marx Flashcards

1
Q

vals bewustzijn

A

mensen denken dat ze weten hoe iets zit maar ze weten het niet zeker (onbewust vergissen ze zich)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

vervreemding

A

(komt door industrialisatie volgens marx)
mensen vervreemden zich steeds meer van zichzelf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

vervreemding van het arbeidsproces

A

vroeger was je bv kleermaker en nu heb je bv alleen de taak om de machines te controleren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

vervreemding van het arbeidsproduct

A

niet zelf gemaakt > steeds minder eigenaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

vervreemding van de medemens

A

de ander ontbindt zich meer omdat je niet continu contact hebt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

vervreemding van de wereld

A

door rationalisatie en specialisatie heeft iedereen een klein stukje van het geheel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

vervreemding van de natuur

A

minder verbonden dan in de middeleeuwen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

vervreemding tussen de sectoren

A

de sectoren hebben niks meer met elkaar te maken (arbeiders ander leven dan boeren en boeren ander leven dan bv ondernemers)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

klassenbewustzijn

A

mensen worden bewust van het feit dat ze in een bepaalde klasse zitten (was nodig volgens Marx om de klassen die onder lagen dat die in opstand zouden komen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

klassenstrijd

A

onderste laag/klasse komt in opstand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

meerwaardetheorie

A

een werknemer geeft meer waarde voor de werkgever als hij minder wordt betaald (hij werkt langer voor hetzelfde geld)

volgens marx (zwakkere mensen/arbeiders in de samenleving waarom die noodzakelijk te weinig geld kregen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

accumulatietheorie

A

hoofdredenen
- status
- concurrentie

steeds meer en meer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

concentratietheorie

A

waarom concentreert rijkdom en macht zich bij steeds minder mensen

volgens marx: legt uit wat het mechanisme is waardoor steeds meer minder bedrijven omvallen en enkele rijker en rijker worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

crisistheorie

A

elke economie lijkt steeds een tijdje goed te gaan en dan in een crisis stort

crisis > middenklasse krijgt last en word armer en rijken blijven zelfde of zelfs rijker

wrm komt er crisis? > rijkeren/bezitters/eigenaren willen meer > kijken niet naar hoeveel heeft de markt nodig > teveel aanbod te weinig vraag > te weinig verkocht > werkloosheid > middenklasse word vervangen door arbeiders (goedkoper voor de grote bedrijven)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

verpauperings of verelendungstheorie

A

de mensen komen op de grens van staatsminimum door de concurrentiestrijd en extreem lage lonen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly