Lessons 1-2 Flashcards
1
Q
Goede-morgen
A
Good morning
2
Q
Goede-middag
A
Good afternoon
3
Q
Goede n avond
A
Good evening
4
Q
welterusten
A
Sleep Well
5
Q
Kan je je voorstellen
A
Can you introduce yourself?
6
Q
Ja natuurlijk
A
Yes of course
7
Q
Hoe heet jij-je ?
A
What is your name
8
Q
Wat is jouw naam?
A
What is your name
9
Q
Wie ben jij?
A
Who are you?
10
Q
Leuk om kennis met je te maken
A
Nice to meet you.
11
Q
Prettig om met u kennis te maken
A
a pleasure to meet you
12
Q
Tot ziens
A
Until next time
13
Q
Tot de volgende keer
A
Until next time
14
Q
Tot morgen
A
See you tomottow
15
Q
maandag
A
Monday
16
Q
dinsdag
A
Tuesday
17
Q
woensdag
A
Wednesday
18
Q
donderdag
A
Thursday
19
Q
vrijdag
A
Friday
20
Q
zaterdag
A
Saturday
21
Q
zondag
A
Sunday
22
Q
Fijne dag
A
Have a nice day
23
Q
Graag gedaan
A
Done with pleasure
24
Q
Kennis
A
To make an aquaintance
25
Oh, geeft niets
It does not matter
26
Oh, geeft niks hoor
It does not matter at all
27
ja hoor
Yes of course
28
Ik hoor
I hear
29
Dat is helemaal goed
Very good
30
zien
To see
31
keer
times
32
groenten
vegetables
33
zwaar
heavy
34
huis
House
35
genoeg
enough
36
vandaag
Today
37
eerst
first
38
schrijf
to write
39
drinkt
to drink
40
hoeveel
how many
41
slapen
to sleep
42
Hopen
to hope
43
vriendin
friend
44
strand
beach
45
vragen
ask
46
Hoe is het?
How are you?
47
Het gaat lekker
Everything is fine
48
druk bezig
very busy
49
Ik ben zo blij
I’m so glad
50
lopen
to walk
51
Dat lijkt me prima
That seems good to me
52
Raam
Window
53
het aanbod
the offer
54
aanraken
to touch
55
de aap
the monkey
56
de aardappel
the potatoe
57
de aarde
earth
58
aardig
nice
59
acht
eight
60
achter
behind
61
actief
active
62
de activiteit
the activity
63
ademen
to breath
64
af
from, finished
65
afhangen
to depend
66
afmaken
to finish
67
afname
the decrease
68
de afspraak
the appointment
69
het afval
the garbage
70
al
already
71
algemeen
in general
72
alleen
alone
73
alles
everything
74
als
if
75
alsjeblieft
if you please
76
altijd
always
77
de ander
other
78
anders
or
79
de angst
the fear
80
het antwoord
the answer
81
de appel
the appel
82
de arm
the arm
83
de auto
the car
84
de avond
the evening
85
het avondeten
dinner
