Kostencalculatie: Enkel + dubbel boekhouden Flashcards

1
Q

wat is dubbel boekhouden?

A

een methode waarbij elke transactie op 2 rekeningen worden geboekt. zo kan men snel fouten ontdekken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat is boekhouden

A

systematische registreren van uitgaven, ontvangsten en verrichtingen van een persoon, bedrijf of overheidsinstelling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

vanaf wanneer mag je gebruik maken van enkelvoudig boekhouden

A

als de omzet van de onderneming minder is dan €500.000

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat is enkelvoudig boekhouden?

A

hier worden enkel rekening gehouden met financiële transacties en niet met bewerkingen van vorderingen van schuld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

met wat wordt gewerkt bij enkelvoudig boekhouden?

A

inkoopdagboek, verkoopdagboek, financieel dagboek, inventarisboek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

hoe noemt de bronnen van vermogen aan de rechterzijde bij dubbel boekhouden?

A

passivia

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

hoe noemt de bronnen van vermogen aan de linkerzijde bij dubbel boekhouden?

A

activia

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is een periodieke inventaris?

A

bij elke aan of verkoop factuur moet men handmatig de inventaris aanpassen. op het einde moet men de voorraad tellen en corrigeren (= voorraadwijziging)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat is permanente inventaris?

A

hier word met een voorraadregistratiesysteem gewerkt ( wordt automatisch in inventaris gezet via een scan systeem) op het einde van periode gaat men ook voorraad tellen en corrigeren (= voorraadwijziging)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat is afschrijving?

A

het jaarlijks dalen van waarde van een materiaal door economische veroudering en slijtage

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

winst is op te delen in :

A

uit te keren winst en over te dragen winst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat is dividend?

A

het uitbetalen van de winst aan de aandeelhouders

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

regels om te debiteren:

A

toename van actief element
stijging van een kost
daling van een passief element
daling van een opbrengst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

regels om te crediteren:

A

stijging van een passief element
stijging van een opbrengst
daling van een kost
daling van een actief element

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

geef de klassen waarin rekeningen worden opgedeeld:

A

klasse 1: eigen vermogen, voorziening en uitgestelde schulden op meer dan 1 jaar
klasse 2: oprichtingskosten, vaste activia en vorderingen op meer dan 1 jaar
klasse 3: voorraden en bestellingen in uitvoering
klasse 4: vorderingen en schulden op ten hoogste 1 jaar
klasse 5: geldbeleggingen en liquide middelen
klasse 6: kosten
klasse 7: opbrengsten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat is een balans?

A

een goede samenvatting van alle rekeningen

15
Q

geef de klassen van de vaste activia:

A

oprichtingskosten
immateriele vaste activia
materiele vaste activia
financiele vaste activia

16
Q

geef de klassen van de vlottende activia:

A

vorderingen op meer dan 1 jaar
voorraden en bestellingen in uitvoering
vorderingen op te hoogste 1 jaar
geldbeleggingen
liquide middelen
overlopende rekeningen

17
Q

soorten schulden:

A

schulden op meer dan 1 jaar
schulden op ten hoogste 1 jaar
overlopende rekeningen
over te dragen opbrengsten

18
Q

de bedrijfswinst kan men opdelen in:

A
  • uit te keren winst
  • toevoegen aan eigen vermogen
  • over dragen naar het volgend boekjaar
  • tussenkomst van vennootschap
  • onttrekking aan eigen vermogen (bij verlies)
19
Q

wat is een Journaal?

A

hierbij kan men tijdelijk transacties bijhouden met debit en credit. achteraf worden deze transacties in het grootboek ingevuld

20
Q

wat is het grootboek?

A

de verrichtingen van het journaal worden allemaal overgebracht naar individuele rekeningen waardoor men een duidelijk overzicht krijgt

21
Q

leg proefbalans uit

A

het is een lijst van alle rekeningen waarbij er per rekening debet en creditTOTAAL wordt gemaakt. het is de situatie die uit het grootboek wordt overgenomen

22
Q

leg saldibalans uit

A

het is een lijst van alle rekeningen waarbij per rekening het debet en creditSALDO wordt bepaald

23
Q

leg uit: belasting op toegevoerde waarde

A

belasting betalen op goederen
toegevoegde waarde = netto aankoopprijs - netto verkoopprijs

24
Q

wie is belastingsplichtig?

A

iedereen die een economische activiteit uitvoert