LW 2 - #2.2 Flashcards

1
Q

bedreiging

A

een bedreiging is een proces/gebeurtenis met in potentie een verstorende invloed op de betrouwbaarheid van een object (alle zaken van waarde/ asset)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat zijn de aspecten van betrouwbaarheid

A

beschikbaarheid
integriteit
vertrouwelijkheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

beschikbaarheid

A

de mate waarin gegevens of functionaliteit op de juiste momenten beschikbaar zijn voor gebruikers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

integriteit

A

de mate waarin gegevens of functionaliteit juist en volledig zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

vertrouwelijkheid

A

de mate waarin de toegang tot gegevens of functionaliteit beperkt is tot degenen die daartoe bevoegd zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

menselijke bedreigingen

A
  • onopzettelijk foutief handelen door gebruikers, beheerders, gasten of extern personeel
  • misbuik en criminaliteit: diefstal, inbraak, hacking, sabotage, fraude
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

niet-menselijke bedreigingen

A
  • invloeden van buitenaf: aardbeving, storm, brand etc
  • storingen in de basisinfrastructuur: uitval van elektriciteit
  • storingen in apparatuur, programmatuur of gegevensbestanden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

welke categorie aanvallers zijn er

A

amateur, professional, criminele organisatie, activistische organisatie, staatsorganisatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

amateur

A

deze persoon heeft algemene kennis van beveiliging & informatiesystemen en heeft slechts de beschikking over eenvoudige, vrij verkrijgbare middelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

professional

A

deze persoon heeft inside kennis van de aan te vallen systemen/ beschikking over professionele middelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

criminele organisatie/ activistische/ terroristische organisatie/ staatsorganisatie

A

deze groep beschikt over zeer ruime financiele middelen en is in staat om op uitgebreide schaal professionele mensen en middelen in te zetten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

kwetsbaarheid

A

de mate waarin het betreffende object gevoelig is voor de betreffende bedreiging

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

waar is apparatuur gevoelig voor?

waar is programmatuur gevoelig voor?

A

apparatuur - fysiek geweld

programmatuur - digitaal geweld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

risico

A

een risico is een combinatie van de kans dat een bedreiging zich manifesteert en de mogelijke schade hiervan
kans op schade x schade

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

hoe wordt de schadeverwachting op jaarbasis aangeduid?

A
  • jaarlijkse schade verwachting JSV

- annual loss expectancy ALE

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

directe schade aan rechtstreeks getroffenen

risico

A

mensen, apparatuur, programmatuur, gegevensverzamelingen en gebouwen

17
Q
indirecte schade (gevolgschade)
(risico)
A

verstoringen van bedrijfsprocessen
het overtreden van wetten
het verlies van opdrachten
imagoschade

18
Q

waar zorgen beveiligingsmaatregelen voor

A
  • de kans verlagen dat de betreffende bedreigingen zich manifesteren
  • de kwetsbaarheid van de betreffende objecten wordt verkleind
19
Q

welke kosten komen bij beveiligingsmaatregelen kijken

A

ontwerpen, realiseren, implementeren, terugkerende kosten voor het onderhoud

20
Q

verschillende soorten omgang met risico

A

risicomijdend
risiconeutraal
risicodragend

21
Q

wat is een risicoanalyse

A

inzicht krijgen in de aard en grootte van risico’s, alsmede in de kosten en effectiviteit van beveiligingsmaatregelen

22
Q

grootte van risico =

A

kans op schade x impact