli efferentes

23
Q

Stap 5 - route zaadcel

A

Caput van de epididymis

24
Q

Stap 6 - route zaadcel

A

Corpus van de epididymis

25
Q

Stap 7 - route zaadcel

A

Caude van de epididymis

26
Q

Combinatie van kalender-, temperatuur- en cervixslijmmethode

A

Symptothermale methode

27
Q

geen zaadcellen in sperma, maar niet door blokkade

A

Niet-obstructieve azoöspermie

28
Q

Combi van de drie aandoeningen voor zaadcellen

A

Oligoasthenoteratospermie

29
Q

Viagra

A

PDE-5-inhibitor