last but not the best Flashcards
1
Q
de knutselaar
A
le bricoleur
2
Q
de energie
A
l’énergie
3
Q
de werking
A
le fonctionnement
4
Q
de uitvinder
A
l’inventeur
5
Q
de uitvinding
A
l’invention
6
Q
het voorwerp
A
l’object
7
Q
het product
A
le produit
8
Q
het systeem
A
le système
9
Q
aanpassen
A
adapter
10
Q
knutselen
A
bricoler
11
Q
ontwikkelen
A
développer
12
Q
gebruiken
A
employer
13
Q
uitvinder
A
inventer
14
Q
dienen tot
A
servir a
15
Q
gebruiken
A
utiliser