les 17 het weer Flashcards
1
Q
El viento
A
de wind
2
Q
El sol
A
de zon
3
Q
La lluvia
A
de regen
4
Q
Nublado
A
bewolkt
5
Q
La tormenta
A
onweer
6
Q
La niebla
A
de mist
7
Q
El viento del mar
A
de zeewind
8
Q
El viento del sur
A
zuidenwind
9
Q
Hace viento
A
het waait
10
Q
llueve
A
het regent
11
Q
esta lloviendo
A
het is aan het regenen
12
Q
esta nublado
A
het is bewolkt
13
Q
hay tormenta
A
er is onweer
14
Q
que tiempo hace hoy
A
wat voor weer is het vandaag
15
Q
que tiempo hace en el verano
A
wat voor weer is het in de zomer