medicatie Flashcards
Dabigatran
(NOAC, Praxada)
-> dosage?
150 mg, BID
110 mg, BID
- > = of > 80j (!)
- > verapamil (!)
- > verhoogd bloedingsrisico
- > CrCl < 50
Dabigatran
(NOAC, Praxada)
-> CI?
CrCl < 30 ml/min
want vnl renale klaring
Apixaban
(NOAC, Eliquis)
-> dosage?
5 mg, BID
-> CrCl > 29 ml/min
2,5 mg, BID
- > CrCl 15-29
- > of 2 vd volgende elementen: >80j, <60kg, SCr>1,5mg/dL
Apixaban
(NOAC, Eliquis)
-> CI?
CrCl < 15 ml/min
Rivaroxaban
(NOAC, Xarelto)
-> dosage?
20 mg, OD
-> CrCl > 50 ml/min
15 mg, OD
-> CrCl 15-50 ml/min
Rivaroxaban
(NOAC, Xarelto)
-> CI?
CrCl < 15 ml/min
Edoxaban
(NOAC, Lixiana)
-> dosage?
60 mg, OD
-> CrCl > 50 ml/min
30 mg, OD
- > CrCl 15-50 ml/min
- > of < 60kg
- > of P-gp inhibitoren (verapamil, quinidine)
Edoxaban
(NOAC, Lixiana)
-> CI?
CrCl < 15 ml/min
behandeling sinusknoop gerelateerde bradycardie
- enkel spoedeisend zo symptomen v hypotensie, draaierigheid of (pre)syncope
- medicatie:
- atropine IV
- isoprenaline
- dopamine
- sluit onderliggende ischemie uit
- denk aan intoxicatie en elektrolietenstoornissen
- pacemaker (zo symptomatisch)
wnr behandeling AV blok aangewezen?
- geen behandeling:
1e gr - meestal behandeling:
>2e gr & symptomatisch
asymptomatische infranodale geleidingsstoornissen (risico op plotse dood)
Tijdelijke pacemaker plaatsen op spoed via diep veneuze toegang: aangewezen bij AV geleidingsstoornissen igv?
- syncope
- hypotensie/cardiogene shock
- hartfalen
behandeling van AV geleidingsstoornissen?
- tijdelijke pacemaker plaatsen op spoed indien geïndiceerd
- uitsluiten v onderliggende ischemie, intoxicatie, elektrolietenstoornissen
- medicatie
- atropine IV
- isoprenaline
- na acute opvang meestal plaatsing v permanente subcutaan ingeplante pacemaker
CI plaatsen v permanente subcutaan ingeplante pacemaker ikv AV geleidingsstoornissen
- acuut infarct
- intoxicatie digitalis, betablokkers, …
- myocarditis
- lyme
Bij welke pt’en een cardiale resynchronizatietherapie? (CRT)?
bij pt’en met blijvend symptomatisch hartfalen
ONDANKS goede medicamenteuze beh
+ slechte ventrikelfunctie (EF < 35%)
+ belangrijke geleidingsstoornissen met QRS > 130 ms
4-lettercode vd pacemaker
stimulatie: V / A / D
sensing: V / A / D
actie: I / T / D
rate response: R
werking klasse 1 antiartimica
Na kanaal blokker (vertraging fase 0)
werking klasse 2 antiartimica
betablokkers -> 2nd messenger -> effect op Ca++ stroom en I(f)
werking klasse 3 antiartimica
K kanaal blokkers (vertraging fase 3: verlengen repol)
werking klasse 4 antiartimica
vertragende Ca kanaal blokkers (verkorten fase 2 en 4)
werking klasse 1A antiartimica
vertragen geleiding
verlengen repolarisatie
werking klasse 1B antiartimica
vertragen geleiding
verkorten repolarisatie (vooral in abnl ischemisch weefsel)
werking klasse 1C antiartimica
vertragen geleiding
zonder effect op repolarisatie
voorbeelden klasse 1A
quinidine
procainamide
voorbeelden klasse 1B
lidocaine
voorbeelden klasse 1C
flecainide
propafenone
voorbeelden klasse 2
bisoprolol metoprolol esmolol celiprolol atenolol
voorbeelden klasse 3
sotalol
amiodarone
dronedarone
voorbeelden klasse 4
verapamil
diltiazem
wat overweeg je bij ritmestoornis met hemodynamische weerslag (hypotensie, dyspnee, angor, hartfalen, (pre)syncope)
onmiddellijk cardioversie of defibrillatie overwegen
wat behandelen pacemakers?
enkel trage hartritmestoornissen
wat behandelen defibrillatoren?
trage hartritmestoornissen
snelle hemodynamische bel ritmestoornissen (VT, VF)
indicatie lidocaïne
ventrikeltachycardie bij acute ischemie
nevenwerkingen lidocaïne
draaierigheid
desoriëntatie
convulsies
hypotensie
indicatie flecainide (of propafenone)
- conversie VKF + behoud sinusritme bij paroxysmale VKF
- supraventriculaire ritmestoornissen
- zz ventriculaire ritmestoornissen bij structureel nl hart
CI flecainide (of propafenone)
onderliggend structureel hartlijden
ischemisch hartlijden
nevenwerkingen flecainide (of propafenone)
- hartfalen
- ventriculaire ritmestoornissen
- wazig zicht, tremor, duizeligheid, paresthesieën
- GI ongemakken, nausea, metaalsmaak
- proaritmie
hoe vermijden van risico op klasse 1c geïnduceerde vkfl met 1 op 1 geleiding nr ventrikel?
