Jurisprudentie week 1 Flashcards
Esmilo/mediq
Een prestatie vastgelegd in een ovr kan in strijd zijn met de wet, maar dat de strekking in strijd is met de wet brengt niet gelijk met zich mee dat het verboden en dus nietig is. Bij de totstandkoming van een groot aantal wettelijke verboden (vooral in het publiekrecht) is er namelijk geen rekening gehouden met eventuele privaatrechtelijke gevolgen (aldus de regeringscommissaris en HR). Een ovr in strijd met zo een verbod hoeft dus niet in strijd te zijn met de openbare orde of goede zeden. Er moet getoetst worden aan de hand van de volgende gezichtspunten:
- Welke belangen worden er door de geschonden regel beschermd?
- Worden er fundamentele beginselen geschonden door de inbreuk?
- Waren de partijen zich van de inbreuk bewust?
- Voorziet de regel in een sanctie?
Haviltex
Het vaststellen van de verhouding tussen de pp en bij het invullen van de leemtes in een overeenkomst kan er niet enkel uitgegaan worden van een zuivere taalkundige uitleg. 4 punten:
- Bij de bepaling gaat het immers om de zin die de partijen gegeven de omstandigheden redelijkerwijs aan deze bepalingen mochten toekennen;
- en op hetgeen dat zij redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten.
- Mede kan het van belang zijn tot welke maatschappelijke kringen de partijen behoren;
- en welke rechtskennis van zodanige partijen kan worden verwacht.
Malatag/ De Schelde
Het gaat hier om twee bedrijven, die tot dezelfde bedrijfstak behoren, en regelmatig met elkaar te doen hebben. Waarbij standaardisering van overeenkomsten door algemene voorwaarden met exoneraties een alledaagse verschijnsel is voor hen. Het is dan ook niet naar maatstaven van de redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar om beroep op de exoneratie (vastgesteld in de AV) toe te staan, indien de fout is gemaakt door een ondergeschikte die niet behoort tot de bedrijfsleiding van de wederpartij. Het is dus een fout van een hulppersoon en niet van de contractpartij.
- In dit arrest is er in het bijzonder gekeken naar “de maatschappelijke positie en onderlinge verhouding van de partijen” en “de aard van de overeenkomst waarin het beding voorkomt”.
- De exoneratie is onaanvaardbaar als de schade in verband staat mijn zijn eigen tekortkoming of;
- Als de contractpartij het gebrek kende of hem ernstig verweten kan worden dat hij het gebrek niet kende (3:11).
Dus: het gaat om een overeenkomst tussen bedrijven waarbij exoneratie en uitbesteden gebruikelijk is. De fout is niet gemaakt door een belangrijk iemand, zoals een tekortkoming van de bedrijfsleiding van de schelde. Het betreft een fout van een werknemer. Dan is een beroep op een exoneratie ook voor ernstige foute van tewerkgestelde personen niet naar maatstaven van r&b onaanvaardbaar.
DSM/Fox
Bij de CAO-maatstaf komt het primair aan op de betekenis die niet bij het opstellen van de tekst betrokken derden aan de tekst mogen geven. De bepaling moet in het licht van de gehele ovr bekeken worden. Terwijl het bij de haviltex-maatstaf primair gaat om de verwachtingen van de contracterende partijen. Deze twee maatstaven vloeien in elkaar over. Bij de uitleg van een schriftelijk contract zijn telkens van beslissende betekenis alle omstandigheden van het concrete geval, gewaardeerd naar hetgeen de maatstaven van redelijkheid en billijkheid meebrengen. Bovendien kan voor de uitleg het relevant zijn wat de gerechtvaardigde verwachtingen van de partijen zijn, wat zich in de onderhandelingsfase heeft afgespeeld en wat zich na de contactsluiting heeft afgespeeld.
Rechtbank had volgens de HR het volgende mee moeten wegen:
- De ratio van de onderhavige regeling
- De redelijkheid van de uitkomst van de uitleg die het pensioenfonds voorstaat
- De mate waarin de uitleg binnen het pensioensregelingsfonds past
Heesakker/Voets
HR:
- De rechter moet ambtshalve oneerlijkheid toetsen (ook in HR)
- 6:233 moet richtlijnconform geïnterpreteerd worden
- Daarom ambtshalve vernietiging
- 6:248 lid 2 is daarvoor niet nodig, maar het gaat om een variant van 3:40 BW
Wisman/Trijber
Indien de bevoegdheid voor volmacht onderbreekt, is de onbevoegd vertegenwoordiger gehouden de schade die een derde daardoor lijdt te vergoeden. Deze schadevergoeding omvat mede het voordeel dat de niet tot stand gekomen overeenkomst voor de derde zou hebben meegebracht (het positieve contractbelang). Bovendien moet ook de eventuele schade worden vergoed (negatieve contractbelang).
Uitgangspunt: de wederpartij moet (financieel) in de situatie worden gebracht waarin ze zouden hebben verkeerd ingeval de pseudo-vertegenwoordiger niet (onbevoegd) was opgetreden.
Stein/Driessen
De met leiding belaste personen (behorende tot Gemeente Stein) hebben nagelaten maatregelen te treffen om veiligheidsvoorzieningen te herstellen, ondanks ze bewust waren van concrete aanwijzingen dat deze voorzieningen waren uitgeschakeld. Dit is aan te merken als een dusdanige vorm van onachtzaamheid, dat een beroe p op een exoneratiebeding veelal in strijd /met de goede trouw worden geacht. Deze grove vorm van onachtzaamheid (grove schuld) van de met leiding belastte personen maakt de toepassing van een exoneratieclausule naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar.
- Een exoneratieclausule als de onderhavige dient, en diende ook naar ten tijde van het ongeval geldende recht, buiten toepassing te blijven voor zover die van toepassing in de gegeven omstandigheden maar maatstaven van R&B onaanvaardbaar zou zijn.
CBB/JPO
Iedere partij is vrij de onderhandelingen af te breken, tenzij dit op grond van het gerechtvaardigd vertrouwen van de wederpartij in het tot stand komen van de overeenkomst of in verband met andere omstandigheden van het geval onaanvaardbaar zou zijn. Hierbij is het belangrijk in hoeverre de wederpartij heeft bijgedragen aan het ontstaan van het vertrouwen. Ook is het van belang of er zich in de loop van de onderhandelingen onvoorziene omstandigheden hebben voorgedaan. (contractvrijheid voorop). Verder is de duur en het gehele verloop van de onderhandelingen van belang.
ING/Bera
De schijn van een volmacht verlening kan gegrond verklaard worden. Indien men op grond van de feiten en omstandigheden gerechtvaardigd op de volmacht verlening heeft vertrouwd en had mogen vertrouwen (art 3:11 BW), dus niet alleen bij een toedoen. Bovendien moet uit de feiten en omstandigheden naar verkeersopvattingen de schijn van bevoegdheid worden afgeleid.
- In dit arrest ging het hof uit van een te strikte benadering
- De hoge raad heeft deze benadering uit het raam gegooid en koos voor een ruime benadering van het gerechtvaardigd vertrouwen.
Effectenlease (Dexia)
• Er was geen sprake van dwaling of misleiding (misleidende reclame), want er is voldoende informatie verstrekt
• Er is echter wel een schending van een bijzondere zorgplicht, want er is onvoldoende gewaarschuwd en onvoldoende onderzoek gedaan naar financiële draagkracht
o Schending bijzondere zorgplicht leidt tot schadevergoedingsverplichting
o Verdeling van schade, want er is sprake van eigen schuld (6:101)
Noot: Lindenbergh en van Boom:
Afnemers blijven deel met eigen schade zitten door eigen schuld 6:101.
• Precontractuele waarschuwingsplicht schenden = onrechtmatige daad = schadevergoeding
• Precontractuele mededelingsplicht schenden= dwaling=vernietigbaarheid
Lundiform/Mexx
Onder omstandigheden kan in beginsle van een taalkundige uitleg worden uitgegaan, maar dat is geen regel. Beslissend blijft immers de zin die partijen in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs aan deze bepalingen mochten toekennen en hetgeen zij te dien aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten. Dit is haviltex.
Belangrijke punten in casu (HOF):
- Gaat het om een commerciële OVK?
- Is de OVR gesloten tussen professioneel opererende partijen die over de inhoud van de ovr hebben onderhandeld?
- Strekt de ovr ertoe wederzijdse rechten en verplichtingen nauwkeurig vast te stellen?
De HR heeft de bovenstaande punten ontkennend beantwoord.
Stichting Eelder woningbouw/Van Kammen
De uitleg van de leveringsakte komt aan op de tot uiting gebrachte partijbedoelingen die moet worden afgeleid uit de inhoud van de akte. Voor subjectieve bedoelingen is geen plaats bij de uitleg van een leveringsakte. De akte zelf is dus beslissend.
