les 6 Flashcards
waar richt het onderzoeksveld zich op?
richt zich op de aard of een eigenschap van het probleem, niet op de mate waarin het probleem voorkomt –> menselijke leefwereld
innerlijke leefwereld onderzoeken(3)
- geen vooraf geformuleerde vragen/antwoorden
- onderzoeker moet soms deelnemen aan de werkelijkheid van de onderzochte ( = participerende observatie)
- geen onderzoeksontwerp
3 stromingen in wetenschapsfilosofie
- natuurwetenschappelijke stroming = kwantitatief
- interpretatieve stroming = kwalitatief
- kritisch- emancipatorische stroming = combinatie kwantitatief en kwalitatief
natuurwetenschappelijke stroming(6)
- positivisme
- zo objectief mogelijk onderzoek
- onderzoekssituatie beheersen
- feiten
- waarnemingen
- onderzoeker staat buiten het onderzoek
interpretatieve stroming(3)
- interprevitisme
- uit ervaringen en meningen proberen patronen in handelingen en/of gedrag te vinden
- interesse in ervaringen/belevingen van personen
analyse
uit ervaringen en meningen proberen patronen in handelingen en/of gedrag te vinden
kritisch emancipatorische stroming
- actieonderzoek/handelingsonderzoek
- samenleving en onderzoeksresultaten kritisch bekijken
- emancipatie van groepen mensen; verbeteren van hun positie in de samenleving
5 soorten kwalitatief onderzoek
- fenomenologisch onderzoek
- hermeneutisch onderzoek
- etnografisch onderzoek
- groundes theory
- actie- of handelingsonderzoek
fenomenologisch onderzoek
beschrijven van de ervaring van mensen ten aanzien van een fenomeen in de werkelijkheid
hermeneutisch onderzoek
interpretatie in sociaalculturele context
etnografisch onderzoek
emic view staat centraal
emic view
manier waarop insiders naar de werkelijkheid kijken
etic view
manier waarop outsiders naar de werkelijkheid kijken
croundes theory(2)
- beschrijven van een theorie op basis van een inductief denkproces
- bestudeert interactie tussen mensen en gedrag
actie of handelingsonderzoek
onderzoeker bevordert de emancipatie van de betrokken personen doordat deze personen zelf een veranderingsproces in gang zetten
stelling; kwalitatief onderzoek kan niet zonder literatuurstudie beginnen
onjuist; kwalitatief onderzoek kan wel zonder literatuurstudie beginnen. onderzoeker gaat op zoek naar literatuur tijdens het onderzoeksproces
kwalitatief onderzoek stappen(10)
- ) onderwerp kiezen
- ) globale onderzoeksvraag formuleren
- ) doel van het onderzoek formuleren
- ) dataverzamelingmethode kiezen
- ) dataverzameling; gegevens verzamelen
- ) gegevens vastleggen
- ) analyseren en literatuur vergelijken
- ) evt onderzoeksvraag bijstellen en nieuwe data verzamlen
- ) uitkomst formuleren
- ) onderzoeksrapport schrijven
dataverzamelingstechnieken(3)
- interviews
- (participerende) observatie
- documenten
interview
1 persoon stelt vragen aan 1 of meerdere personen die zich voornamelijk beperken tot het geven van antwoorden
3 vormen van interview
- gestandaardiseerde interview
- vrije attitude interview
- semi-gestructureerde interview
gestandaardiseerde interview
gesloten interview, lijst met vragen, wordt in volgorde afgewerkt
vrije attitude interview
open interview, structuur ligt niet vast. 1 begin vraag om ht onderwerp te bepalen. onderzoeker vraagt door op de thema’s die de informant noemt
semi-gestructureerde interview
geen vaste structuur. meer dan 1 beginvraag. ruimte voor eigen thema’s
focusgroep interview voordeel(aantal mensen tegelijk)
interactie tussen de participanten
hoe diep ga je in interview in op een bepaald onderwerp (2)
- wordt bepaald door de onderzoeksvraag
- onderzoeker moet zich kunnen verplaatsen in de situatie van de formant
benodigdheden interview(5)
- pen en papier
- geluidsopname-apparatuur
- aangepast taalgebruik
- aangepast kledij
- tijd
regels interview
- goede afspraken maken
- doel moet duidelijk zijn; characteristics
- niet oordelen
- geen suggestieve vragen
- parafraseren op vragen om verduidelijking als je iets niet begrijpt
characteristics
informant zegt dingen waarvan hij denkt dat ze bij het onderzoek passen
observatie
kijken naar of deelnemen aan het dagelijkse leven van informanten
je kan observeren van (3)
- gedragingen
- gesprekken
- reacties op gebeurtenissen
observaties + uitleg (4)
- onverhuld; iedereen weet wat de onderzoeker komt doen
- verhuld; undercover; niemand weet dat er onderzoek gedaan wordt
- compleet; onderzoeker neemt deel aan dagelijks leven van de informanten
- passief; onderzoeker is aanwezig en observeert maar participeert niet
2 soorten documenten + voorbeelden
- persoonlijke documenten; dagboeken, correspondentine, gedichten
- algemene documten; archief documenten, dossiers
data analyse
beschrijvende/ interpreterende analyse van het materiaal–> zoeken naar overeenkomsten/patronen en deze beschrijven in thema’s
3 beoordelingen kwantitatief onderzoek
- validiteit
- betrouwbaarheid
- objectief
vertekening kan door (5)
- demand characteristics
- verzamelen van de gegevens
- analyse
- aanwezigheid van de ander
- culturele verschillen
triangulatie
combineren van verschillende onderzoekmogelijkheden
4 vormen van triangulatie
- datatriangulatie
- meervoudige triangulatie
- tijdstriangulatie
- triangulatie van methoden
4 criteria triangulatie
- geloofwaardigheid van de verkregen gegevens
- toepassingsmogelijkheid
- overeenstemming in gegevens
- neutraliteit
geloofwaardigheid van de verkregen gegevens(3)
- dataverzameling totdat het verzadigingspunt is bereikt
- gebruik maken van 2 of meer verschillende methoden van dataverzameling
- deelnemerscheck
toepassingsmogelijkheid(2)
- mate waarin er overeenstemming is tussen de data en de theorie
- theorie moet gehanteerd kunnen worden in het empirische veld
overeenstemming in gegevens
overeenstemming tussen leden van het onderzoeksteam en consistentie tussen verschillende methoden
neutraliteit
balans tussen betrokkenheid en afstandelijkheid als onderzoeker