steeds gebruiken in combinatie met betablokker of vertragende Ca antagonis
Vernakalant werking
blokkeert diverse atriaal specifieke K en Na stromen (klasse 1 en 3)
indicatie vernakalant
medicamenteuze conversie van VKF
<7d bij niet chirurgische pt
<3d bij pt post(cardio)chirurgie
CI vernakalant
allergie ernstig AS ACS NYHA 3 en 4 of EF <35% hypotensie met SBD >100mmHg QT>440ms of bradycardie
gebruik v andere IV antiaritmica in tijdswindow 4u voor en na vernakalant toediening
nevenwerkingen
neurologisch ... cardiaal (bradycardie, vkfl, hypotensie pneumologisch ... GI ... dermatologisch ...
indicatie sotalol
- Onderhoud van sinusritme (voorkomen recidieven VKF)
• Mag bij onderliggend ischemisch hartlijden - zz: VT
• ARVC
• Voorkomen van VT bij patienten met ICD
Nevenwerking sotalol
– Brady
– TdP dr QT-interval verlenging
– Hartfalen
sotalol: wat monitoren?
CT- interval (>450ms)
–> TdP
indicatie amiodarone
– Conversie van VKF + onderhoud van sinusritme (voorkomen recidieven VKF)
• toegelaten bij onderliggend hartlijden
– Ventriculaire ritmestoornissen
– Reanimatie
nevewerkingen amiodarone
– fototoxiciteit – huidverkleuring – schildklierproblemen – longfibrose – neerslag in corneo – neurologische en gastrointestinale weerslag – Tdp – AV block – interactie met digoxine en orale anticoagulatie – verminderde clearance
indicatie dronedarone
enkel bij paroxysmale VKF: onderhoud sinusritme
CI dronedarone
belangrijk hartfalen
risico ikv dronedarone
risico op lever- en longlijden
werking digitalis
inhibitie Na+/K+ pomp
indicatie digitalis
vertraging vh ventriculair antwoord bij VKF (rate control)
- zeker bij onderliggen hartfalen
- mag in combinatie met betablokker of verapamil
adjuvante therapie bij hartfalen
nevenwerkingen digitalis
- VT bij intoxicatie
- bradycardie
- anorexia, nausea, diarree
- xanthopsie: gele verkleuring v zicht
- gynaecomastie
- verwardheid, agitatie
wnr groter risico op nevenwerkingen bij digitalis?
bij hypokalemie en hypomagnesemie
indicatie verapamil
– Vertraging ventriculair antwoord VKF (rate control)
– Conversie/voorkomen SVT
– zz: fasciculaire VT (specifieke vorm, bij structureel nl hart)
nevenwerkingen verapamil
– brady • CAVE gebruik samen met betablokker – Hartfalen – Constipatie – Enkeloedeem – Nausea
verapamil alternatief
diltiazem
indicatie betablokkers
- vertraging ch ventriculaire antwoord bij VKF (rate control)
- therapie bij hartfalen
- voorkomen v recidieven SVT
- voorkomen v recidieven VT
adenosine werking
inhibitie Ai receptor, inhibitie v adenylyl cyclase, hyperpolarisatie via inward rectifier I(K)
adenosine indicatie
Conversie van SVT
DD stellen met hemodynamisch goed verdragen SVT of VT (vertragen AV geleiding in DD)
nevenwerkingen adenosine
– Flushing, dyspnee, thoracale pijn – VKF • gevaarlijk bij WPW (-> ventrikelfibrillatie) – Algemene malaise – Asthma
adenosine w versterkt door?
– CAVE versterking door dipyridamole en antagonisme dr theofylline
behandeling bradycardie
- enkel spoedeisend zo: hypotensie / draaierigheid / (pre)syncope
- medicatie: atropine, isoprenaline, dopamine
- sluit onderligg ischemie uit
- intoxicatie? elektrolietenstoornissen?
- zo symptomatisch: pacemaker
behandeling 1e gr AV blok
geen beh nodig
behandeling nodig bij sympt AV blok > 2e gr?
meestal wel
behandeling nodig bij asympt infranodale geleidingsstoornis?
meestal wel (risico op plotse dood)
indicaties (3) plaatsen v tijdelijke pacemaker bij AV geleidingsstoornissen
syncope
hypotensie, cardiogene shock
hartfalen
acute behandeling ikv AV geleidingsstoornissen
- evt tijdelijke pacemaker
- steeds uitsluiten v onderliggende ischemie / intoxicatie / elektrolietenstoornissen
- medicatie: atropine, isoprenaline
- soms transcutaan pacen (defibrillator, pijnlijk, polscurve volgen)
beh v AV geleidingsstoornissen na acute opvang
meestal plaatsing v permanente subcutaan ingeplante pacemaker aangewezen
CI van permanente subcutaan ingeplante pacemaker ikv AV geleidingsstoornissen
acuut infarct
intoxicatie (digitalis, beta-blokkers)
myocarditis
lyme
voorkomen AES
bij 60% vd nle volw, meestal asympt
behandeling AES
geruststelling, uitlokkende factoren vermijden (caffeine, alchohol)
bij sympt: proeftherapie met beta-blokker
voorkomen VES
bij 60% vd volw, kan asympt of sympt z
behandeling sympt VES
onderliggend hartlijden uitsluiten (fam anamnese, echocardiografie, nt-invas test: coronaire ischemie beoordelen)
onderligg hartlijden: dit behandelen
niet-onderligg hartlijden: geruststelling -> persist klachten dan evt B-blokker