KP stoornissen omgekeerd Flashcards

1
Q

seksuele opwinding door lijden

A

seksueel masochismestoornis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Opwinding door kleden als andere geslacht

A

Transversiestoornis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

instabiele interpersoonlijke relaties en gevoelens

A

Borderline persoonlijkheidsstoornis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Obessie met onvolkomenheden in het lichaam die voor anderen niet opmerkbaar zijn

A

Morfodysfore stoornis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

restrictief eten maar geen angst voor gewichtstoename

A

Vermijdende/restrictieve voedselinnamestoornis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Excessieve behoefte om verzorgd te worden

A

Afhankelijke persoonlijkheidsstoornis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

eetbuien maar geen compensatiegedrag

A

Eetbuistoornis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Niet kunnen praten in sociale situaties, anders wel

A

Selectief mutisme

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Afwezigheid verlangen seksuele activiteit man

A

Hypoactief seksueelverlangsstoornis man

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Voortijdig ejaculeren

A

Voortijdige ejaculatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Motorische verschijnselen, mentale traagheid

A

NCS door parkinson

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Vervreemding eigen lichaam of gevoel dat de buitenwereld onwerkelijk is

A

Depersonalisatie/derealisatiestoornis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Progressieve taalstoornis, persoonlijkheidsverandering

A

Frontotemporale NCS

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Katatonie, wanen, hallucinaties

A

Schizofrenie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Niet meer autobiografische informatie kunnen herinneren

A

Dissociatieve amnesie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Geen opwinding bij vrouw

A

Opwindingsstoornis vrouw

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Drang om haren uit te trekken

A

Trichtillomanie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Obsessies en compulsies

A

Obsessief-compulsieve stoornis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

75-100% geen orgasme kunnen krijgen vrouw

A

Orgasmestoornis vrouw

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Kijken naar andere nietvermoedende naakte mensen

A

Voyeurisme stoornis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Angst en bezorgdheid over meerdere gebeurtenissen

A

Gegeneraliseerde angststoornis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Pijn bij penetratie vrouw

A

Genitopelviene pijn/penetratiestoornis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Min 1 depressieve en 1 hypomane episode, intensiteit minder dan bij 1

A

Bipolair 2 stoornis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Hersenletsel de oorzaak

A

NCS door traumatisch hersenletsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Min 1 week manie, rest vaak depressie

A

Bipolair 1 stoornis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Niet eten voor angst om aan te komen, eetbuiten en purgeren of eten inname beperken

A

Anorexia nervosa

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Sterke drang om te bewaren, anders lijdensdruk

A

Verzamelstoornis

28
Q

overheersend wantrouwen

A

paranoïde persoonlijkheidsstoornis

29
Q

Patroon van afstandelijkheid en onveschilligheid

A

Schizoïde persoonlijkheidsstoornis

30
Q

Buitensporige emotionaliteit en aandacht vragen

A

Histrionische persoonlijkheidsstoornis

31
Q

stoornissen in geheugen en leervermogen

A

NCS door alzheimer

32
Q

Geslachtsdeel aan vreemden tonen

A

Exhibitionisme stoornis

33
Q

Psychische factoren hebben effect op somatische aandoeningen

A

Psychische factoren die somatische aandoeningen beïnvloeden

34
Q

2 of meer identiteiten die gedrag afwisselend onder controle nemen

A

Dissociatieve identiteitsstoornis

35
Q

Minimaal 2 jaar depressie

A

Persisterende depressieve stoornis

36
Q

opwinding door kinderen, moet zelf wel min 16 jaar zijn

A

pedofiele stoornis

37
Q

Vreemde denkpatronen, overtuigingen, gedragingen en magisch denken

A

schizotypische persoonlijkheidsstoornis

38
Q

75-100% geen erectie kunnen krijgen

A

Erectiestoornis

39
Q

Complexe aandacht/alertheid omlaag, viseospatiele functies

A

NCS met lewylichaampjes

40
Q

Weinig eten afgewisseld met extreme eetbuien, wel normaal gewicht

A

Boulimia nervosa

41
Q

Paniekaanvalllen en angst voor de aanvallen

A

Paniekstoornis

42
Q

HIV, prionziekte, huntington

A

Overige NCS

43
Q

Verandering in motorische functies die niet neurologisch aangetoond kunnen worden

A

Conversiestoornis

44
Q

Iemand aanraken zonder dat die het wil

A

Frotteurismestoornis

45
Q

Angst voor sociale situaties waar je kritisch beoordeeld kan worden

A

Sociale angststoornis

46
Q

Doen alsof je ziek bent

A

nagebootste stoornis

47
Q

Drang om aan de huid te pulken

A

Excoriatiestoornis

48
Q

Aanhoudende angst voor een specifiek voorwerp

A

Specifieke fobie

49
Q

2 jaar talrijke hypomanische en depressieve episodes

A

Cyclothyme stoornis

50
Q

opwinding door psychologisch of lichamelijk leed

A

seksueel-sadisme stoornis

51
Q

Sterke emotionele reactie op 1 of meer stressoren

A

Aanpassingsstroonis

52
Q

Als cerevasculaire aandoening de oorzaak is

A

Vasculaire NCS

53
Q

Prikkelbare stemming en driftbuien

A

Disruptieve-stemmingsdisregulatiestoornis

54
Q

klachten PTSS maar min 3 dagen aanwezig, max 1 maand

A

Acute stresstoornis

55
Q

Symptomen de week voor menstruatie, daarna weer weg

A

Premenstruele dysfore stoornis

56
Q

angst om gescheiden te worden van een hechtingspersoon

A

Seperatieangst

57
Q

Obsessie met ordelijkheid, perfectionisme en beheersing

A

Dwangmatige persoonlijkheidsstoornis

58
Q

Geen lichamelijke klachten maar wel angst voor ernstige ziektes

A

Ziekte angststoornis

59
Q

Anhedonie

A

Depressieve stoornis

60
Q

opwinding door voorwerpen

A

Fetisjismestoornis

61
Q

Respectloos gedrag, schending van regels

A

Antisociale persoonlijkheidsstoornis

62
Q

Disproportionele gedachten over lichamelijk klachten

A

Somatisch-symptoomstoornis

63
Q

vertraagde ejaculatie

A

vetraagde ejaculatie stoornis

64
Q

Sociale geremdheid, extreme gevoeligheid negatieve beoordelingen

A

Vermijdende persoonlijkheidsstoornis

65
Q

Angst voor situaties waar je moeilijk uit kan

A

Agorafobie

66
Q

Gebrek aan empathie, en bewonderd willen worden

A

Narcistische persoonlijkheidsstoornis