L+G Uitspraken Flashcards

1
Q

Ad hoc

A

Voor de zaak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Ad rem

A

Gepast

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Alter ego

A

Andere kan van jezelf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

casu quo

A

niet respectievelijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Communis opinio

A

Algemene mening

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Conditio sine qua non

A

Noodzakelijke voorwaarde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Contradictio in terminis

A

Term die een innerlijke tegenspraak bevat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Corpus delicti

A

Voorwerp waarmee een misdrijf is gepleegd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Cum laude

A

Met lof

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Cum suis

A

Met de zijnen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Deo volente

A

Zo de Heere wil

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Ex aequo

A

Op gelijke hoogte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Modus operandi

A

Werkwijze

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Mutatis mutandis

A

Met de veranderingen die nodig zijn bij een andere toepassing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Nota bene

A

Let goed op

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Persona non grata

A

Ongewenst persoon

17
Q

Postscriptum

A

Naschrift

18
Q

Primus inter pares

A

De eerste onder zijns gelijken

19
Q

Pro deo

A

Voor niets

20
Q

Stante pede

A

Meteen

21
Q

Status quo

A

Toestand waarin zich iets bevindt

22
Q

Sub rosa

A

Vertrouwelijk

23
Q

Tabula rasa

A

Schone lei

24
Q

Terra incognita

A

Onbekend land

25
Q

Carpe diem

A

Pluk de dag

26
Q

Divide et impera

A

Verdeel en heers

27
Q

Errare humanum est

A

Vergissen is menselijk

28
Q

In vino veritas

A

Wie dronken is laat zijn ware aard zien

29
Q

Memento mori

A

Leven na de dood

30
Q

Mens Sana in corpore sano

A

Een gezonde geest in een gezond lichaam

31
Q

Morituri te salutant

A

Zijn die sterven, groeten u

32
Q

Nil volentibus arduum

A

Niets te moeilijk voor hen die willen

33
Q

Nomen Est omen

A

De naam is een voorteken

34
Q

Pecunia non olet

A

Geld stinkt niet

35
Q

Ora et labora

A

Bid en werk

36
Q

Quo vadis

A

Waarheen gaat gij

37
Q

Si vis pacem, para bellum

A

Wie de vrede liefheeft, wapene zicht ten oorlog

38
Q

Vanitas vanitatum, omnia vanitas

A

Ijdelheid der ijdelheden, alles is ijdelheid

39
Q

Veni, vidi, vici

A

Ik kwam, zag en overwon