module 7,8 Flashcards

1
Q

De Archemedeskracht

A

is een voorwerp dat in een fluïdum ( vloeistof of gas) ondergedompeld is, ondervindt een opwaartse kracht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

de wet van Archimedes
( symbolen)

A

FA = ρvl · Vvwp · g
waarbij:
ρvl = de massadichtheid van de vloeistof (gas) bevindt.
g = de zwaartekracht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Archemedeskracht ( wet in woorden )

A

de opwaartse kracht die een lichaam in een vloeistof of gas ondergaat, is even groot als het gewicht van de verplaatste vloeistof of gas

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

hydrostatische druk (formule)

A

p = ρvl · g · h

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Drijven

A

ρ (vw) < ρ (vl)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Zinken

A

ρ (vw) > ρ (vl)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Zweven

A

ρ (vw) = ρ (vl)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

voorwaarde drijven

A

Het zakt zo diep weg in de vloeistof tot zijn eigen massa (gewicht) gelijk is de massa van de vloeistof verplaats door het ondergedompelde.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

symbool Archimedeskracht

A

Fa (pijltje)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Een kubus bevind zich in het water: wat is de kracht op het bovenvlak en naar waar is die gericht?

A
  • Fboven= rho vl x g x h x A
  • beneden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Een kubus bevind zich in het water: wat is de kracht op het ondervlak en naar waar is die gericht?

A
  • Fonder= rho vl x g x (h+z) x A
  • boven
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe ontstaat de archimedeskracht in een vloeistof?

A

het gevolg van hydrostatische druk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Naar waar is de archimedeskracht gericht?

A

boven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is een manier om de archimedkracht te meten?

A

De archimedeskracht is gelijk aan het gewicht van het verplaatste vloeistof/gas.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Stijgen

A
  • Fz<Fa
    (resulterende kracht naar boven)
  • p<pvl
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat is statica

A

de leer van het evenwicht van een lichaam in rust

17
Q

wanner berijkt een vw een statische evenwicht

A

als de som van aale krachten die inwerken op een vw nul is

18
Q

statische evenwicht in symbolen

A
  • ∑Fi=0
  • ∑Fx=0 & ∑Fy=0
19
Q

Als we de krachten die op een voorwerp op een helling inwerken willen bereken…

A

ontbinden we de krachten die niet vvolgens X-Y as liggen naar het coomponent volgens X- Y as

20
Q

hoe bereken je de componenet volgens de X-as

A

F · sina

21
Q

hoe bereken je de component volgens de y as

A

F · cosa

22
Q

def star lichaam

A

een star lichaam is het onvervormbaar ook al werken er krachten op het lichaam

23
Q

eenheid kracht moment

A

N · m

24
Q

symbool kracht moment

A

M

25
Q

formule kracht moment

A

M= F · d

26
Q

symbool krachtarm

A

d

27
Q

wat is een krachtarm

A

loodrechte afstand van het draaipunt tot de werklijn van de kracht

28
Q

eenheid krachtarm

A

m

29
Q

hoe bereken je de krachtmoment als een kracht schuin inwerkt op een voorwerp

A

M=F x r x sina

30
Q

wat is een krachtmoment

A

een maat voor het rotatie-effect

31
Q

bij draaing in tegenwijzerzin is het krachtmoment

A

positief

32
Q

Als een kracht schuin inwerkt op een voorwerp

A

M = F ⋅ r ⋅ sin α

33
Q

wat is de momentenbalans

A

∑ Mi = 0
=> de rotationaale voorwaarde voor evenwicht

34
Q

wanner is het luchaam in evenwicht

A

als de som van alle krachten die op het ichaam werken en de som van alle momenten nul is

35
Q

Een star lichaam is in evenwicht als aan volgende evenwichtsvoorwaarden voldaan zijn:

A

1 Translationele
∑Fx = 0
∑Fy = 0
2 Rotationele evenwichtsvoorwaarde
∑Mi = 0