level 3, 4, 6, 8,9 Flashcards

1
Q

handelsdebiteuren

A

een andere naam voor vorderingen op klanten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

rollend matrieel

A

auto’s, bestelwagen, alles op wielen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

werkmiddelen

A

dat zijn de bezittingen en vorderingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

financieringsbronnen

A

staat aan de passief zijde en geeft aan welke manier de ondernemings dat heeft gefinancierd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

liquide middelen

A

dat is tegoed op de financiële rekening en het geld in de kas

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

balans

A

een schematische overzicht van de bezttingen, de vorderingen en de schulden van een onderneming op een bepaald

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

vaste activa

A

gebouwen, winkeluitrusting of kantoor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

vlottende activa

A

werkmiddeln van de ondernemingen vaak omgezet in geld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

jaarrekening

A

dat is geheel van de balans, de resultaatrekening, de toelichting, en sociale balans

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

kapitaal

A

inbreng van de eigenaar in de zaak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly