Is Britain A Class Society? Flashcards
1
Q
een klassenmaatschapij
A
a class society
2
Q
bespotten
A
to ridicule
3
Q
satire
A
satire
4
Q
een onderzoek
A
a survey
5
Q
een klasse
A
a class
6
Q
mobiel
A
mobile
7
Q
een inkomen
A
an income
8
Q
cultureel
A
cultural
9
Q
een stropdas
A
a tie
10
Q
een sociale piramide
A
a social pyramid
11
Q
de bevolking
A
the population
12
Q
een verdiener
A
an earner
13
Q
vermogend
A
wealthiest
14
Q
bevoorrecht
A
privileged
15
Q
een president-directeur
A
a chief executive
16
Q
een advocaat
A
a barrister
17
Q
een rechter
A
a judge
18
Q
een bankier
A
a banker
19
Q
een tandsarts
A
a dentist
20
Q
een directeur van de reclameafdeling
A
an advertising executive
21
Q
een schoonmaker
A
a cleaner
22
Q
een kassier
A
a cashier
23
Q
een werkloze
A
unemployed
24
Q
een stadsbouwkundige
A
a town planner
25
een ingenieur
an engineer
26
een röntgenoloog
a radiographer
27
een productieassistent
a production assistent
28
een verpleegassistent
a nursing auxiliary
29
een chef-kok
a chef
30
een voedvrouw
a midwife
31
een afgestudeerde
a graduate
32
herstellen van elektrische apparaten
an electrical fitter
33
een vrachtwagenchauffeur
a lorry driver
34
een maatschappelijk onderzoeker
a social researcher
35
voorstedelijk
suburban
36
de verkoop
sales