Methodisch Handelen 1 Flashcards
Agogisch vakmatige taken
het werken met en voor cliënten
Professionaliseringstaken
alles wat bijdraagt aan het ontwikkelen van een beroepsidentiteit (wat wil ik zijn, welke functie hoort daarbij en hoe onderscheid ik mij van anderen)
Methodisch handelen
als professional zichtbaar maken wat je doet en waarom. Het maakt een systematische aanpak (van tevoren geplande stappen) zichtbaar. Omdat de stappen zichtbaar zijn, wordt het controleerbaar.
Kenmerken van methodisch werken: je handelen is
- doelgericht
- systematisch (van tevoren geplande stappen)
- procesmatig (de verschillende stappen sluiten op elkaar aan en je bent je ervan bewust welk effect de verschillende fasen in het proces op elkaar hebben)
- cyclisch
Methode
- vaste, weldoordachte manier van handelen om een doel te bereiken.
- het is een programma dat je inzet
- het wordt vaak op specifieke momenten of tijden ingezet
Voorbeelden methodes
VVE programma Startblokken, Piramides, Kanjertraining, Lijn 3, Veilig Leren Lezen, De Wereld In Getallen, Rekensprint, LACCS, Special Heroes
Methodiek
- overzicht van verschillende methodes
- het is een manier van werken (vaak zie je er dus een visie in terugkomen)
- het is niet iets dat je bijvoorbeeld op een vast tijdstip inzet, het is iets wat je als professional de hele dag door doet in het omgaan met kinderen
Voorbeelden methodieken
IGDI, DIM, oplossingsgericht werken, systeemgericht werken, competentiegericht werken
Lineair model
doelformulering - stap 1 - stap 2 - stap 3 - doelresultaat
Circulair model
als het gewenste resultaat nog niet is bereikt aan het einde van het stappenplan, kom je automatisch weer bij het beginpunt uit. Je gaat onderzoeken waarom het resultaat nog niet is bereikt en je neemt al opgedane kennis mee. Het kan zijn dat het circulaire model meerdere keren achter elkaar wordt herhaald. Dan spreken we van een cyclisch model.
De 9 fasen van de regulatieve cyclus / methodische cyclus
In Almelo praten de studenten uiterst netjes en beleefd.
I = initiatief
A = analayse
P = probleemstelling
D = doelstelling
S = strategie
U = uitvoering
N = netwerken
E = evaluatie
B = bijstellen
Fase 1 regulatieve/methodische cyclus
Initiatief. Je verzamelt info.
- Wie is de aanmelder/verwijzer?
- Is er schriftelijk gemeld, per telefoon of in persoon.
- Biografische gegevens (volledige naam, leeftijd, manier van wonen, kinderen ja of nee, gehuwd ja of nee, culturele achtergrond, traumatische ervaringen die vermeld zijn?…enz)
- Leefsituatie in beeld brengen (hoe wonen, sociaal netwerk, ritme in de dag, werk…enz)
- Referenten (personen die de cliënt goed kennen of die de sociale omgeving van hem/haar goed kennen)
Voordelen heldere hulpvraag
- Het doel is duidelijk.
- Het is duidelijk of er wordt gevraagd om ondersteuning op basis van behoeften (materieel, eten) of gevoelens (liefde, erkenning).
Piramide van Maslow
- Primaire behoeften
Eten, drinken, slapen - Zekerheid
onderdak, inkomen - Acceptatie
jezelf mogen zijn - Erkenning
door anderen en zelfrespect - Zelfontwikkeling
Piramide van Pinto
- elementaire behoeften
eten, drinken, slapen - Behagen groep
beleefdheid - Goede naam
eervol gedrag, bescherming van de familie-eer - Eer
voorkomen en bestrijden van schaamte en schande
Anamnese
onderdeel van het intakeproces. De ziektegeschiedenis wordt besproken. Verloop van aandoening, welke oplossingen zijn gezocht en waarom deze niet hebben geholpen, is er hulp van buitenaf geweest?
Outreachend werk
reageren op signalen van moeilijkheden en vragen om hulp. Erop af gaan.
Fase 2 regulatieve/methodische cyclus
Analyse. Je maakt van inmiddels verzamelde informatie een selectie, deze zet je in volgorde van belangrijkheid en daarna zet je het om in een werkbare benadering.
Micro-, meso-, macroniveau (+ bij welke fase van regulatieve/methodische cyclus horen?)
fase 2 (analyse)
Microniveau: werken met één persoon of een kleine groep (binnen bv dagopvang).
Mesoniveau: je werkt niet alleen met de cliënt, maar ook voor de cliënt, door ervoor te zorgen dat hij/zij goed van hulpverleningsinstanties, zoals een afkickkliniek, gebruik kan maken. Problemen op mesoniveau kunnen bv zijn: niet verzekerd zijn, problemen met uitkerende instantie, ruzie met werkgever…
Macroniveau: het signaleren van problemen of veranderingen op maatschappelijk niveua, zoals: meer armoede, te lange wachtlijsten, veel aanmeldingen van kinderen met autisme… Deze signalering doorgeven aan bijvoorbeeld de gemeente of politiek kan nuttig zijn.
Het driewereldenmodel
- Objectieve ofwel feitelijke kennis.
- Subjectieve, emtionele ervaring en beleving.
- Sociale opvattingen, waarden, normen en moreel besef.
Draaglast
de (huidige) belasting
Draagkracht
de belastbaarheid (hoeveel kan je aan)
Fase 3 regulatieve/methodische cyclus
Probleemstelling.
Welke modellen kun je gebruiken om tot een goede probleemstelling te komen?
- Huidige situatie - gewenste situatie.
-Je beschrijft de huidige situatie.
-Je beschrijft de gewenste situatie. Om deze te kunnen beschrijven, kan de wondervraag worden gesteld. Je vraagt dan hoe iemand zou leven/zich zou voelen als door een wonder alle huidige problemen wegvagen. Ook kan je de schaalvraag stellen. Je vraagt de cliënt welk cijfer hij/zij zou geven aan de huidige situatie, vervolgens vraag je wat er zou moeten veranderen om dit cijfer te veranderen in een 10. - Verleden vs Heden
-Je vraagt de cliënt uit over het verleden en de periodes waarin hij/zij wel gelukkig was. Op die manier wordt het verschil met het heden duidelijk en kan de gewenste situatie beter worden geschetst.