K2 - Metaforen + ervaringen beïnvloeden elkaar wederzijds (Lakoff + Johnson, Vroon + Draaisma)) Flashcards

1
Q

De bemiddeling tussen taal en ervaring gaat 2 kanten op

A
  1. We drukken onze ervaring uit in taal.
  2. Taal vormt onze ervaring en daarmee ook ons mensbeeld.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe beïnvloeden metaforen hoe we onszelf als mens ervaren?

A

Het conceptuele systeem waarop ons denken en handelen is gebaseerd, is in wezen metaforisch van aard.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Oriënterende metafoor (Lakoff & Johnson)

A

Verraden hoe ons lichaam op de wereld is georiënteerd en zijn geworteld in onze lichamelijke/culturele ervaring
Boven = goed/ beter, want in de natuur zien we dat dominantie, wakker zijn etc. allemaal te maken heeft met bovenop zijn/ rechtop staan.
Onder = slechter/ inactief, want als je verliest in een gevecht ben je onderaan, als je moe/ ziek bent lig je, etc.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Ontologische metafoor (Lakoff & Johnson) + 2 metaforische modellen voor de geest

A

Het gebruiken van onze ervaring van de omgang met fysieke objecten (zoals ons lichaam) om abstracte mentale begrippen in taal uit te drukken.
1. De geest is een machine.
2. De geest is een breekbaar voorwerp (= psychologische kracht).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Historische contingentie (Vroon & Draaisma)

A

Metaforen zijn ontleend aan eigentijdse technologische en wetenschappelijke ontwikkelingen. Het antwoord op de vraag ‘Wat is de mens’ is dus veranderlijk en niet universeel zoals L+J beweren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Het mechanistische wereldbeeld

A

De natuur wordt opgevat als een machine en heeft als functie om kennis van een bekend terrein (de mechanica) over te brengen naar een nog onbekend terrein (de geest).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Het mechanistische wereldbeeld op de mens

A

De mens is te begrijpen in termen van functionaliteit en efficiëntie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Determinisme/breinreductionisme

A

Elke gebeurtenis heeft een oorzaak.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly