Mannelijkheid Flashcards

1
Q

Analyse van Connel

A

Het groeiende besef van gender is volgens hem de belangrijkste ontwikkeling in de sociale wetenschappen van de afgelopen decennia. Gestimuleerd door het nieuwe feminisme is het onderzoek naar genderkwesties enorm toegenomen in volume en conceptueel diepgaander geworden. Het biedt kritiek op alle bestaande terreinen van de sociale wetenschappen en onderzoekt ook nieuwe onderwerpen. En het heeft de relatie tussen sociaal-wetenschappelijke kennis en de sociale praktijk hervormd.

Deze veranderingen waren allemaal afhankelijk van de erkenning van het diepgaande sociale karakter van gender. Geslacht is veel meer dan een individuele eigenschap die op de een of andere manier verband houdt met lichamelijke verschillen, zoals rood haar of linkshandigheid. Met gender hebben we te maken met een uitgebreid en krachtig effectief domein van de sociale praktijk.

Gender is een manier waarop de sociale praktijk wordt geordend. In genderprocessen wordt het dagelijks leven georganiseerd in relatie tot een reproductieve arena, gedefinieerd door de lichaamsstructuren en processen van menselijke voortplanting. Deze arena omvat seksuele opwinding en geslachtsgemeenschap, bevalling en babyverzorging, lichamelijke geslachtsverschillen en gelijkenis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Gender regime Connell

(PPC)

A

Hoe in een bepaalde context een bepaald verwachtingspatroon van genderrollen wordt gecreëerd.

  1. Power relations
  2. Production relations
  3. Cathexis (emotional attachment)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Impliciet in artikel Connell - Mannelijkheid

A

Mannelijkheid verwijst naar gedrag, normen, en verwachtingen, die over het algemeen vaker geassocieerd worden met mannen (maar als zodanig dus ook aan vrouwen kunnen worden toegeschreven).

Gevolgen voor onderzoek:
* Veranderlijk; afhankelijk van sociale, nationale, historische, …, context
* Relationeel; mannelijkheid verhoudt zicht tot vrouwelijkheid
* Toevoeging Connell: mannelijkheid kent meerdere vormen, die zich ook tot elkaar verhouden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Focus van Men’s Studies (+/- 1980) en m.n. Masculinity studies (+/- 90s/2000)

A

Wat bedoelen mensen (in verschillende context, situaties) als ze verwijzen naar mannelijkheid, ‘goede man’ zijn, etc.?

Wat betekent dat voor de samenleving in termen van sociale relaties, maar ook voor politiek en overheid, privésfeer, en intersectionaliteit (i.e., race, class)?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Redenen om te kijken naar mannelijkheid

A

Noodzaak onderzoek dominant & geprivilegieerd gender: mannen/mannelijkheid

Historische & lokale variaties mannelijkheid -inzicht over keuzes en alternatieven

Mannelijkheid los van mannen: mannelijkheid bij vrouwen; als ‘eigenschap’

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Connell’s model: constellation of masculinities

(HSMC)

A

Hegemonic masculinity is de vorm die mannelijke dominantie belichaamt en macht en autoriteit uitoefent over vrouwen (en andere mannen), met alle gevolgen van onderdrukking, geweld en privileges van dien.

Subordinated masculinity: mannelijkheid die wordt gezien als minderwaardig, bijvoorbeeld homo’s

Marginalized masculinity: minderheden binnen de maatschappij zoals migranten

Complicit masculinity: de ‘gewone’ man die het ideaalbeeld niet perse wil veranderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Gender en Seksualiteit Trivotal - Spierings - Populust radical right

A

Trivial: Non-defining for the core of PPR ideology

Pivotal: a core social relation that is instrumentalized to center and emphasize the PRR ideology

Met andere wooden: ze kunnen er niet niets van zeggen. Het is onderdeel van de maatschappij die ze willen leiden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Politieke leiders en mannelijkheid

A

Wanneer zien we mannelijkheid en seksualiteit terug bij deze leiders?
* Verweven met populistisch en nationalistisch discours
* ‘Elite’ mannelijkheid wordt beschreven als ontoereikend; hun eigen mannelijkheid als
correctief
* Inhoudelijk grote verschillen tussen leiders

Backlash tegen feminisme/emancipatie/gender?
* Fortuyn, 1998-2002: seksuele vrijheid centraal voor de toekomst van Nederland (non-
binarity/trans nog geen onderwerp in politiek)
* Wilders, 2003-: vergelijkbaar discours, maar (nog) vaker reactief, tegen “Islamisering”.
En: non-binarity: “woke dictatuur”.
* Baudet, 2016-: anti-gender, scheldt journalisten uit voor ‘homo’

Maar tegelijkertijd (huidig onderzoek):
* Achterban nog altijd progressief op gender/seksualiteit (meer dan landelijk gemiddelde)
* Baudet nog altijd minder radicaal anti-gender dan PRR in andere landen, en FVD veel
minder support dan PVV, vermoedelijk onder andere vanwege deze issues.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Framing van “Nederlandse identiteit” vanuit PRR

A

Complex construct van ogenschijnlijk tegenstrijdige opvattingen

Nostalgisch, maar (wanneer opportuun) progressief

(Joods-)Christelijk ‘humanitaire’ traditie

Incompatibel met “achterlijke Islam”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly